MODERNE GESCHIEDENIS
“Western Civilization: Beyond Boundaries”
(Noble/Strauss et al)
H19 t/m H28
,H19: An Age Of Revolution, 1789-1815
Tegenwoordig wordt de Franse Revolutie gezien als het begin van modern Frankrijk/Europa. De
sterkste monarchie van Europa moest zich aanpassen aan zijn onderdanen. De koning werd afgezet en
geëxecuteerd, en de monarchie werd verworpen. Dit was bedreigend voor vorsten in heel Europa.
Revolutionaire vurigheid zorgde voor sterke Franse legers die hun tegenstanders konden overtreffen.
In de late jaren 1970 zou het Franse leger andere Europese staten binnendringen o.l.v. de meest
getalenteerde generaal in Europese geschiedenis: Napoleon Bonaparte. Hij bracht in heel Europa een
soort mix van imperiale agressie en revolutionaire verandering. Europa was getransformeerd door de
verschuiving van machtsbalans en door de verspreiding van revolutionaire ideeën.
Het begrijpen van de Franse Revolutie betekent het begrijpen van de oorsprong, de gecompliceerde
gebeurtenissen en hun belang. Het uitdagen van de koning zijn macht was niet nieuw, maar de koning
afzetten was revolutionair. Het volk werd in een nieuw daglicht gezet: zij waren de natie en als burgers
hadden ze het recht om vertegenwoordigd te worden in de regering. Lodewijk XVI transformeerde van
de goddelijke aangewezene vader van zijn volk naar een vijand van het volk. Centraal tijdens de
revolutie was de publieke opinie die werd vormgegeven en gebeurtenissen vormgaf. Verandering werd
geïnitieerd door symbolen: vlaggen, kreten, kunst, om de oude politieke orde uit te dagen en een
nieuwe politieke orde te legitimeren.
The Origins of Revolution, 1775-1789
What factors led to revolution in France in 1789?
De Atlantische wereld van de late 18e eeuw was een eenheid door praktische verbindingen van
commerce en gedeelde ideeën over vrijheid. Echter speelden de strategische interesses van de grote
Europese machten altijd een rol. Dus toen de Amerikaanse kolonisten actief de Britse overheersing
verwierpen en in 1776 hun onafhankelijkheid verklaarden, waren de consequenties verrijkend: Britse
handelsinteresses werden uitgedaagd, Franse ambities om ten koste van Engeland winst te maken,
werden geprikkeld en denkbeeldige vrijheid leek steeds meer aannemelijk. De overwinning van de
Amerikaanse kolonies van 1783, gevolgd door de creatie van de U.S. Constitutie in 1787 zorgde
overal voor meer aantrekkingskracht van het idee van vrijheid. Pogingen voor liberale reformaties
werden in verscheidende staten geïnitieerd: Nederland, Ierland, Polen. De Amerikaanse Revolutie had
echter het meest directe impact op Frankrijk, omdat Frankrijk betrokken was geweest bij de
Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog.
Revolutionary Movements in Europe
De Britten moesten naast de Amerikaanse oorlog, zich ook focussen op gedoe dichter bij huis. Veel
Britten hadden verschillende loyaliteiten: diegene die vonden dat de Amerikaanse rebellie met geweld
moest worden onderdrukt, waren overtuigd dat de oorlog verkeerd gemanaged werd. Zij wilden een
ministeriële regering. De Amerikaanse rebellie had ook effecten in andere gedeeltes van Europa.
Een reformatorische beweging ontstond in Ierland in 1779. De reformateurs eisten meer autonomie
vanuit Groot-Brittannië. Net als de Amerikanen, voelden de Ierse elite zich als een benadeelde jongere
partner van het Britse rijk. Ze verwierpen beleidsvormen dat winstgevend was voor Britse imperiale
interesses ten koste van de Ierse bestuursklasse: bijvoorbeeld de uitsluiting van Ierse havens voor
overzeese handel (dit was winstgevend voor de Engelse en Schotse havens) en het geven van politieke
rechten aan Ierse Katholieken zodat die konden vechten in Britse overzeese legers. De reformateurs
spraken hun oppositie uit in parlementaire debatten en in militair verzet. Ze organiseerden een systeem
met vrijwillige milities die Britse troepen konden bevechten. De ‘Volunteer Movement’ werd
gematigd toen er grotere parlementaire autonomie aan Ierland werd gegeven in 1782, gevolgd door
intrekking van restricties op Ierse handel. Anders dan de Amerikanen hadden de Ieren interne
worstelingen: de katholieke populatie dwong een accommodatie met de Britse regering.
