Samenvatting Economie Integraal VWO
Hoofdstuk 17 Monetaire zaken
§1 Inflatie en deflatie
De consumentenprijsindex
Om aan de hand van één cijfer te kunnen beoordelen hoe ‘het’ prijspeil zich ontwikkelt, wordt
de consumentenprijsindex (CPI) gebruikt. Dit is een gewogen gemiddelde van de prijzen
waarmee de consument te maken heeft.
Partiële prijsindices: de prijsindexcijfers van de afzonderlijke producten of
productgroepen.
De meting van de CPI in de praktijk
De consumentenprijsindex wordt als een benadering gebruikt van het algemeen prijspeil.
Deze index wordt maandelijks gemeten door het CBS. Ook wordt de wegingsfactor elk jaar
aangepast. De prijsveranderingen worden gemeten ten opzichte van dezelfde maand een
jaar geleden.
Van alle productiecategorieën wordt maandelijks een, ook weer samengesteld gewogen,
prijsindexcijfer berekend. Vervolgens wordt met behulp van de gegeven wegingsfactoren het
CPI berekend. Met behulp van de wegingsfactoren kan er berekend worden op welke manier
een prijsstijging van één van de productgroepen het CPI beïnvloedt.
Inflatie: een stijging van de consumentenprijsindex (CPI).
Deflatie: een daling van de consumentenprijsindex (CPI).
Andere maatstaven voor inflatie
Geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP)
De geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP: harmonised index of consumer prices)
is gebaseerd op het gemiddeld bestedingspatroon in de Europese Unie en wordt
gepubliceerd voor alle EU-landen, ongeacht of ze de euro gebruiken.
Persoonlijke inflatie
Hierbij geef je aan hoe je eigen consumptiepatroon eruit ziet.
Prijspeil BBP
Er worden ook cijfers gepubliceerd voor het prijspeil van het bbp omdat er meer goederen
worden gemaakt dan alleen consumptiegoederen, zoals kapitaalgoederen.
Producentenprijsindex (PPI)
Producentenprijsindex is een indexcijfer dat de gemiddelde prijsontwikkeling weergeeft van
Nederlandse industrieproducten.
Gevolgen inflatie
Koopkrachtaantasting
De reële waarde van een nominaal bedrag wordt minder als gevolg van inflatie.
Verandering internationale concurrentiepositie
Als de prijzen in Nederland stijgen, kan het zijn dat buitenlandse afnemers hun producten uit
andere landen gaan halen waardoor de Nederlandse export daalt.
Inflatie betekent een stijging van de consumentenprijzen. De prijzen van exportproducten
hoeven niet altijd gelijk op te gaan met de prijzen van consumptiegoederen.
1
, Verandering verhouding schuldenaar en schuldeiser
De reële verhouding tussen schuldenaar en schuldeiser verandert. Wanneer er een lening
wordt afgesloten, moet er aan het einde van de looptijd de nominale waarde worden
terugbetaald. Dit bedrag is na een aantal jaar inflatie reëel gezien minder waard geworden.
Effect op inkomensverdeling
Wanneer de lonen minder hard stijgen dan de prijzen van goederen en diensten, veranderen
de inkomensverhoudingen. Wanneer werknemers geen stijging van loon krijgen kunnen zij
door de inflatie achterop raken.
Versnelde uitvoer aankopen
Als de prijzen zeer snel stijgen, gaan mensen hun aankopen versneld uitvoeren. De prijzen
verschillen van dag tot dag. Dit wordt ook wel hyperinflatie genoemd. Hierdoor kan de
samenleving ontwricht raken. Mensen zetten vaak al hun geld om in goederen waardoor de
prijzen nog sneller zullen stijgen. Een groot gevolg hiervan is directe ruil.
Waardevast en welvaartsvast
Waardevast: wanneer het inkomen jaarlijks evenveel toeneemt als de
consumentenprijsindex. Zo behoudt het inkomen zijn koopkracht.
Welvaartsvast: het inkomen stijgt even snel als het gemiddelde loon in het bedrijfsleven.
Gevolgen deflatie
De koopkracht van een gegeven nominaal bedrag neemt toe.
De concurrentiepositie op de wereldmarkt kan verbeteren, als de Nederlandse prijzen
sneller dalen dan die van zijn concurrenten op de wereldmarkt. Ook hier geldt:
aangenomen dat de exportprijzen min of meer in de pas lopen met de prijzen van
consumptiegoederen.
De reële waarde van een geleend bedrag neemt toe.
De inkomensverhoudingen kunnen veranderen.
Aankopen worden uitgesteld, omdat morgen alles goedkoper is. Deflatie heeft de
neiging om de bestedingen te ontmoedigen. Overigens zijn veel economen van
mening dat enige deflatie nauwelijks invloed heeft op de bestedingen.
§2 Oorzaken van inflatie en deflatie
Er zijn twee soorten verklaringen voor een toe- en afname van het CPI: veranderingen in de
bestedingen en veranderingen in de kosten.
Bestedingsinflatie
Bestedingen kunnen de oorzaak zijn van inflatie en deflatie. Als de macro-economische
vraag toeneemt, zal de vraag op de talloze deelmarkten van de economie toenemen en
daarmee de prijzen op die markten. Het algemeen prijspeil neemt dan eveneens toe.
Bestedingsinflatie (demand pull inflation): inflatie veroorzaakt door toenemende
bestedingen.
Een afnemende macro-economische vraag zal tot een lagere productie en een lager prijspeil
leiden.
Monetaire inflatie: een vorm van inflatie die veroorzaakt wordt door de toename van de
hoeveelheid geld in omloop. Dit is een vorm van bestedingsinflatie, aangezien de toename
van de maatschappelijke geldhoeveelheid tot meer bestedingen en daarmee tot een hoger
prijspeil kan leiden.
Kosteninflatie
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lnj4603. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.