100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten
logo-home
College aantekeningen Neuropsychologie volledig uitgewerkt, Developmental Neuropsychology, ISBN: 9781848722026 €5,49
In winkelwagen

College aantekeningen

College aantekeningen Neuropsychologie volledig uitgewerkt, Developmental Neuropsychology, ISBN: 9781848722026

1 beoordeling
 6 keer verkocht

Volledige uitwerking van alle colleges voor het vak neuropsychologie. In de colleges wordt het boek Developmental neuropsychologie behandeld H1,2,3,4,6,7,8,9 en 10. Daarnaast ook de bijbehorende artikelen en informatie die niet uit de opgegeven literatuur komt, maar wat je wel moet weten voor het t...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 35  pagina's

  • 5 juli 2021
  • 35
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Jaap van der meere
  • Alle colleges
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (2)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: femkefs • 3 jaar geleden

avatar-seller
rosannevandoorn
Colleges Neuropsychologie volledig uitgewerkt




College 1

1. Waarom vanuit het ontwikkelingsperspectief?

Definities ontwikkelingsstoornissen en verworven letsel
Je kan een onderscheid maken tussen zogenaamde ontwikkelingsstoornissen en verworven
letsel/problemen/stoornissen.
- Ontwikkelingsstoornissen (Developmental disorders):
 Dit wordt vroeg in de ontwikkeling gedetecteerd. Dit vereist dan ook vroegtijdige
interventie. Deze interventies zijn niet gericht op de primaire problematiek. Soms kan dit
wel zoals bijvoorbeeld een geheugenprobleem. Maar tegelijkertijd zijn veel interventies
bedoelt om erger te voorkomen.
Stel een kind zit in een rolstoel, dan is het voor dit kind wel goed om beweging en
gymnastiek aan te bieden aangepast op het kind, om te voorkomen dat het kind te dik
wordt. Dit kun je verstaan onder associated deficts (bijhorende problemen). Het is dus
belangrijk om de onderontwikkelde functies te beschermen.
- Verworven letsel/problemen/stoornissen (Acquired disorder):
 Hieronder wordt verstaan dat we het ene moment het kind nog volledig intact is (dus
geen problemen in de hersenen). Het kind raakt betrokken bij een ongeval en er ontstaat
hersenletsel, ook wel verworven hersenletsel.

Verschil/ onderscheid ontwikkelingsstoornissen en verworven letsel
- Het verschil zit hem dus in de oorzaak. Bij verworven letsel is het duidelijk waardoor het
komt, bijvoorbeeld door een verkeersongeval. Bij ontwikkelingsstoornissen dan weet men
het eigenlijk niet wat de oorzaak is. Wat is de oorzaak van autisme en ADHD? Er zijn wel
ideeën en hypothesen, maar we weten het niet precies. Er moet in zijn algemeenheid meer
onderzoek naar gedaan worden.
- Bij ontwikkelingsstoornissen is het zo dat de oorzaken niet bekend zijn (geen eenduidige
oorzaak) maar meer een reeks van gebeurtenissen. Bijvoorbeeld stress tijdens de

1

, zwangerschap en de mogelijke ontwikkeling van ADHD. Mocht dat onderzoek nou weer
verder zijn dan nu het geval is en meer aanknopingspunten gevonden worden dat dit
inderdaad het geval is, dan zal ADHD van een ontwikkelingsstoornis langzaam veranderen in
een verworven stoornis. Dus als het inzicht groeit kunnen ontwikkelingsstoornissen overgaan
in verworven stoornissen.