,Ook in Nederland was er een politieke crisis. De Republiek werd geregeerd door een kleine oligarchie
van oude handelaarsfamilies in Amsterdam, en een militaire gouverneur: de stadhouder, vanuit het
Huis van Oranje. De belangen van de kooplieden en de stadhouder wilden wel eens botsen.
Spanningen werden heviger tijdens de Amerikaanse Revolutie: de kooplieden wilden handel blijven
drijven met de kolonisten, terwijl de stadhouder goede banden wilde houden met Engeland. Er kwam
een patriottenbeweging op, die een soort Amerikaanse vrijheid wilde. De Patriotten werden snel
uitgedaagd door nieuwere, rijke handelaren en professionelen die ook vrijheid wilden. In 1787 werd de
macht van de stadhouder hersteld door een invasie, de Patriotten deden er niks aan, omdat dit hun
stedelijke bestuur zou benadelen.
Zowel de Ierse vrijwilligers als de Nederlandse Patriotten leken op de Amerikaanse rebellies in
praktische en ideologische zin. Beide werden ze beïnvloed door economische en politieke
consequenties van de Britse relatie met de kolonies. Beide werden geïnspireerd door het succes van de
Amerikaanse rebellies en hun claims voor politieke zelfdeterminatie.
Ook in Polen laaide een wens voor politieke reformatie op in deze periode. Regeringsreformatie werd
geaccepteerd door de Poolse leiders, omdat in 1772 Polen belangrijke delen van de staat was
kwijtgeraakt. Begin 1788 ging het nog verder: er werd een constitutie geschreven, naar Amerikaans
model. Het document, het 3 mei (1791) Constitutie, was de eerst gecodificeerde constitutie in Europa.
Polen installeerde dus een constitutionele monarchie, met vertegenwoordigers van grote steden en adel
als plaatsvervangers. Het Liberum Veto (adel met individuele vetorecht) werd verworpen. Katherine
de Grote (Rusland) wilde geen constitutionele regering vlakbij haar eigen rijk en drong Polen binnen
in 1792. Polen was niet succesvol in zijn bescherming (leger o.l.v. Tadeusz Kosciuszko). Later zou
Koscciuszko een poging doen in 1794 om onder de Russische overheersing vandaan te komen. De
opstand werd de kop in gedrukt door Russische en Pruisische troepen. Polens constitutioneel
experiment was gedoemd te mislukken door de macht van zijn buren.
The American Revolution and the Kingdom of France
Frankrijk en Engeland waren handels- en politieke rivalen, en Frankrijk was op die manier gelijk
betrokken bij de Amerikaanse Revolutie. In de Zevenjarige Oorlog (1756-1763) hadden de Fransen
veel koloniale nederzettingen en handelsposten verloren aan Engeland. Franse hovelingen en ministers
eisten een agressieve koloniaal beleid dat Franse rijkdom terug zou brengen ten koste van Engeland.
De Amerikaanse Revolutie bracht kansen hiervoor. De Fransen hielpen de Amerikanen vanaf het
begin (1775) van het conflict. Bij de Slag bij Saratoga (1777) hadden de Britten hun eerste nederlaag
en Frankrijk erkende formeel de onafhankelijke Verenigde Staten, en stuurde troepen en geldmiddelen
aan de Amerikanen. Kapitein John Paul Jones’ bekende schip Bonhomme Richard was gefinancierd
door de Fransen. Deze Franse steun was beslissend. In 1781 zorgde de Franse vloot ervoor dat Britse
machten niet werden aangevuld in Yorktown (belegerd door George Washington). De Amerikaanse
overwinning bij Yorktown beëindigde de oorlog: bij het Verdrag van Parijs (1783) werd de
onafhankelijkheid van de kolonies erkend.
Franse steun had consequenties voor Frankrijk zelf: 1 biljoen pond (livres). Dat was ¼ van de gehele
staatsschuld van Frankrijk. Een andere impact was de deelname van ongeveer 9000 Franse soldaten,
zeilers en aristocraten. Benjamin Franklin (1706-1790) was in 1775 naar het Franse hof gekomen om
hulp te vragen voor Amerikaanse Onafhankelijkheid. Hier viel het idee van Amerika wel in de smaak.
