1. Explain what you think are the advantages and disadvantages of free trade. Give as
many practical examples as you can think of to illustrate your point.
- Voordelen vrije handel: (1) economies of scale —> (2) meer concurrentie —> (3) voordelen
geografie.
- Sociaal integreren -> NL burger die in Frankrijk werkt heeft dezelfde arbeidsvoorwaarden als
een Fransman.
- Voordeel: grote markt waardoor er geen handelsbarrières bestaan: importeren en exporteren
wordt goedkoper wanneer er sprake is van een vrije handel. Regels in verschillende lidstaten
worden geharmoniseerd in het belang van de interne markt. -> efficiënter. -> Er is geen sprake
van het heffen van verschillende belastingen over dezelfde producten. Dus er wordt niet
geïmporteerd doorheen Europese land met het meest gunstige importklimaat.
- Geen enkele marktpartij kan het prijsvormingsproces domineren -> geen corruptie.
2. With a view to accomplishing an internal market, in the Treaties a legal base is laid down
that deals with this issue.
a. what does the term ‘legal base’ mean (you should know this by now ;-) )?
‘Legal base’ = rechtsgrondslag —> verschaft de juridische bevoegdheid om een maatregel te
nemen. Deze is meestal gebaseerd op de Europese Verdragen, of op secundaire wetgeving
(uitspraken van het Hof, richtlijnen, etc.).
b. Explain which articles constitute the legal base for accomplishing the internal market.
Artikel 114(1) VWEU, Artikel 26 VWEU.
c. The book discusses the case Tobacco Advertising. What can this case add to the
answer under question 2b.
-> Art. 114 does not provide a general power to regulate the economy, because this would go
against the idea of the EU with limited powers. Measures adopted under it must genuinely seek
either to establish the internal market or to improve its functioning: the measure must eliminate
obstacles or it must deal with appreciable distortions of competition.
Art. 114 kun je alleen als rechtsbasis gebruiken als het betrekking heeft op interne markt, en als er
geen andere specifiekere artikelen zijn die kunnen dienen als rechtsbasis…het moet echt gaan
over die interne markt! (-> zie Tobacco Advertising).
,3. The right to free movement can be considered an important cornerstone of EU internal
market law. In some cases, the right to free movement can be set aside and balanced
against other interests. Explain which requirements have to be fulfilled in order for the
CJEU to consider a measure that infringes the right to free movement to be in accordance
with the law. Give a few examples of reasons that lawfully can be put forward to justify an
infringement of free movement.
2 categorieën: uitzonderingen in Verdrag en uitzonderingen in jurisprudentie (Rule of
Reason).
-> lidstaat kan proberen om een uitzonderingsgrond voor het Hof te brengen, maar het Hof heeft
altijd het laatste woord! (uiteindelijk bepaalt het Hof wat een uitzonderingsgrond is en wat niet).
Primair recht —> Artikel 36 VWEU:
‘De bepalingen van de artikelen 34 en 35 vormen geen beletsel voor verboden of beperkingen van
invoer, uitvoer of doorvoer, welke gerechtvaardigd zijn uit hoofde van bescherming van de
openbare zedelijkheid, de openbare orde, de openbare veiligheid, de gezondheid en het leven van
personen, dieren of planten, het nationaal artistiek historisch en archeologisch bezit of uit hoofde
van bescherming van de industriële en commerciële eigendom. Deze verboden of beperkingen
mogen echter geen middel tot willekeurige discriminatie noch een verkapte beperking van de
handel tussen de lidstaten vormen.’
dus:
- dwingende reden van algemeen belang: deze maatregel moet voldoen aan het
evenredigheidsbeginsel en moet betrekking hebben op gezondheid of veiligheid of milieu, etc.
- voorwaarden: echt noodzakelijk, effectief, non-discriminerend, er is geen minder ingrijpend
middel (proportionaliteit) en de prejudiciële rechten respecteren. Het moet de voorwaarden van
de functionering van de interne markt verbeteren. De maatregel moet obstakels voor de interne
markt weghalen.
Secundair recht: uitzonderingen die voortvloeien uit jurisprudentie? (Rule of Reason?)
—> economische redenen kunnen NOOIT beperkingen van intra-Europese handel rechtvaardigen.
Voorbeeld Verdragsuitzondering mbt. vrije verkeer van goederen: Art. 36 VWEU (‘uit hoofde…
commerciële eigendom’). Het Hof staat alleen Rule of Reason beschikbaar ingeval van
indirecte discriminatie!
-> directe discriminatie heeft zodanig schadelijk effect voor interne markt dat het Hof hierover geen
Rule of Reason kan uitspreken (-> alleen vastgestelde uitzonderingsgronden in de Verdragen!).
, Ongeacht directe of indirecte discriminatie, nationale maatregelen moeten voldoen aan PEN
voorwaarden!!
4. The cases Cassis de Dijon and Dassonville are widely considered as key cases that have
laid the foundations for the development of EU internal market law. Try to explain in your
own words what these cases have contributed to the evolution of EU internal market law. In
your answer refer to the paragraph numbers/sections of the case that you consider
specifically relevant.
Cassis de Dijon:
wederzijdse erkenning van productstandaarden. Als een product in Frankrijk geproduceerd en
erkend is, moet dit ook in Duitsland erkend worden.
Is de maatregel een MGW/ Discriminatie?
Duitsland: maatregel ter bescherming van de volksgezondheid. -> Stiekem verkapte manier om de
markt te beschermen. -> Maatregel gaat te ver, een etiket is meer dan genoeg.
Dassonville:
wat valt er onder een maatregel van gelijke werking? ; essentie = artikel 34 VWEU.
‘Kwantitatieve invoerbeperkingen en alle maatregelen van gelijke werking zijn tussen de lidstaten
verboden.’
(Vader en zoon importeren whisky uit Frankrijk naar België. In België is een certificaat van echtheid
verplicht -> aanklacht. Ze vinden het vervelend dat iemand anders nu ook whisky wil importeren).
Civiele partij: Burger die zich in bepaald geding mengt: alleenvertegenwoordigingsovereenkomst.
-> Belgische wet is in strijd met Artikel 34 VWEU en is dus een MGW.
Als België de alleenverkoopovereenkomst steunt, geeft België staatssteun = in strijd met artikel
106/107 VWEU.
Vraag 1:
specialisatie -> voordeel, ivm efficiëntie van productieproces; nadeel, omdat specialisatie ook kan
leiden tot afhankelijkheid (en tekorten aan producten) -> bijv. afhankelijkheid van Rusland voor
energie…
-> vrije handel leidt automatisch tot meer concurrentie op de markt, en dus tot lagere prijzen —>
maar het is ook een nadeel, omdat toegenomen concurrentie vaak leidt tot een situatie waarin
grote bedrijven overleven en uitbreiden, terwijl de kleine bedrijven verloren gaan. -> (eenzijdig
winkelaanbod - zijdelings effect van vrije handel -> nadeel voor locale cultuur). -> werkloosheid is
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ae94. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.