Introductie maatschappijwetenschappen Samenvatting
College 1; introductie
Als je zoekt naar de term ‘sociologie’, zie je afbeeldingen met veel mensen, groepen mensen.
Sociologie gaat over individuen en de relaties tussen die individuen in een groter geheel. Het
is een spannend onderzoeksveld; alles wat over mensen gaat en de relaties tussen mensen, in
de context van de samenleving waarin ze leven, centraal staan. Je moet de rol van de
sociologie centraal stellen om onze samenleving te kunnen begrijpen. De wetten in Nederland
gelden overal in Nederland binnen de grenzen, de politiek stelt bijvoorbeeld wetten op waar
wij ons als burgers aan moeten houden. De invloed van een omgeving/staat kan erg sterk zijn.
Wat kan dit allemaal met een persoon doen?
Sociologie gaat over de mens in zijn of haar context, over de interactie en het
samenleven in zo’n samenleving. Het is een wetenschap die zich richt op hoe mensen
vormgeven aan hun leven, met vragen over hoe wij met elkaar samenleven, welke invloed we
op elkaar hebben en hoe de omgeving waarin we wonen ons mogelijkheden biedt en
beperkingen oplegt. Maatschappijwetenschappen en de sociologie richten zich op het
begrijpen van ongelijkheden in de samenleving
Sociologie zien in individuele keuzes
Structuren en instituten in de samenleving zijn belangrijk in de sociologie. De sociologie richt
zich op hoe macrostructuren de organisatie van ons sociale leven vormgeven en hoe deze
sociale structuren de keuzes en mogelijkheden voor individuen geven en beperken. De
sociologie richt zich op individuen en hun interacties (microdynamics) en hoe die beïnvloed
worden door de context waarin zij zich begeven en de keuzevrijheid die individuen
daarbinnen gebruiken (agency).
Ontstaan van de sociologie en de rol van theoretici
Comte (1798-1857)
- Socius; medemens
- Logos; leer
Hoe mensen met elkaar omgaan in een samenleving en hoe zij met elkaar vormgeven aan de
samenleving moet op wetenschappelijke wijze worden onderzocht. Hiervoor werd dit op basis
van religie, tradities en geloof gedaan.
,De verlichting als keerpunt
18e eeuw. Er wordt steeds meer waarde gehecht aan wetenschappelijk denken en het begrijpen
van onze samenlevingen. De ratio moet centraal staan. Er is plek voor vooruitgangsdenken,
ontwikkeling, verheffing voor iedereen. Mensen/groepen kunnen zich emanciperen,
vooruitkomen en ontsnappen aan de situatie waarin ze zitten.
Wetenschappelijk denken heeft als uitgangspunt datgene wat waarneembaar is.
Religie, mythes of tradities zijn dat niet. Empirie, het waarnemen van de werkelijkheid, is het
uitgangspunt.
Voordat ‘sociologie’ als zodanig bestond
Er werd wel al gedacht en gesproken over hoe de samenleving eruitzag, door filosofen.
Positivisme van Comte
Het positivisme is het centraal stellen van het waarneembare, het empirisme. We moeten de
werkelijkheid waarnemen en op basis daarvan kunnen we uitspraken doen over hoe onze
samenleving eruitziet en waarom deze er zo uitziet.
- Regels van de natuurwetenschappen toepassen op het begrijpen van de samenleving.
Het menselijk handelen en menselijke patronen zouden zich volgens bepaalde
regelmatigheden/wetten ontwikkeling. De ontwikkeling van de samenleving volgens
bepaalde regelmatigheden of wetten ontwikkeld.
- Empirisme is het uitgangspunt.
- Wetenschap is objectief.
Wetmatigheden W (Explanans)
Condities C
Explanandum E
Er zijn bepaalde wetmatigheden, als zich bepaalde condities voordoen, kunnen we
verklaren wat voor waarneembare zaken we tegenkomen in de samenleving. Het
explanandum; hetgeen wat we willen verklaren. Dit kunnen we verklaren vanuit explanans en
het zich voordoen van bepaalde condities.
Interpretatieve benadering
Het onderwerp van de sociale wetenschappen betreft de mens en haar gedrag, wat niet te
vangen is in wetten. Er kunnen strikte regelmaten (empirisch) zijn, maar die hoeven niet voor
iedereen te gelden. Een sociaal wetenschapper verhoudt zich anders tot zijn onderzoeksobject
dan een natuurwetenschapper.
, Twee dominante (elkaar aanvullende) benaderingen
- Positivisme; de werkelijkheid kunnen we waarnemen en meten met indicatoren. Met
statistiek kunnen we de relaties tussen kenmerken vaststellen.
- Interpretatief; het verklaren van sociale fenomenen door het begrijpen van de
alledaagse gecontextualiseerde werkelijkheid.
Theorie; wat is het?
Het gaat over de ontwikkeling in theorie. Theorieën die zijn ontwikkeld in de 19e eeuw, die
zich ontwikkeld hebben omdat ze soms niet houdbaar bleken, niet helemaal leken te kloppen
en aanpassing nodig hadden. Allerlei problemen in de samenleving kunnen we nu nog steeds
bestuderen en begrijpen met de lens die bepaalde theorieën ons bieden.
- De sociologische theorie is een verzameling van concepten en uitspraken over relaties
daartussen, waarmee de patronen in de samenleving worden begrepen.
- Theorie nodig om antwoord te geven op wetenschappelijke vragen over empirische
sociale fenomenen.
- Een theorie is altijd in ontwikkeling, waarmee het een verzameling van kennis is.
Gebruik van theorie
Vraag -> theoretisch antwoord -> onderzoek naar het theoretische antwoord -> nieuwe vraag.
Eventueel aanpassing van het theoretische antwoord. Theorie stimuleert ons om nieuwe
vragen te stellen en om een ander perspectief te nemen dan dat we gewoon gewend zijn te
doen.
Theorie
- Veel theorieën, veel perspectieven.
- Sommige theorieën zijn beter toepasbaar op sommige onderwerpen
o Ongelijkheid in de samenleving
o Relaties, netwerken en het samenleven
o Veranderingsprocessen in de samenleving
Sociologische theorie stimuleert te gaan van vragen over het individu naar de
samenleving. Maatschappijwetenschappen zijn breder geïnteresseerd in armoede in de
samenleving, niet (alleen) op individueel niveau. Bijvoorbeeld; hoeveel mensen leven er in
Nederland in armoede? Onder welke groepen in Nederland is de armoede in de afgelopen vijf
jaar het sterkst gegroeid? Waarom is de armoede in sommige sterker gestegen dan in andere
groepen? Hoe ervaren mensen in armoede hun positie en wat betekend armoede voor hen?