De U.S. Constitutie en de verscheidene staatsconstituties (en de debatten hier omheen) waren allemaal
gepubliceerd in Parijs, in salons en aan het hof, waar het debat over hervorming van Franse instituties
ook al tientallen jaren gaande was. Amerika werd het prototype van een rationele republiek, de
belichaming van Verlichtingsfilosofie. Het werd gezien als de plek waar onzinnige erfelijke privileges
niet bestonden. Volgens sommigen legde de Amerikaanse Revolutie die basis voor een revolutie in
Frankrijk.
In de midden jaren 1780 was het niet langer de vraag OF het Franse regime hervorming zou ervaren,
maar meer de vraag HOE de reformatie zou worden vormgegeven. De koninklijke regering was bijna
,failliet. Een belangrijke minderheid van politieke elite vond het Franse systeem irrationeel. Toch
leidde een ontevreden elite en een financiële crisis niet gelijk tot een revolutie. Waarom greep de
Franse regering (Ancien Régime) niet in?
The Crisis of the Old Regime
Het Ancien Regime kwam in crisis door vier factoren:
1. Een verouderd belastingsysteem dat de hoge schulden niet aan kon
2. Institutionele beperkingen op de monarchie die privilege interesses beschermden
3. Publieke opinie die reformatie verbeelden en de monarchie die kant op dreef
4. Onbekwaamheid van Lodewijk XVI
Lodewijk XVI (r. 1774-1793) besteeg in 1774 de troon, een jaar voor de Amerikaanse Revolutie. Hij
was een aardige, welgemanierde man (beter voor bureaucratie dan koning). Koningin (Oostenrijks)
Marie Antoinette werd gewantrouwd voor ‘onnatuurlijke’ banden met Oostenrijk door dit huwelijk.
Zij was ook politiek onbekwaam (en werd beschuldigd voor veel uitgaven).
De financiële crisis was al lang gaande en kwam door het systeem waarbij de grootste rijkdom werd
beschermd door traditionele privileges. Aan de top waren de nobels, incl. krijgers en koninklijke
officieren. Zij hoefden (bijna) geen belastingen te betalen. Hierdoor kon de regering niet zijn rijkste
onderdanen belasten.
De erfenis van de macht van de adel zie je in deze periode in heel Europa. Maar uniek voor Frankrijk
was de kracht van de instituties die dit systeem in stand hield. Belangrijk hierbij waren de koninklijke
rechtbanken (parlements). Alle parlementariërs waren technisch gezien adel en wilden die traditionele
privileges in stand houden. Lodewijk XV (d. 1772) had aan het einde van zijn leven succesvol de
macht van de parlementen gereduceerd. Lodewijk XVI ging gebukt onder druk en herstelde de
parlementen weer tot hun volledige macht.
Het regeren met schulden was heel normaal voor monarchieën. Er waren pogingen om de schuld te
doen verminderen (bv. Door Lodewijk XIV die ambten verkocht), maar die hadden alleen privileges
doen verhogen. Engeland had een nationale bank opgezet om de regering te verlossen van het
probleem, maar de poging in Frankrijk had gefaald. Korte termijn crises zoals oogstmislukkingen,
droegen bij aan de crisis.
De parlementariërs en hovelingen verwierpen pogingen van de koning om bijvoorbeeld belasting te
laten betalen door iedereen (met een open markt). Boeren en dorpelingen vertrouwden een open markt
(vrij van controleurs) ook niet, ze waren bang dat het graan werd opgekocht en dat de populatie zou
verhongeren. Zulke reformaties zouden dus nooit werken in tijden van graantekorten. Veel mensen
steunden de parlementariërs ook, want zij waren de enige mensen die tegen de monarchie konden
ingaan.
In 1787 riep de koning een ‘Assembly of Notables’ bijeen, om hem te steunen in het beperkten van de
parlementen en het doorvoeren van een aantal veranderingen. Maar hij kreeg weinig steun. Sommigen
vonden dat deze beslissingen bij de Estates General lagen (sinds 1614 niet meer bijeengeroepen). De
drie Estates kwamen bijeen en stemden apart van elkaar op volgorde:
- Geestelijkheid (1e Estate Eerste Stand)
- Adel (2e Estate Tweede Stand)
- Gewone mensen (3e Estate Derde Stand)
The Estates General
In 1788 werden de Estates General bijeengeroepen door de koning, de afgevaardigden werden
gekozen door lokale vergaderingen, die weer werden gekozen door een wijde selectie van mannelijk
kiesrecht. Lodewijk dacht dat hij veel steun had in de provincies. Lodewijk vond ook dat de Derde
Stand twee keer zoveel afgevaardigden moest hebben als de twee andere standen, maar hij stemde niet
in met stemmen per hoofd i.p.v. stemmen op volgorde. Dat eerste zou de dominantie van de Derde
,Stand wel naar voren hebben gebracht, de laatste manier niet. Lodewijk hoopte dat de drastische eisen
van de Derde Stand de aristocratie en geestelijkheid bang zou maken en dat ze dan wel zouden
instemmen met een aantal van zijn hervormingen.