Verschillen kinderen en volwassenen
- Een verschil is de herstelfuncties. Plasticiteit (plasticity): mensen denken bij plasticiteit aan
dat het gunstig is, maar dit hoeft helemaal niet het geval te zijn. Plasticiteit betekent eigenlijk
een reactie van de hersenen op een stressvolle gebeurtenis, het betekent het hergroeperen
van functies. Het kan betekenen dat de functie van de ene hemisfeer de functie van de
andere hemisfeer overneemt. Het kan ook gebeuren dat binnen hetzelfde hemisfeer waar
het insult heeft plaatsgevonden, delen worden overgenomen. Maar het kan ook zijn dat het
overnemen weer ten koste gaat van verminderde andere cognitieve vermogens. In elk geval
als we het over kinderen hebben dan is het idee dat de plasticiteit van het kind groter is.
- Kennard Prinicipal: Kennard was in 1980 zeer betrokken als neuroloog. Hij formuleerde het
principe wat betekend dat als het dan toch je lot is om hersenletsel op te lopen, dat dit maar
beter vroeg in de ontwikkeling kan. Juist vanwege die grotere plasticiteit. Hoe eerder in de
ontwikkeling des te beter dan later. In heel wat voorbeelden gaat dit Kennard principe
inderdaad op, maar er zijn ook genoeg voorbeelden op te noemen waarin dit principe niet
echt opgaat. Er is veel onderzoek overheen gegaan en dan blijkt uit empirisch onderzoek dat
het tegengestelde wel eens waar kan zijn. Namelijk dat hoe eerder het ongeval plaats vindt,
hoe meer dat met allerlei kwetsuren (beschadigingen) gepaard gaat. Vulnerability
(kwetsbaarheid) bij kinderen is groter dan bij volwassenen. Alles wat in de groei is, is
kwetsbaarder dan hetgeen dat al uitgerijpt is.

Waarom een ontwikkelingsperspectief?
- Diagnose is verschillend tussen kinderen en volwassenen.
 Kinderen kunnen nauwelijks uitleg geven aan de problematiek die zij ondervinden. De
diagnose bij kinderen is ook lastiger, omdat het gedragsrepertoire voortdurend eigenlijk
anders is. Kinderen groeien en worden ouder en bepaald gedrag hoort bij een bepaalde
leeftijd. Gedrag dat verandert kan ook gecorreleerd zijn met hele andere hersenprocessen. Je
zou kunnen zeggen dat de ontwikkeling verloopt van achteren naar voor. Het duurt zo een
20/21 jaar voordat die hersenen volgroeid zijn. En bepaalde eigenschappen die worden dus
eerst door lagere hersenmechanismen geregeld. Denk maar aan impulsiviteit. Of het
omgekeerde: het vermogen om een voorgenomen actie te onderdrukken. Bij volwassenen
wordt dat geregeld door de frontaalkwab de frontale cortex. Bij kinderen is die frontaalkwab
nog lang niet volgroeid. En zijn er dus lagergelegen hersendelen die zich op dat moment
bezighouden met impulscontrole.
Verder kun je ook nog stellen dat gedrag niet altijd even goed observeerbaar of meetbaar is
bij kinderen. Denk maar aan aandacht testjes. Dit is bij volwassenen een stuk makkelijker dan
bij kinderen, zeker bij jonge kinderen is dit lastig. Dus de diagnose bij kinderen is anders dan
bij volwassenen.
- Ook op het gebied van prognose (verloop) zijn er verschillen tussen kinderen en
volwassenen. De plasticiteit bij kinderen is groter, wat kan leiden tot positieve
consequenties, zoals dat de problematiek kan verminderen door die plasticiteit. Maar het
kan ook zo zijn dat er negatieve consequenties aan die plasticiteit verbonden zitten. Dat
noemen we “crowding”. Dit houdt in dat bijvoorbeeld de rechter-hemisfeer de taalfuncties
van de linker-hemisfeer overnemen. Waarom gebeurt dit? Omdat het kind een kwetsuur
heeft opgelopen in die linker hemisfeer. Dus rechts gaat het overnemen, maar die deed al
het nodige, zoals oriëntatie in de ruimte. Door al die vele taken, krijgt die rechterhemisfeer

2

, het heel erg druk ‘crowding’. Uiteindelijk komt het de taal ten goede maar gaat het ten koste
van die oriëntatie. Er zijn dus positieve en negatieve effecten van die plasticiteit bij kinderen.
Bij volwassenen komt dit dus in mindere mate voor.
 Dat de prognose dus bij kinderen lastiger te stellen is, kan dus komen door die positieve
en negatieve veranderingen door plasticiteit die je bij volwassenen minder snel zult
aantreffen.
 Growing into deficit = dat je langzaam maar zeker als kind in je eigen problematiek gaat
groeien. Bijvoorbeeld een kind dat nog niet kan lopen, daar is het te jong voor, krijgt toch
een hersenkwetsuur en de motorische kwab is daarbij betrokken. Dan duurt het nog een
geruime tijd voordat die problematiek zichtbaar wordt. Dus de ontstaansgeschiedenis is vele
male eerder dan dat je de consequenties daarvan waarneemt. Dit heb je exclusief voor wat
de ontwikkelingsneuropsychologie betreft, volwassenen groeien niet in die deficit.

