2021
Onderzoekend vermogen (CAT) PL3
Careyn Zorg thuis –
Team Staatsliedenkwartier 2 Woerden
Auteur: …………………
Student nummer: …………………
Cursuscode: GVE-3.PL3-16
Groepsnummer: GVE-2DHW-PLA
Schoolinstelling: Hogeschool Utrecht
Stage instelling: Careyn Zorg thuis
Werkbegeleider: ………………………
Stage docent: Léonore Krijt
Inleverdatum: 14-06-2021
,Samenvatting
Titel: Wanneer moet de urineopvangzak bij een blaaskatheter vervangen worden?
Probleembeschrijving
In de wijkverpleging komt het geregeld voor dat cliënten een blaaskatheter hebben. Deze groep
cliënten heeft door blaaskatheterisatie een verhoogd risico om een urineweginfectie (UWI) te
ontwikkelen. Een belangrijke interventie ter preventie van een UWI is het behouden van een
gesloten urine drainagesysteem. Dit systeem bestaat uit de blaaskatheter en de daaraan
gekoppelde urineopvangzak. Bij het vervangen van deze opvangzak wordt dit gesloten systeem
doorbroken. Dit verhoogt mogelijk het infectierisico. Echter een lagere frequentie van het
vervangen van de opvangzak kan ook bacteriën de kans geven via de connector slang te migreren
naar de blaas1 4. De verpleegkundigen en verzorgende vragen zich af welke risico’s er zijn bij het
verhogen of verlagen van de gebruiksduur van de urineopvangzak.
Het is de constatering van de verpleegkundige en verzorgende dat de frequentie van vervanging
van deze opvangzak verschilt per cliënt en zorgverzekeraar. Daarnaast is de huidige praktijkrichtlijn
van het Verenso over ‘blaaskatheters’ uit 20115 niet duidelijk. Deze stelt als aanbeveling dat deze
tenminste drie dagen gebruikt kan worden. Een maximum wordt hier niet aangegeven. De klinische
onzekerheid bij de verpleegkundigen over welke frequentie voor het vervangen van de opvangzak
passend en juist is, blijft reeds aanwezig.
Aanbeveling
De urineopvangzak mag om de zeven dagen worden vervangen door een nieuwe. Bij het dagelijks
spoelen van opvangzak met verdunt bleekmiddel kan de gebruiksduur hiervan worden verlengd tot
veertien dagen. Aanbeveling niet volgen als hiervoor een contra indicatie is afgegeven door een
arts. Bij zichtbare verontreiniging of vermoeden van urineweginfectie; het vervangingsbeleid
heroverwegen. Adviezen baseren op individuele omstandigheden van de cliënt en evidence based
practice.
Onderzoeksvraag (PICO)
P: Cliënten met verblijfskatheter in de thuiszorg
I: Lagere frequentie vervangen urineopvangzak dan drie dagen.
C: (Hogere frequentie van verwisselen urineopvangzak)
O: Risico op ontwikkeling van urineweginfecties blijft onveranderd.
Zoekstrategie
Databanken: Pubmed, CHINAHL en de Cochrane Library. Er is gezocht naar publicaties van 2010
tot 2020. Tijdsperiode uitgebreid indien nodig. Mesh-zoektermen: urinary catheter, drainage
system, urine collection, CAUIT, time factor(s), risk assessment en guideline. Zoekbewerkingen
hebben; één randomized controlled trial (RCT)2, twee systematische reviews3 4 en één prospective
review1 opgeleverd.
Kritische beoordeling (betrouwbaarheid)
De vier artikelen zijn positief beoordeeld aan de hand van de beoordelingslijst ‘wetenschappelijke
onderzoekspublicaties’ verstrekt door de Hogeschool Utrecht. De artikelen zijn voorzien van peer
review en opgenomen in een erkent wetenschappelijk tijdschrift.
Resultaten
De RCT2 voorziet geen statische significantie (P=.9) in de incidentie van UWI tussen de groep
waarvan de urineopvangzak niet vervangen werd gedurende opname, tegenover die om de drie
dagen een nieuw exemplaar kregen. Betrouwbaarheidsinterval 95%. Gemiddelde opnameduur 10.1
,dagen. De onderzoekers constateren dat het vervangen van de opvangzak elke drie dagen geen
verhoogd risico geeft. Generaliseerbaarheid naar de wijk beperkt. Geen opvatting over maximale
gebruiksduur opvangzak.
Prospective studie3 naar ‘preconnected’ opvangzakken. Deze geven 41% reductie in relatief risico
op UWI in patiënten tegenover gebruik ‘normale’ opvangzakken die dagelijks werden vervangen.
Uitkomst statistisch significant (P=0.045), betrouwbaarheidsinterval: 95%. Het uitstellen van het
vervangen van een opvangzak geeft geen verhoogd risico op UWI. Patiënten waren voor gemiddeld
8 dagen gekatheteriseerd, variatie (2-57). Kwaliteit onderzoek voldoende volgens beoordelingslijst.
