Strategische communicatie
samenvatting
PDF Omgevingscommunicatie “Burgerparticipatie op basis van belevingswerelden”.
Burgerparticipatie: Het betrekken van en overleggen met burgers bij nieuwe plannen.
Burgers zijn mondiger geworden en stellen meer eisen aan participatie-inzet.
Bij participatie moet een brede groep inwoners bereikt en betrokken worden -> Hoe dan?
Onderverdelingen als karakter, voorkeuren, angsten is zeer bruikbaar bij aangaan van dialoog. Meer
verdiepen in de mens achter de burger. Succes als participatie vorm geeft vanuit belevingswerelden.
Hoofdstuk 1: Doelstellingen, randvoorwaarden en participatiemodellen
Doelstellingen
Welke doelstellingen worden nagestreefd is essentieel voor het kiezen van de aanpak. Belangrijke
doelstellingen voor burgerparticipatie:
Betere plannen, producten en uitvoering
Beter ontwikkelings- en besluitvormingsproces.
Draagvlak voor ontwikkelingen en vernieuwingen
Verbeteren sociale cohesie
Beter imago
Randvoorwaarden participatie
Er zijn verschillende niveaus waarop burgerparticipatie plaatsvindt. Gaat over de mate van invloed
die aan burgers gegeven wordt. Vooraf aan de keuze, moet eerst aan randvoorwaarden voldaan zijn.
1. Helderheid over de doelgroepen en hun belevingswereld
& Hoe zij staan tegenover de overheid, vernieuwingen en participatie-trajecten
2. Voldoende beleidsruimte
Hoeveel ruimte er is voor nieuwe ideeën en/of aanpassingen van het beleid
3. Geschikte problematiek
Is er voldoende tijd, onderhandelingsruimte, relevantie, belangstelling, etc.?
4. Opdrachtgevers op één lijn over inrichting beleidsproces?
Hechten alle initiatief nemers dezelfde waarden aan de inbreng van participanten?
5. Goede relatie initiatiefnemers en externe partijen
Hebben partijen en burgers belang bij gezamenlijke aanpak en zijn zij ‘on speaking-terms’?
Participatiemodellen
In het algemeen, hoe groter het aantal randvoorwaarden waaraan is voldoen, des te meer ruimte
voor participatie. Verschillende modellen:
A. Informatie-inspraak model (mee-weten)
De gemeente bepaalt beleid en de burgers worden zo goed mogelijk geïnformeerd over
achtergronden en motieven van keuzes. Door communicatie gericht op overtuigen, wordt
draagvlak verworven.
, B. Toets-model (mee-denken)
De gemeente bepaalt (grotendeels) zelf de agenda van ontwikkeling. Daarna wordt het
concept breed getoetst en eventueel aangepast.
C. Meedenk-model (mee-denken)
Gemeente kan in ruime kaders deelnemers uitnodigen via een open vraagstelling om over
een probleem na te denken en met ideeën/oplossingen te komen. Uitgangspunt: wel
verbinden met resultaten of beargumenteren waarom ervan af wordt geweken.
D. Co-productiemodel (mee-beslissen)
Op basis van het probleem wordt met belangstellendenen betrokkenen samengewerkt.
Uiteindelijke resultaat is een gezamenlijke productie. Soms burgers beslissingsbevoegdheid.
E. Zelfbeslissing/budgetverantwoordelijkheid (mee-beslissen)
Gemeente legt beslissingsbevoegdheid volledig neer bij bewoners zelf. Vaak ingezet als er
directe betrekking is bij omgeving burgers.
Burgerparticipatie en vernieuwing
Drie niveaus van vernieuwing waarop een gerichte aanpak van participatie en communicatie po basis
van belevingswerelden van doorslaggevend belang is:
1. Fysieke vernieuwing
a. Herinrichting, krimp, sloop nieuwbouw
b. Infrastructurele wijzigingen
c. Inrichting van openbare ruimte
2. Functionele vernieuwing
a. Programmatische invulling van bedrijven terreinen en andere gebieden
b. Onderhoud openbare ruimte: schoon, veilig, heel
c. Programmering gebouwen zoals woon-werk en woon-zorg
3. Sociaal-maatschappelijk/economische vernieuwing
a. Bevordering deelname aan sociaaleconomische en culturele programma’s
b. Aanpak maatschappelijke problemen
c. Community-vorming, verbeteren sociale cohesie.
d. Verbetering leefbaarheid
Beleidsproces
1. Beleidsvoorbereiding
(initiatief, probleemanalyse,
startnotitie)
2. Beleidsontwikkeling
(planvorming)
3. Besluitvorming (B&W,
gemeenteraad, officiële inspraak)
4. Beleidsuitvoering
, Hoofdstuk 2: De burger en zijn belevingswereld
We geloven in de kracht van belevingswerelden bij het verklaren en beïnvloeden van gedrag van
mensen -> Het Brand Strategy Research – model (BSR).
Nederland kent vier belevingswerelden; creatief, controlerend, harmonieus en veilig. Ook wel; de
rode, blauwe, gele en groene manier van in het leven staan. Vanuit dit denken doen en laten
mensen. Mensen kunnen getypeerd worden aan de hand van twee gedragsbepalende dimensies. De
sociologische as (x-as) en de psychologische as (y-as).
Sociologische dimensie (ego-groep)
Onderscheid tussen mensen die eigen normen en waarden centraal stellen versus mensen
die van nature meer rekening houden met de groep waartoe ze behoren.
Psychologische dimensie (Introvert-extravert)
Onderscheid tussen mensen die gemakkelijk hun emoties tonen, contact maken en
impulsiever zijn versus mensen die hun emoties wat meer onderdrukken en bedachtzamer
zijn.
Vaak niet 100% op één as, maar wel vaak 1 belevingswereld van toepassing.
De belevingswereld is van invloed op een groot aantal voorkeuren en houdingen. Ook de manier
waarop mensen worden aangesproken en geactiveerd kunnen worden verschild per wereld. Niet
alleen de boodschap, maar ook de tone of voice, frame en kanaal maken het verschil.
Om participatie in communicatie af te stemmen, is het belangrijk om te weten tot welke
belevingswereld burgers horen.
Participatie is een pijler onder de omgevingswet. Visies en
plannen moeten integraal én in samenwerking tot stand
komen. Participatie staat aan het begin van
(beleid)proces. Deze methodiek geeft antwoord op hoe
participatie moet plaatsvinden.