Voorbeeld van crowding
- Meisje van 7 jaar oud die heeft een verworven letsel in de linker hemisfeer (is ook een beetje
aan de voorkant), en dat betekent dat die rechter-hemisfeer de taalfuncties gaat overnemen.
Met als gevolg dat die rechterhemisfeer het erg druk krijgt met het uitvoeren van al die
taken, wat leidt tot bijvoorbeeld visuele en perceptuele problemen.
- Als je dan kijkt naar het verbale IQ (taalvermogen) en het performence IQ (ruimtelijk
oriëntatie, planning). Als je in grafiek kijkt dan zie je dat Performance rond het gemiddelde
presteert en verbaal IQ iets onder het gemiddelde presteert. Vervolgens 7 jaar later, is
verbaal IQ qua scoren niet veel veranderd (iets verbeterd), maar is performance erg ver
achteruitgegaan.
- Conclusie: het crowding fenomeen maakt het lastiger betreft de prognose. Als het gaat om
kinderen in vergelijking met volwassenen.

Meer voorbeelden waarom het handig is dat er een ontwikkelingsneuropsychologie bestaat ten
opzichte van een neuropsychologie

TBI (traumatic brain injury): kinderen ten opzichte van volwassenen.
- In 1 aspect is er geen verschil tussen kinderen en volwassenen. De dose-response relatie is
hetzelfde. Hiermee wordt bedoeld dat je bijvoorbeeld met de snelheid van 20 km per uur
tegen een boom aan botst of met 40 km per uur tegen een boom aan botst. Dan is de dose
respons relatie 20 km, dat leidt natuurlijk tot een problematiek (je valt), maar bij 40 km is die
dosering hoger en daarmee is het antwoord ook dramatischer. Hoe meer cerebrale
pathologie leidt tot een minder optimale uitkomst. Hierin verschillen kinderen en
volwassenen niet in die dose-response relatie. Dus met 20 km per uur tegen een boom
aanbotsen leidt tot mildere effecten dan met 40 km per uur tegen een boom aanbotsen.
- Waar ze wel in verschillen is dat het hersenletsel bij volwassenen specifiek is. Dus er is
bijvoorbeeld enkel een uitval op het gebied van aandacht of geheugen of motoriek. Dat is
specifiek. Bij kinderen is de uitval meer globaal. Waarom is dat zo? Dat komt door het feit
dat de hersenen bij volwassenen uitgerijpt zijn. Alle functies hebben een plek gekregen in het
brein. Bij kinderen is dat niet het geval. In functie van ontwikkeling is het een voortdurende
herschikking van allerlei interacties op het gebied van functioneren van hersenen. Als er
meer gebieden betrokken zijn, dan krijg je vanzelf dat het hersenletsel groter is bij kinderen
dan volwassenen. Verder is het zo dat als er een uitval is van bepaalde vaardigheden, die
eigenlijk de basis zijn voor toekomstige vaardigheden die nog moeten rijpen dan is dus de
uitval bij kinderen meer globaal. Stel je krijgt problemen bij kruipen, dan zal het probleem
zich verder voortzetten bij lopen. Want goed kunnen kruipen is de voorloper van goed leren
lopen. Bij volwassenen is er dus bijna geen crowding, eigenlijk alleen bij kinderen, want bij


3

, kinderen zijn de hersenfuncties nog niet ontwikkeld en zijn dus flexibel.  Zorgt voor
crowding.
- Verder is er een empirisch onderzoek dat niet in het verlengde ligt van het Kennard principe.
Hierbij plaatje te zien van voor het insult en daarna. Hierop is te zien dat bij de oudere
kinderen er verbetering optreedt ten opzichte van de jonge kinderen. Bij oudere kinderen is
de herstelfuncties groter als bij jongere kinderen.
- Bij kinderen is het resultaat variabel. De effecten zijn globaler en dat betekend dus ook
variabeler.
- Bij volwassene meer directe consequenties. Terwijl bij kinderen er sprake kan zijn van
growing into the deficit.
- Bij kinderen is er altijd een voortdurende interactie gaande tussen problemen opgelopen
tijdens het ongeval en als stapeling voor latere problemen (growing into the deficit)