Beperkte generaliseerbaarheid voor langdurige katheterisatie zoals in de thuiszorg.
Systematische review4 naar reinigingsmethodieken opvangzak. Deze dagelijks te spoelen met
verdunt bleekmiddel zorgt voor vermindering bacteriegroei. Gebruiksduur van opvangzak kan
daardoor verlengd worden naar maximaal veertien dagen. Deze aanbeveling wordt gebaseerd uit
één goed uitgevoerd RCT, zeven productreviews van fabrikanten van opvangzakken en één
praktijkrichtlijn.
Systematische review1 naar ‘safe practices’ gebruik drainagesystemen bevestigd aan been van
patiënt. Het is de constatering van de onderzoekers dat er onvoldoende consensus is betreft de
gebruiksduur opvangzakken in de literatuur. Aanbevelingen variëren van vijf tot zeven dagen en
met spoelen maximaal vier weken. Hiervoor zijn fabrikanten van opvangzakken, meerdere
internationale richtlijnen en andere systematische reviews voor geraadpleegd. Doet uitspraak dat
het relatief risico op verbreking drainagesysteem voor langdurige katheterisatie gering is. Dit
onderzoek is breed opgezet en geeft een goede weergave van literatuur.
Conclusie
Er zijn onvoldoende aanwijzingen gevonden dat het verlagen van de frequentie voor het vervangen
van de urineopvangzak zorgt voor een significant verhoogd risico op UWI bij langdurende
katheterisatie. De huidige aanbevolen drie dagelijkse vervanging van de opvangzak in de huidige
praktijkrichtlijn ‘blaaskatheters’ van het Verenso uit 20115 kan verruimd worden.
Literatuurlijst
1. Bradly, S. M., Schweon, S. J., Mody, L., Mahajan, D., & Olmsted, R. N. (2018, 09). Identifying
safe practices for use of the urinary leg bag drainage system in the postacute and long-term
care setting. Am J Infect Control, 46(9), 973-979. doi:10.1016/j.ajic.2018.03.029
2. Keerasuntonpong, A., Thearawiboon, W., Panthawanan, A., Judaeng, T., Kachintorn, K.,
Jintanotaitavorn, D.,Thamlikitkul, V. (2003, 02). Incidence of urinary tract infections in patients
with short-term indwelling urethral catheters: a comparison between a 3-day urinary drainage
bag change and no change regimens. Am J Infect Control, 31(1), 9-12. doi:10.1067/mic.2003.31
3. Madeo, M., Barr, B., & Owen, E. (2009). A study to determine whether the use of a preconnect
urinary catheter system reduces the incidence of nosocomial urinary tract infections. J Infect
Prevention, 10(2), 76-80. doi:10.1177/1757177408093500
4. Wilde, M. H., Fader, M., Ostaszkiewicz, J., Prieto, J., & Moore , K. (2013, mei 1). Urinary Bag
Decontamination for Long-term Use. J Wound Ostomy Continence Nurs, 40(3), 299-308.
doi:10.1097/WON.0b013e3182800305
5. Verenso. (2011). Richtlijn Blaaskatheters - Langdurige blaaskatheterisatie bij patiënten met
complexe multimorbiditeit. Utrecht. Opgeroepen op 2021, van
https://www.verenso.nl/_asset/_public/Richtlijnen_kwaliteit/richtlijnen/database/VerensoRic
htlijnblaaskatheters2.pdf
, Inhoudsopgave
1 Inleiding..................................................................................................................................... 1
1.1 Probleemstelling ................................................................................................................ 1
1.2 Doelstelling ........................................................................................................................ 2
1.3 Onderzoeksvraag ............................................................................................................... 2
1.4 Essentiële variabelen.......................................................................................................... 2
2 Onderzoeksmethodiek & dataverzameling................................................................................. 4
2.1 In en- exclusiecriteria ......................................................................................................... 4
2.2 Zoektermen ....................................................................................................................... 4
2.3 Zoekplan ............................................................................................................................ 5
2.4 Resultaat van de zoekactie ................................................................................................. 6
3 Data-analyse .............................................................................................................................. 8
3.1 Resultaat ............................................................................................................................ 8
4 Discussie .................................................................................................................................. 11
4.1 Beperkingen onderzoek ................................................................................................... 11
4.2 Implicaties voor de praktijk .............................................................................................. 12
5 Conclusie ................................................................................................................................. 13
6 Advies...................................................................................................................................... 14
7 Bibliografie .............................................................................................................................. 15
8 Bijlagen.................................................................................................................................... 17
Bijlage 1: Uitvoering zoekplan ...................................................................................................... 17
Bijlage 2: Praktijkaanbevelingen veilig gebruik urineopvangzak.................................................... 19
Bijlage 3: Kwaliteitsbeoordeling artikelen .................................................................................... 20
Bijlage 4: Feedbackformulier stageopdracht voor werkbegeleiders 1 ........................................... 31
Bijlage 5: Feedbackformulier stageopdracht voor werkbegeleiders 2 ........................................... 32
9 Beoordelingsformulier docent ................................................................................................. 33