In mei 1789 kwamen de Estates General dan echt bijeen. Er waren al veel pamfletten rondgegaan met
debatten of de Derde Stand niet meer invloed zou moeten hebben (deze stand omhelsde de
meerderheid van de populatie). De belangrijkste pamflet was: What is the third estate (1789) door
Joseph Emmanuel Sieyès (bekend als Abbé Sieyès), zijn sympathie lag bij de Derde Stand. Zijn eigen
carrière was gestrand omdat hij niet van adel was. Binnen de Derde Stand waren er veel ambtenaren
die toch van lage sociale klasse waren. Zij waren voor reformatie, ze hadden weinig te verliezen. Deze
groep deed een staatsgreep toen ze de koning, en de Eerste en Tweede Stand niet meekregen.
1789: A Revolution Begins
Toen de Estates General bijeenkwamen (mei), waren er gelijk spanningen. De koning droeg een
gefaald programma van hervormingen voor. De afgevaardigden eisten dat de Drie Standen apart van
elkaar bijeen zouden komen en zouden stemmen. De afgevaardigden van de Derde Stand wilde alleen
stemmen als lid van de Estates General, niet als lid van de derde Stand. 6 weken lang was er een
impasse, waarin de Estates General niet bijeenkwam en de koning deed er niks aan. Tijdens deze
intermezzo, werd de vastberadenheid van de Derde Stand sterker. Een voor een werd men overgehaald
dat Frankrijk een geschreven constitutie moest krijgen.
The National Assembly
In het midden van juni waren er meer dan 30 reformisten binnen de geestelijkheid die
sympathiseerden met de Derde Stand, die op hun beurt alle afgevaardigden van alle drie de staten had
uitgenodigd om bijeen te komen en om samen gecertificeerd te worden. Op 17 juni verklaarde de
Derde Stand zich als Nationale Vergadering van Frankrijk. Eerst deed de koning niks, maar toen de
afgevaardigden op 20 juni bijeen wilden komen, ontdekten ze dat ze de hal niet konden betreden. De
Vergadering ging in plaats daarvan in een indoor tennisbaan ontmoeten en produceerde de Tennis
Court Oath: een collectieve belofte om bijeen te komen totdat er een geschreven constitutie zou
komen. Zeker van hun mandaat hadden de afgevaardigden de teugels van de regering in handen
genomen.
De koning ging door met slecht getimede pogingen voor compromissen. Meer afgevaardigden (ook
van de Eerste en Tweede Stand) voegden zich bij de Nationale Vergadering en Lodewijk eiste dat de
overgebleven loyale afgevaardigden zich ook moesten voegen bij de Nationale Vergadering. Hij was
bang voor disorder. De konings roep om troepen deed Parijzenaren wantrouwen. Sommige hadden de
theorie dat de troepen er waren om Parijs uit te hongeren en de Nationale Vergadering te verwoesten.
Parijs was erg belangrijk voor koninklijke macht.
The Storming of the Bastille
Het kostte maar weinig dat Parijs uitbarstte in demonstraties en plunderingen (nieuws dat een
reformatorische minister van financiën werd vrijgelaten). Menigtes belegerden de Stadshal en de
koninklijke wapenkamer (waar duizenden wapens werden veroverd). Een massamilitie werd gevormd
toen burgers zichzelf bewapenden, ze vielen plekken van koninklijke autoriteit aan, inclusief de grote
gevangenis: de Bastille, op 14 juli. De burgers dachten dat er veel wapens zouden liggen. Het
garnizoen besloot na een twijfelachtige verdedigen zich over te geven (nadat burgers de kanonnen
hadden gepakt en richting de gevangenis richtten). Het grootste deel van het garnizoen werd
vrijgelaten, maar de commandeur en sommige officiers werden vermoord door de menigte.
De overwinning van de burgers was beschamend voor koninklijke autoriteit. De koning moest gelijk
de massabeweging omarmen. Hij kwam naar Parijs en stond voor het volk in de rood/blauwe kokarde,
dat gedragen werd door de militie en de burgers. Deze symbolische actie signaleerde de omkering van
het Ancien Regime, beleid zou nu gebaseerd zijn op nieuwe principes.
