Samenvatting hoorcolleges Klinische Lessen
Hoorcollege 1: Classificatie van psychische stoornissen
volgens de DSM
DSM: diagnostisc Statistical Manual of Mental Disorders
Classificatiesysteem voor psychiatrische stoornissen
American Psychiatric Association (APA)
Diagnostic
Doel = clinici helpen bij classificeren van psychische stoornissen
Beschrijvend! Samenvatting van symptomen - zegt niets over de oorzaak of
theorie
Statistical manual
Gebaseerd op praktijk
Symptoomclusters
Effectieve behandeling
Expertwerkgroepen
Dynamisch
Classificatie voor één gezamenlijke taal
Classificatie betekent verlies van informatie en nuance
Ja / Nee: Gezond / Stoornis
Label of juist geen label?
Maar ook standaardisering
Verbetert betrouwbaarheid en validiteit
En één gezamenlijke taal
Klinische praktijk: specialisten, prognose, behandelplan, DBC (Diagnose
Behandel Combinatie, vergoeding krijgen van verzekering voor de behandeling)
Onderzoek en theorievorming
Classificatiesysteem grond voor kritiek
Ongevraagd label
"Afsprakenboek" criteria weinig verband met oorzaak of prognose
Niet alle klachten 'te vangen'
Perverse prikkel: zonder diagnose geen betaling
Keuzemenu (300 stoornissen), meer diagnosen gesteld dan nodig
Valse epidemieën door verandering classificatie
Eindstadium? Proces?
Classificatie bij laag begaafden
Onvoldoende ruimte voor cultuurverschillen
Classificatie in de praktijk
"Ik heb echt …"
Krijg je kriebels. Van voorgaande foto's?
Organiseer jij jouw kleren en boeken altijd precies op kleur of alfabet?
Moeten de spullen op je bureau altijd precies op dezelfde plek liggen voordat je kan beginnen
met studeren?
,Zit je altijd op dezelfde plek in de collegezaal?
OCD
Klachten of symptomen =/ stoornis
Voldaan aan criterium A:
Aanwezigheid van obsessies (dwanggedachten), compulsies (dwanghandelingen) of beide
… betekent nog geen obsessief compulsieve stoornis!
DSM stelt specifieke en uitgebreide voorwaarden
Wanneer spreek je van een stoornis volgens de DSM?
Stoornis:
Syndroom van klinisch significante symptomen op gebied van cognitie,
emotieregulatie of het gedrag
Uiting van een dysfunctie in een psychologisch, biologisch of
ontwikkelingsproces
Significante lijdensdruk
Beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren
Geen stoornis!
Een (geaccepteerde) reactie op een veelvoorkomende stressor of verlies
Sociaal afwijkend gedrag (politiek, religieus of seksueel)
Voorbeeld: Criteria Obsessief Compulsieve Stoornis
A. Aanwezigheid van obsessies (dwanggedachten), compulsies (dwanghandelingen)
of beide
Obsessies worden gedefinieerd door (1) en (2):
1. Recidiverende en persisterende gedachten, impulsen of voorstellingen, die
gedurende bepaalde momenten van de stoornis als intrusief(opgedrongen) en
ongewenst worden ervaren en bij de meeste betrokkenen duidelijke angst of
lijdensdruk veroorzaken.
2. De betrokkene probeert deze gedachten, impulsen of voorstellingen te negeren
of te onderdrukken, of deze te neutraliseren met een andere gedachte of
handeling (bijvoorbeeld een compulsie).
Compulsies worden gedefinieerd door (1) en (2):
1. Repetitieve handelingen (bijvoorbeeld handen wassen, ordenen, controleren) of
psychische activiteiten (bijvoorbeeld bidden, tellen, in gedachten woorden
herhalen) waartoe betrokkene zich gedwongen voelt in reactie op een obsessie
of volgens regels die rigide moeten worden toegepast.
2. De handelingen of psychische activiteiten zijn gericht op het voorkomen of
verminderen van de angst of de lijdensdruk, of op het voorkomen van een
bepaalde gevreesde gebeurtenis of situatie; deze handelingen of psychische
activiteiten hebben echter geen reëel verband met datgene wat daardoor moet
worden geneutraliseerd of voorkomen, of zijn duidelijk excessief.
B. De Obsessies of compulsies zijn tijdrovend (BV meer dan 1 uur per dag) of
veroorzaken klinische significante lijdensdruk of beperkingen in het sociale of
beroepsmatig functioneren of in het functioneren op andere belangrijke
terreinen.
