Communicatie: theorie voor in de praktijk:
Persoonlijke relatie: Zonder doel, vanuit vrije wil bij elkaar.
Functionele relatie: beroepsmatig, taakgericht, professionele afstand, niet vrijblijvend.
Soorten communicatie:
-Eenzijdige communicatie, komt van 1 kant
-Tweezijdige communicatie, komt van beide kanten.
-Verbale communicatie, alle communicatie, dus gesproken taal, brief, mail. Spreken en
schrijven.
-Non-verbale communicatie. Kan krachtiger zijn dan andere communicatie. Bestaat uit:
Lichaamshouding,
Aanraking,
Mimiek (kijken),
Gebaren,
Oogcontact,
Intonatie, (praten met eenzijdige toon)
Uiterlijk.
Referentiekader: Wat je allemaal weet, ervaring, kennis, vooroordelen, hoe je een
boodschap binnenkrijgt.
Hoe krijg je informatie binnen op 2 niveaus:
-Via inhoud
-Via betrekkingsniveau, gevoelsmatig, emotioneel vlak.
Betekenis geven aan een boodschap:
Waarnemen
Interpreteren, wat betekent dit voor mij?
Evalueren, wat vind ik ervan?
Feedback geven en ontvangen:
De manier waarop je op elkaar reageert, bevat heel veel informatie over hoe je naar elkaar
kijktfeedback.
Positieve feedback is een waarderende reactie.
Negatieve feedback houdt altijd 1 of andere vorm van kritiek in.
Opbouwende kritiek: Knap hoor, bijna alles goed.
Afbrekende kritiek: Heb je nou nog 2 fouten?!