Hoofdstuk 1: lichamelijke en cognitieve ontwikkeling tijdens de vroege volwassenheid
Deel 1 – Jongvolwassenheid (20 – 40 jaar)
In de meeste opzichten zijn de lichamelijke ontwikkeling en rijping aan het begin van de vroege
volwassenheid, rond 20ste, voltooid. De meeste mensen zijn dan op het hoogtepunt van hun
lichamelijke mogelijkheden.
Veroudering De natuurlijke lichamelijke achteruitgang die wordt veroorzaakt door het ouder
worden
Hersenen blijven in omvang als in gewicht doorgroeien tot ze ergens tijdens de vroege volwassenheid
hun maximum bereiken. Vervolgens zullen de hersenen in latere fases in volume afnemen. Er word
gesnoeid en de myelinisering loopt door. Deze veranderingen ondersteunen de cognitieve vorderingen
Myeline Vettige stof die op veel plaatsen in het zenuwstelsel het axon omhult. Myeline
geeft de witte stof zijn witte kleur. Het zorgt ervoor dat zenuwimpulsen sneller
worden doorgestuurd.
Zintuigen zijn in deze periode gevoeliger dan ooit;
-Er vinden veranderingen plaats in de elasticiteit van het oog, begint pas vanaf 40 ste op te merken
-Gehoor is nu op zijn best (vrouwen gevoeliger voor hoge tonen)
-De smaak en gevoeligheid voor aanraking en pijn zijn zeer goed, begint pas na 40 ste/50ste af te nemen
Een gebrek aan beweging verhoogt de kans op hart- en vaatziekten, darm- en borstkanker, osteoporose,
suikerziekte, depressiviteit en zwaarlijvigheid in sterke mate.
Hartstichting en WHO: dagelijks een halfuur matige inspanning voldoende
Nederlandse Gezondheidsraad: doe minstens 150 minuten per week aan matige intensieve inspanning
Jongvolwassene moet minstens 3 x per dag 10 minuten bewegen om fysiek fit te blijven
Regelmatige lichaamsbeweging levert veel voordelen op:
-Het verbetert de conditie van het cardiovasculaire systeem, wat betekent dat hart en bloedvaten
efficiënter kunnen werken
-De longcapaciteit neemt toe, waardoor het uithoudingsvermogen groter wordt
-De spieren worden sterker en het lichaam wordt soepeler en wendbaarder
-De bewegingsvrijheid wordt groter en de spieren, pezen en gewrichtsbanden worden elastischer
-Lichaamsbeweging in deze levensfase vormt een goede bescherming tegen osteoporose,
botontkalking, op latere leeftijd
-Mogelijke stimuleert lichaamsbeweging ook het immuunsysteem van het lichaam, waardoor dat beter
in staat is om ziekten te bestrijden.
-Daarnaast helpt het ook om stress en angst te verminderen en werkt ze verlichtend bij depressie.
-Lichaamsbeweging kan mensen het gevoel geven dat ze controle hebben over hun lichaam en kan
bijdragen aan een goed gevoel
Keuzes in levensstijl kunnen leiden tot secundaire veroudering: lichamelijke aftakeling die veroorzaakt
wordt door omgevingsfactoren of individueel gedrag (alcohol, tabak, drugs, onveilig vrijen)
Voedingsdriekhoek 1. Eet in verhouding meer voeding van plantaardige dan van dierlijke
oorsprong
2. Geef de voorkeur aan weinig of niet-bewerkte voeding en eet zo weinig
mogelijk ultrabewerkte voeding
3. Vermijd overconsumptie en voedselverspilling
Veel water drinken krijgt voorrang op alles.
Overgewicht Overgewicht = BMI van 25 tot 29,9 en obesitas 30+
- Overgewicht is een belangrijk maatschappelijk probleem geworden.
- Opvallend is dat bij mannen het overgewicht afneemt, terwijl het bij vrouwen
nog altijd toeneemt. Er is sprake van een piek in de stijging van het aantal
personen met ernstig overgewicht, vooral bij vrouwen.