, C. De obsessieve-compulsieve symptomen kunnen niet worden toegeschreven aan
de fysiologische effecten van een middel (zoals drugs of medicatie) of aan een
andere somatische oorzaak.
D. De Stoornis kan niet beter worden verklaard door de symptomen van een
andere psychische stoornis
(Bijvoorbeeld zich overmatig zorgen maken bij gegeneraliseerde angststoornis;
preoccupatie met het uiterlijk bij de morfodysfore stoornis; moeite met wegdoen of
afstand doen van bezittingen bij de verzamelstoornis; etc..)
Specificeer indien:
Met goed of redelijk realiteitsbesef:
De betrokkene erkent dat de opvattingen die horen bij de obsessieve compulsieve stoornis,
zeker of waarschijnlijk niet waar zijn.
Met gering realiteitsbesef:
De betrokkene is van mening dat de opvattingen die horen bij de obsessieve-compulsieve
stoornis, waar zijn
Met ontbrekend realiteitsbesef/waanovertuigingen:
De betrokkene is er volledig van overtuigd dat de opvattingen die horen bij obsessieve
compulsieve stoornis, waar zijn.
Tic gerelateerd?
De betrokkene heeft een actuele tic stoornis of tic stoornis in de voorgeschiedenis.
Classificatie in DSM-V
De classificatie bevat minimaal 3 elementen
1. Klinische syndromen, persoonlijkheidsproblematiek en medische aandoeningen
2. Psychosociale stressoren - Andere problemen die een reden voor zorg kunnen zijn
3. Niveau van functioneren
Verschil met voorgaande edities:
<--> Dimensies in plaats van subtypes. Grenzen van categorieën en stoornissen zijn minder
strikt dan eerder werd aangenomen.
Ruimte voor specificaties
Op ernst, aard en beloop
Classificatie als onderdeel van diagnose
DSM als onderdeel van het diagnostisch proces
1. Aanvraag
2. Intake
3. Psychodiagnostisch onderzoek
4. Structuurdiagnose en classificatie DSM
5. Indicatiestelling
Structuurdiagnose
Structuurdiagnose leidt tot indicatie en behandelplan en omvat beschrijvende én verklarende
diagnostiek
Nauwkeurige voorgeschiedenis
Hypothese over ontstaansvoorwaarde. En ontstaanswijze
, Samenvatting van predisponerende (was er al sprake van kwetsbaarheid, bv
ouder met psychische klachten), luxerende (aanzet), beschermende en
instandhoudende factoren
Persoonlijkheidsontwikkeling
Maak eerst een structuurdiagnose (voorbeeld)
Laatste maanden geleidelijk ontstaan ernstig depressief syndroom in de vorm van een
eenmalige depressieve stoornis, bij een vrouw van 47 jaar, met een familiaire belasting voor
depressiviteit, geluxeerd door de verlating door haar echtgenoot6 maanden geleden.
Betrokkene krijgt veel steun krijgt van een goede vriendin, maar de zorg voor haar 23 jarige
thuiswonende zoon met een autisme spectrumstoornis lijkt haar fors te overvragen.
Vertaling in classificatie DSM V (van het voorbeeld)
Depressieve stoornis, eenmalige episode, ernst matig (296.22 = DSM code)
Uiteenvallen van gezin door scheiding of echtscheiding (V61.03)
Ouder-kindrelatieprobleem (V61.20)
Informatie voor classificatie
Anamnese, observatie
Gestructureerd interview, testmateriaal
Instrumenten
MINI
SCID I en II
NPO / IQ-test
Symptoomlijsten (BDI)
Persoonlijkheidsvragenlijsten
.....
In gesprek
Reden van aanmelding
Huidige klachten
Aard, ernst, begin, duur, beloop
Geschiedenis van psychische problemen?
Huidige situatie, recente levensgebeurtenissen
Eigen begrip van de situatie? Theorie over ontstaan klachten?
Wat al geprobeerd?
Overige symptomen (hypothese gestuurd)
Hulpvraag?
Context
Volg de levensloop
Familie
o Geboorte, ijkpunten in ontwikkeling, overgangen
o Huishouden, onderlinge verhoudingen
o Psychiatrische familiegeschiedenis
Onderwijs
o Soort school, sterke zwakke punten, drop-out, doublures
Sociaal en seksueel
o Vriendschappen, clubjes, interesses
o Ontwikkeling verliefdheid, intimiteit, eerste ervaringen
Beroepsmatig functioneren