, Geïnspireerd door Parijs, waren er in andere steden en dorpen ook opstanden. In veel gebieden viel het
gehele koninklijke bestuur. Stadsraden, officieren en zelfs parlementen werden uit de functie gezet.
Massamilities namen de controle over op straat. Ook op het platteland waren er opstanden. Sommigen
waren het resultaat van voedseltekorten, niet per se politieke opstanden.
Toward Constitutional Government
Deze gebeurtenissen dwongen de leden van de Nationale Vergadering om energievol te werken aan de
constitutie en om wetgeving tegen economische/politieke privileges door te voeren, om de
massaprotesten tevreden te houden. Op 4 augustus verwierp de Vergadering de overblijfselen van
macht dat landeigenaren hadden sinds de Middeleeuwen (incl. horigheid). Dit was grotendeels
symbolisch (horigheid werd in veel delen al niet meer gedoogd), toch wordt dit gezien als het einde
van feudalisme. Ook werd de gevestigde kerk geraakt: de tiende (belasting) werd opgeheven, dit was
het gedwongen 1/10e deel van iemands inkomen dat rechtstreeks naar de kerk ging. Aan het eind van
augustus werd de Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger doorgevoerd door de
Vergadering. Het was moedig om deze naar model van de VS te schrijven. De afgevaardigden wilden
de mens vrijstellen van overheidscorruptie en verklaarden de ‘natuurlijke, onvervreemdbare en heilige
rechten van de mens’.
In september gingen de afgevaardigden in debat over de koning zijn rol in de constitutie.
Koningsgezinden wilden een regering net zoals Engeland, met een tweekamerstelsel, met een eerste
kamer (hogerhuis/senaat) die de erfelijke aristocratie vertegenwoordigde en met een koninklijk
vetorecht. Meer radicalere afgevaardigden wilden een eenkamerstelsel, zonder vetorecht voor de
koning. De Vergadering sloot een compromis: de koning kreeg een drie-jaar uitstelvetorecht. Dit was
nog veel macht, maar wel een drastische vermindering van zijn voormalige absolute soevereiniteit.
The Women’s March to Versailles
Lodewijk schakelde weer de troepen in en liet ze gelijk naar Versailles komen, waar de Vergadering
bijeenkwam. Het nieuws dat de troepen werden geroepen, brak uit en men was woedend. Het kwam
tegelijk met opnieuw een graantekort. Op 5 oktober zagen vrouwen de lege marktkramen en namen
collectief actie: ‘Wij willen brood’ schreeuwden ze. Omdat zij verantwoordelijk waren voor het
voeden van hun familie, leidden vrouwen vaak broodprotesten. Dit protest ging echter verder dan
normaal. Duizenden verzamelden en marcheerden naar Versailles, vergezeld door de massamilitie (nu
de Nationale Garde), om de koning ertoe te brengen om direct voedsel te leveren.
Bij Versailles vielen sommige vrouwen neer bij de voeten van de koning. Ze waren verzekerd dat de
‘vader van de burgers’ hun lijden wel zou stoppen. Hij beval wel voorraden graan in Parijs en hij
accepteerde de constitutionele rol die de Vergadering voor hem had bedacht. De koning accepteerde
ook om terug naar Parijs te komen om de mensen te verzekeren en werd door zowel de massamilitie
en de vrouwen vergezeld. De koning werd nog steeds beschouwd als het vaderlijke figuur van de
mensen, de beschermer van het welzijn van de burgers, al had zijn macht en autoriteit flinke deuken
opgelopen. De Vergadering begon nu te besturen in de naam van de ‘natie’, en had tot nu toe de steun
van het volk.
The Phases of the Revolution, 1789-1799
Why did several phases of revolutionary change occur after 1789 and what
were the characteristics of each phase?
De Franse Revolutie was een complexe zaak. Het was een serie van veranderingen, eigenlijk een serie
van kleine revoluties, gedreven door verscheidene groepen. Zelfs onder de elites die overtuigd waren
van de noodzaak van hervormingen, waren er verschillende meningen. De mensen van Parijs bleven
een belangrijke kracht voor verandering. Plattelandsmensen werden ook actief, vooral in het verzetten
tegen veranderingen die hen werden opgedragen door de centrale overheid. Dit allemaal werd nog
ingewikkelder door buitenlandse reactie op de revolutie. Het bescherming van de revolutie tegen
buitenlandse vijanden werd een routinelast voor de zwakke revolutionaire regeringen. Daarnaast