Anorexia -We spreken over een eetstoornis (anorexia) als je geobsedeerd bent door alles
, wat met je gewicht, lichaamsomvang en eten te maken heeft en dat daarom je
gezondheid in gevaar komt (vooral een vrouwenziekte)
-DMS 5 = laag lichaamsgewicht en verstoord lichaamsbeeld, onderscheid 2 typen
1. Beperkende type; waarbij iemand tijdens een episode van anorexia nervosa niet
geregeld vreetbuien heeft of laxeert
2. Purgerende type (vreetbuien); waarbij iemand tijdens een episode van anorexia
nervosa geregeld vreetbuien heeft of purgeert
Lichamelijke Elk langdurig en belangrijk participatieprobleem van een persoon dat te wijten is
beperkingen aan het samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische, lichamelijke
of zintuigelijke aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, en persoonlijke
en externe factoren = lichamelijke of geestelijke beperking heeft gevolgen voor het
dagelijks leven
Stress De lichamelijke en emotionele reactie op gebeurtenissen die ons bedreigen of
uitdagen
Ons bestaan wemelt van de gebeurtenissen en omstandigheden die we stressoren noemen en die een
bedreiging kunnen vormen voor ons welzijn
Psychoneuro- Onderzoek naar de relatie tussen de hersenen, het immuunsysteem en
immunologie (PNI) psychologische factoren / hebben ontdekt dat stress verschillende gevolgen kan
hebben
Meest rechtstreekse gevolg is een biologische reactie die optreedt als bepaalde hormonen een
versnelde hartslag, verhoogde bloeddruk en meer transpiratie en zweten veroorzaken kunnen soms
handig zijn voor nood-situatiereactie (verdedigen voor bedreigende situatie)
Langdurige en voortdurende blootstelling aan stressoren kan ertoe leiden dat het lichaam steeds
slechter in staat is om stress te hanteren
Oorzaken van stress Lazarus & Folkman; mensen doorlopen een aantal stadia, waarin ze bepalen of ze
wel of geen stress ervaren.
1. Primaire inschatting – de betrokkene beoordeelt de gebeurtenis om te bepalen
of de gevolgen ervan positief, negatief of neutraal zijn.
2. Secundaire inschatting – het antwoord van de betrokkene op de vraag ‘Kan ik
dit aan?’. Het is een inschatting of zijn copingvaardigheden en hulpbronnen
voldoende zijn om de dreiging die de potentiële stressor inhoudt het hoofd te
kunnen bieden.
Algemene principes waarmee we kunnen voorspellen of een gebeurtenis als stressvol zal worden
opgevat (Shelley) :
- Gebeurtenissen en omstandigheden die negatieve emoties oproepen, leiden eerder tot stress dan
positieve gebeurtenissen en omstandigheden
- Situaties die onbeheersbaar of onvoorspelbaar zijn, veroorzaken eerder stress dan situaties die beheerst
en voorspeld kunnen worden
,- Gebeurtenissen en omstandigheden die ambigu en verwarrend zijn, veroorzaken meer stress dan
gebeurtenissen en omstandigheden die eenduidig en overzichtelijk zijn
- Mensen die tegelijkertijd veel taken moeten vervullen die veel van hun capaciteiten vragen, zullen
waarschijnlijk meer stress ervaren dan mensen die minder dingen te doen hebben
Gevolgen van stress - De fysiologische arousal die optreedt leidt tot een slijtageslag die op de lange
termijn allerlei negatieve gevolgen kan hebben (hoofdpijn, rugpijn,
huiduitslag, verstopping, chronische vermoeidheid, verkoudheid)
- Het immuunsysteem kan beschadigd raken
- Stress kan de oorzaak zijn van psychosomatische aandoeningen.
Stress beïnvloedt mensen op vele manieren:
-door het risico op ziekte te verhogen, door ziekte te veroorzaken, door herstel
van ziekte te bemoeilijken en door het toekomstige copingvermogen te
verminderen, ook wordt oordeelsvermogen aangetast
Psychosomatische Medische problemen die worden veroorzaakt door de interactie tussen
aandoeningen psychologische, emotionele en lichamelijke problemen
Stress hanteren - Probleemgerichte coping; proberen een stressvol probleem het hoofd te
bieden door de situatie rechtstreeks te veranderen, waardoor de situatie
minder stress oproept.
- Emotiegerichte coping; waarbij hun emoties bewust proberen te reguleren.
- Soms weten mensen dat ze in een stressvolle situatie zitten die ze niet kunnen
veranderen. Hun manier van coping bestaat uit het beheersen van hun
reacties (mediteren, sporten)
- Defensieve coping; heeft te maken met onbewuste strategieën die de ware
aard van een situatie verdraaien of ontkennen. Is een manier om het
werkelijke probleem te vermijden of te negeren.
- Soms gebruiken mensen drugs of alcohol om aan stressvolle situaties te
ontsnappen.
Ratey en Hagerman: lichaamsbeweging is een belangrijke factor bij
stresshantering
- Ans kan moeilijk een geschikte kinderopvang voor haar dochtertje van 2 jaar vinden. Zij vindt dat ze haar
situatie van de positieve kant moet bekijken; zij heeft immers wel een baan in deze moeilijke economische
tijden. Deze manier van omgaan met stress is: emotiegerichte coping
Coping Poging om de dreiging die tot stress leidt te beheersen, te reduceren of te leren
verdragen
Benadering van - De aard van het denken verandert kwalitatief tijdens de vroege
Labouvie-Vief volwassenheid. Ze stelt dat denken dat puur op formele operaties is
gebaseerd onvoldoende tegemoetkomt aan de eisen die aan jongvolwassenen
worden gesteld.