Samengevat:
Als het om longitudinaal risico-onderzoek gaat op het gebied van traumatic brain injury (TBI) dan
zouden we in zijn algemeenheid kunnen zeggen dat herstelfuncties van kinderen afhankelijk zijn
van…
- De ernst van het letsel en ook waar het plaatsvond, dus welke plekken zijn aangedaan.
- Problemen die je vindt na een bijvoorbeeld verkeersongeval, zijn deze toe te wijzen aan het
verkeersongeval, of had het kind voor het verkeersongeval al problemen? Vb. ADHD. Dat je
denkt dat de concentratieproblemen het gevolg zijn van het verkeersongeval.
- Hoe oud het kind is maakt ook uit wat de consequenties zijn
- Wanneer je het kind gaat testen, is er een jaar al overheen gegaan of 5 jaar? Je hoopt dat de
problematiek bijtrekt naar mate het kind ouder wordt.
- De stabiliteit van de familie en de sociaaleconomische status van het gezin. Dit is ook een
factor van zeer grote betekenis als we het hebben over psychopathologie.

2. Klinische versus experimentele neuropsychologie

Verschil klinische en experimentele neuropsychologie
- Klinische neuropsychologie: Hieronder kun je verstaan mensen die komen te werken in een
klinische setting, bijvoorbeeld een ziekenhuis of instituut. Hierbij worden vaardigheden
gemeten bij het individuele kind om interventies aan te scherpen. Er wordt onderzocht wat
er met een kind aan de hand is, doormiddel van veel verschillende testen, zoals IQ-test,
geheugen test, taaltest, enzovoort. Met deze testen wordt het individuele niveau van het
kind meetbaar gemaakt ten opzichte van de norm. Alle testen in de klinische praktijk zijn
genormeerd (het kan dus vergeleken worden met veel andere kinderen). Al deze testen
meten de individuele status van het kind. Het gaat erom wat het kind op dat moment kan.
Als het gaat om het verrichten van onderzoek, in de zin van, wat is nou het mechaniek achter
ADHD en ASS? Dan kom je niet zo ver met die testen, want kinderen met een hele
verschillende diagnostiek kunnen wel dezelfde testscore krijgen. Ze meten eigenlijk het
product van het cognitief functioneren en zijn ze dus nauwelijks specifiek.
- Experimentele neuropsychologie (theoretische neuropsychologie): Is gedreven om
hersenrelaties te onderzoeken. Mensen die geïnteresseerd zijn in het verrichten van
wetenschappelijk onderzoek. Dit kan plaatsvinden in laboratoria. Mensen in het
laboratorium zijn pioniers en proberen aan de hand van modellen de relatie tussen hersenen
ne gedrag wat beter te leren begrijpen. Model gedreven, men gebruikt een model voor
concentratie en men kijkt waar kinderen met ADHD op laden. De taken die de theoretische
psychologie benut, die zijn niet genormeerd. Ze gebruiken een controlegroep en vergelijkt
via statistieken de scores van de controlegroep met die van kinderen met ADHD.


4

Dit zijn jouw voordelen als je samenvattingen koopt bij Stuvia:

Bewezen kwaliteit door reviews

Bewezen kwaliteit door reviews

Studenten hebben al meer dan 850.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet jij zeker dat je de beste keuze maakt!

In een paar klikken geregeld

In een paar klikken geregeld

Geen gedoe — betaal gewoon eenmalig met iDeal, creditcard of je Stuvia-tegoed en je bent klaar. Geen abonnement nodig.

Direct to-the-point

Direct to-the-point

Studenten maken samenvattingen voor studenten. Dat betekent: actuele inhoud waar jij écht wat aan hebt. Geen overbodige details!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosannevandoorn. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 66184 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Begin nu gratis
€5,49  6x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd