Uitgebreide en volledige samenvatting van hoofdstuk 9 Leiderschap en management
Handboek Management en Organisatie (9e druk)
Een praktijkgerichte benadering
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 9 Leiderschap en management.............................................................................................2
9.1 Inleiding........................................................................................................................................2
9.2 Management................................................................................................................................2
9.2.1 Werkzaamheden van de manager.........................................................................................2
9.2.2 Rollen van de manager..........................................................................................................3
9.2.3 Topmanagers.........................................................................................................................3
9.2.4 Middenmanagement.............................................................................................................3
9.2.5 Managers bij de overheid......................................................................................................4
9.3 Besluitvorming..............................................................................................................................4
9.3.1 Besluitvorming in organisaties...............................................................................................5
9.3.2 Rationeel besluitvormingsproces...........................................................................................5
9.3.3 Niet-rationele besluitvormingsprocessen..............................................................................6
9.3.4 Aspecten van besluitvorming.................................................................................................7
9.3.5 Hulpmiddelen en technieken bij besluitvorming...................................................................9
9.4 De informatierollen van de manager..........................................................................................11
9.5 Leiderschap in theorie en praktijk..............................................................................................12
9.5.1 Manager en macht...............................................................................................................12
9.5.2 Leiderschap..........................................................................................................................13
9.5.3 Leiderschapsstijlen...............................................................................................................14
9.6 De manager als persoon.............................................................................................................20
9.6.1 Carrière................................................................................................................................21
9.6.2 Vrijetijdsbesteding...............................................................................................................21
9.6.3 Ondernemerschap...............................................................................................................21
9.7 Positief leiderschap in de 21e eeuw............................................................................................22
9.7.1 Optimisme en positiviteit.....................................................................................................22
9.7.2 Emotionele en sociale intelligentie......................................................................................22
9.7.3 Vertrouwen ontwikkelen.....................................................................................................22
9.7.4 Mindfulness.........................................................................................................................23
9.7.5 Betrokkenheid en flow.........................................................................................................23
9.7.6 Leren van je sterke punten..................................................................................................23
9.7.7 Appreciative Inquiry toepassen...........................................................................................23
1
, Hoofdstuk 9 Leiderschap en management
9.1 Inleiding
Een manager kan gedefinieerd worden als een persoon die het handelen van andere mensen in een
organisatie op gang brengt en stuurt.
9.2 Management
Onder het management wordt de organisatieleiding verstaan die tot taak heeft de onderneming te
besturen.
In het managementteam kan men managers met verschillende deskundigheden aantreffen,
afkomstig uit de functionele gebieden die in de organisatie worden onderscheiden.
9.2.1 Werkzaamheden van de manager
Met de groei van organisaties ontstaat er een behoefte om een scheiding aan te brengen tussen
uitvoerende werkzaamheden en leidinggeven. Hierdoor ontstaan er verschillende niveaus waarop
managers leidinggeven aan medewerkers. Het aantal managementlagen (hiërarchische niveaus) is
sterk afhankelijk van de omvang van de organisatie, het specialisatieniveau, het type organisatie en
het organisatiebeleid.
De drie managementniveaus met de bijbehorende verantwoordelijkheden zijn:
1. Topmanagement. Verantwoordelijk voor de algehele leiding van de organisatie.
2. Middenmanagement. Stuurt de activiteiten aan van uitvoerende werknemers.
3. Lager management. Deze zit tussen het middenmanagement en de uitvoerende
werknemers.
Beleidsformulerende taken (constituerende) zijn taken die op het terrein liggen van vooruitzien,
voorspellen, plannen en organiseren
Beleidsuitvoerende taken (dirigerende) daarentegen hebben vooral te maken met delegeren van
werkzaamheden en het controleren en motiveren van medewerkers.
De functionele manager is verantwoordelijk voor één activiteit die binnen een organisatie verricht
moet worden.
De algemene manager daarentegen is verantwoordelijk voor alle activiteiten binnen het
organisatorische gedeelte.
Binnen de werkzaamheden van het management is een aantal tendensen zichtbaar:
a. Organisaties worden steeds meer afgeplat.
b. De taak van de manager bestaat in toenemende mate uit het coachen van zijn medewerkers
en steeds minder uit het direct leidinggeven, zoals de klassieke manager dat deed.
c. In organisaties zien we een verschuiving van functionele managers naar algemene managers.
Deze verschuiving wordt vooral veroorzaakt door organisatieontwikkelingen. Organisaties
worden steeds meer opgedeeld in meer of minder autonome (business)units, die
verantwoordelijk zijn voor bijvoorbeeld alle activiteiten gericht op een product-
marktcombinatie.
2
, 9.2.2 Rollen van de manager
Managers hebben als belangrijkste functie het sturen van mensen en middelen in een organisatie. De
drie rollen zijn:
1. Interpersoonlijke rollen. De manager geef leiding aan medewerkers en is verantwoordelijk
voor de voortgang en het resultaat van processen die onder zijn competentie vallen.
2. Informationele rollen. De manager dient te beschikken over voldoende informatie om zijn
organisatie te kunnen besturen.
3. Besluitvormende rollen. Als bestuurder van een eenheid van de organisatie zal de manager
richting moeten geven aan het uit te voeren beleid.
Uit voorgaande activiteiten blijkt dat de manager het belangrijkste deel van zijn tijd besteedt aan het
communiceren met organisatieleden en mensen buiten de organisatie.
9.2.3 Topmanagers
Nog niet zo lang geleden heette de hoogste baas van een beetje onderneming ‘directeur’. Later zag
hij zich graag als ‘manager’.
De topmanager in een organisatie is, ondanks een vergaande decentralisatie van bevoegdheden, de
belangrijkste inspirator en initiator van de huidige moderne onderneming. Verder heeft de
topmanager ook een symboolfunctie.
De topmanager zal een great communicator moeten zijn die zijn medewerkers inspireert.
9.2.4 Middenmanagement
De grootste groep managers is de laag na het topmanagement van de organisatie. Dit is het
middenmanagement. Met het middenmanagement worden in beginsel alle leidinggevenden onder
het topmanagement aangeduid, zoals divisiemanagers, adjunct-directeuren, afdelingshoofden,
bedrijfsleiders en chefs. Het middenmanagement is belangrijk, aangezien dit management uitvoering
moet geven aan het algemene beleid en veelal direct leiding moet geven aan de uitvoerenden.
Zoals reeds eerder gesteld is, heeft het middenmanagement zowel beleidsformulerende als
uitvoerende taken.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper SvDelden. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.