- Labouvie-Vief denkt dat jongvolwassenen de paradoxen van de samenleving
leren hanteren door ze m.b.v. analogieën en metaforen met elkaar te
vergelijken. Zo raken ze steeds vertrouwder met een subjectievere manier van
begrijpen.
- Postformeel denken omvat ook dialectisch denken, belangstelling en
waardering voor argumenten, tegenargumenten en debat. Bij dialectisch
denken is er ruimte voor de mogelijkheid dat zaken niet altijd helder af te
bakenen zijn en dat antwoorden op vragen niet altijd absoluut goed of fout
zijn, maar dat er soms over onderhandeld moet worden.
Kortom, postformeel en dialectisch denken houden rekening met een wereld waar soms geen duidelijk
onderscheid is tussen goede en foute oplossingen van problemen, een wereld waarin je voor het
beantwoorden van complexe menselijke vragen soms niet genoeg hebt aan logica alleen. In sommige
, gevallen zijn moeilijkheden alleen op te lossen als men uit eerdere ervaringen kan putten.
Postformeel denken Denken dat rekening houdt met het feit dat de hachelijke situaties waarin
volwassenen kunnen terechtkomen soms op relativerende wijze moeten worden
opgelost.
/// I.p.v. het denken te baseren op puur logische processen met absoluut goede
en absoluut foute antwoorden, houdt postformeel denken rekening met het feit
dat de hachelijke situaties waarin volwassenen terecht komen soms op
relativerende wijze moeten worden opgelost.
Perry’s benadering van - Voor Perry representeerde de vroege volwassenheid een periode van
postformeel denken ontwikkelingsgroei die niet alleen beheersing inhoudt van bepaalde soorten
kennis maar ook van manieren om de wereld te begrijpen
- Jongerejaars gebruiken in hun visie op de wereld vooral dualistisch denken =
iets is goed of fout, mensen zijn goed of slecht, anderen zijn voor of tegen hen
- Naarmate de studenten met nieuwe ideeën werden geconfronteerd en ze
kennismaakten met de gezichtspunten van andere studenten en docenten,
nam dit dualistisch denken af. meervoudige denken; over elke kwestie zijn
verschillende standpunten mogelijk
- Dit meervoudige denken uitte zich in een verschuiving in de manier waarop de
studenten naar autoriteiten keken: i.p.v. a priori aan te nemen dat experts alle
antwoorden hebben, begonnen ze ervan uit te gaan dat hun eigen gedachten
over een kwestie ook waardevol waren, mits die goed doordacht en rationeel
waren.
- Volgens Perry hadden ze een stadium bereikt waarin ze alle kennis en
waarden als relatief beschouwden.
Schaies stadia van - Schaie gaat verder waar Piaget is gestopt en stelt dat het denken van
ontwikkeling volwassenen zich volgens een vast patroon van stadia ontwikkelt.
- Verschil met Piaget= richt Schaie zijn aandacht op de manieren waarop
informatie tijdens de volwassenheid wordt gebruikt, i.p.v. op de
veranderingen in het verwerven en begrijpen van nieuwe informatie
Cognitieve veranderingen stoppen NIET aan het einde van de adolescentie,
zoals Piaget meende.
1. Verwervend Eerste stadium van cognitieve ontwikkeling omvat de gehele kindertijd en
stadium adolescentie de belangrijkste ontwikkelingstaak, die bestaat uit het verwerven van
informatie. De informatie die we in deze periode verzamelen, wordt grotendeels
opgeslagen voor toekomstig gebruik.
2. Uitvoerend Stadium waarin jongvolwassenen de verworven kennis toepassen op specifieke
stadium situaties die te maken hebben met het bereiken van langetermijndoelen op het
gebied van carrière, gezin en bijdrage aan de maatschappij
3. Verantwoordelij Stadium waarin mensen van middelbare leeftijd zich vooral bezighouden met hun
k stadium persoonlijke situatie, inclusief het beschermen en verzorgen van partner, gezin en
carrière.
4. Ondernemend Periode tijdens de middelbare leeftijd waarin mensen hun blikveld verbreden en
stadium ze zich verantwoordelijker gaan voelen voor de wereld als geheel. I.p.v. zich alleen
op hun eigen leven te richten, steken mensen in het ondernemend stadium ook
energie in het verzorgen en in stand houden van maatschappelijke instituten.
5. Reïntegratief Periode tijdens de ouderdom waarin de aandacht vooral gericht is op zaken die
stadium persoonlijke betekenis hebben. In dit stadium verwerven ze kennis niet langer als
middel om potentiële problemen op te lossen, maar om zich te verdiepen in
specifieke onderwerpen die hen bijzonder interesseren. Bovendien hebben ze
minder belangstelling voor dingen die ze niet direct in hun leven kunnen
toepassen.