Begrippenlijst sociaal-emotionele problemen
College 1: intro
Begrip Betekenis
Predisponerende factoren Aanleg / genetisch
Instandhoudende factoren In de omgeving (ruzie tussen ouders)
Uitlokkende factoren Incidenten, nare ervaringen (misbruik)
Beschermende factoren Goede school, netwerk, vrienden
Prevalentie Hoe vaak komt het voor
Symptoom Ziekte teken
Hoofdsymptoom Moet absoluut aan voldaan worden
Bijsymptoom Maken het beeld volledig
Syndroom Groep van symptomen
Stoornis Afwijkend gedrag
Categoriaal Wel / niet stoornis
Dimensioneel Mild, gemiddeld, hoog mate van stoornis
Systeembenadering Vanuit context + omgeving
Netwerkbenadering Symptomen die elkaar beïnvloeden en in
stand houden
Multifinality Zelfde oorsprong verschillende
uitkomsten
Equifinality Verschillende oorsprong zelfde uitkomst
College 2: autisme spectrum stoornis
Begrip Betekenis
Pdd nos Enkele kenmerken van autisme maar niet
voldoende om aan diagnose te voldoen
Asperger Taal speelt geen grote rol, hogere
cognitie
Stoornis van rett Alleen meisjes, opeens stagnatie in
ontwikkeling
Klassiek autisme Typische kenmerken autisme
Savant Heel bijzonder talent
Hyperactiviteit Onrust
, Hypo-activiteit Weinig willen bewegen
Inalert Weinig interactie, krijgen niet veel mee
van de wereld om hen heen
Passief Afwachtend, weinig inbreng
Actief maar bizar Onaangepast, lijkt opdringerig
Overformeel, onnatuurlijk Hogere verbale intelligentie, moeilijk
taalgebruik
Idiosyncrasie Waarnemen op bijzondere manier
(getallen in kleur zien)
Neuologismen Zelf bedachte woorden gebruiken
Echolalie Herhalen van woorden op dezelfde
manier
Prominal reversal Omkeringen als jij en ik, wij en julie
Theorie of mind Gevoel bij jezelf en anderen herkennn
First order Je bent niet alleen op de wereld
Second order Je weet dat de ander kan denken, maar
niet wat hij kan denken
Third order Je weet dat de ander kan denken en denk
ook na over wat de ander denkt.
Executieve functies Werkgeheugen, planning, inhibitie,
interferentiecontrole (= hoe snel je weer
door kan gaan als je onderbroken wordt).
Centrale coherentie Fragmentarische waarnemen
Contextuele sensitiviteit Context nodig voor betekenisverlening
College 3: angst
Begrip Betekenis
Persisteren Blijven aanhouden, hardnekkig
Separatie angststoornis Angst voor scheiding thuis of
hechtingsfiguur
Selectief mutisme Niet spreken in specifieke sociale situatie
Specifieke fobie Onrealistische angst voor object, voorval
of situatie
Sociale angststoornis Angst voor beoordeling in sociale
situaties