Inleiding Criminologie
Tussentoets: donderdag 4 november 2021 • Tentamen: donderdag 6 januari 2022
Hoorcollege week 1
Criminaliteit is overal terug te vinden: Telegraaf, NRC, NOS, Podcasts, etc.
De hoofdvragen van de criminologie zijn:
1. Wat wordt (waarom) verstaan onder criminaliteit ?
2. Wat is aard, omvang en ontwikkeling van criminaliteit ?
3. Wat zijn de achtergronden/verklaringen voor (verschillen in) criminaliteit ?
4. Wat is de wijze waarop de overheid en de overige maatschappij op criminaliteit reageert ?
*Let op:
- Criminologie is een ‘object’ wetenschap.
- Het object is “Criminaliteit en de reacties erop“.
Criminaliteit is een maatschappelijk probleem omdat:
1) het veelvoorkomend is.
Want er is veel …
• Criminaliteit tegen personen
• Criminaliteit tegen goederen
• Criminaliteit tegen overheid en samenleving
• Slachtofferloze criminaliteit
2) het veel schade veroorzaakt.
Want er is veel …
• Materiele schade: voor burgers, bedrijven en overheid
• Materiele schade: kosten criminaliteitsbestrijding
• Milieuschade
• Immateriële schade:
- leed van slachtoffers
- angst, vermijdingsgedrag
- morele verontwaardiging
- ontwrichting samenleving
- bedreiging rechtsorde
- ondermijning legitimiteit democratische rechtstaat
3) het een sociaal probleem is.
Want er zijn …
• Veel betrokken actoren, organisaties, bedrijven en maatschappelijke instellingen
• Maatschappelijke oorzaken van criminaliteit
• Verschillende en tegenstrijdige belangen bij aanpak
• Veel discussies over criminaliteit en de aanpak in publieke debat en media
• Spanningen tussen wensen burgers en rol overheid
*Let op:
- Veiligheidsparadox, Veiligheidsutopie
- & Dilemma rechtsbescherming en rechtshandhaving
4) het een politiek probleem is.
Want …
,• Het zorgen voor veiligheid is een basisfunctie van de overheid
• Veiligheid is een collectief goed
• Veiligheid staat hoog op publieke en politieke agenda
• Politieke partijen en groeperingen verschillen in voorkeuren voor aanpak criminaliteit
Voorbeelden van ‘slachtofferloze’ delicten:
• Drugsgebruik & drugshandel
• Gevechten tussen bekenden
• Echtscheiding
• Euthanasie
• Overspel
• Prostitutie
• Homoseksualiteit
• Porno
• Gokken
N.B. alleen als beide partijen vrijwillig instemmen en vinden dat zij door de transactie niet geschaad
worden!!
Er zijn heel veel verschillende definities van criminaliteit. Een definitie van criminaliteit kan zijn:
Criminaliteit is …
• menselijk gedrag
• waarbij andere personen (of dieren of het milieu) worden uitgebuit of schade toegebracht, en
• dat sociale regels schendt,
[en
• waarvan in rechtsnormen (door de overheid vastgestelde regels/weten) is aangegeven dat het niet
mag, en
• waarvan de overheid de wetten ook handhaaft.]
In elke samenleving zijn er gedragingen die meer of minder gewenst worden gevonden. Hierbij wordt
vaak onderscheid gemaakt tussen:
• Gebruiken: minder gewenst & geen/lichte sancties
• Normen: niet gewenst & (niet wettelijke) sancties
• Rechtsnormen: niet gewenst & wettelijke sancties (= wetten en jurisprudentie)
Onderscheid wordt gemaakt tussen:
• “Slecht gedrag” (Mala in Se)
- Gedrag dat door (vrijwel) iedereen gezien wordt als slecht
- Daarom in (bijna) alle landen op alle momenten in Wetboeken van Strafrecht opgenomen
- Opgenomen in universele wetten: zie bijv. Grondwet & Rechten van de Mens
• “Verboden gedrag” (Mala Prohibita)
- Gedrag waarover verschillende ideeën zijn over of en hoe erg dit slecht is
- Daarom verschillen tussen landen en momenten in of het is opgenomen in Wetboeken van
,Strafrecht
- Niet opgenomen in universele wetten: zie bijv. Grondwet & Rechten van de Mens
Verklaringen voor verschillen in definities van criminaliteit zijn o.a. …
• De technologische context
• De maatschappelijke context
• Normen van samenleving (consensus model)
• Normen en belangen van machthebbers (conflict model)
• Politieke besluitvorming (pluralisme model)
Voorbeelden:
• In Nederland niet strafbaar is, maar in een ander land wel → homohuwelijk
• Nu niet strafbaar is, maar vroeger wel. (decriminalisering) → wiet op zak hebben
• Nu wel strafbaar is, maar vroeger niet. (criminalisering) → discriminatie
• Nu niet strafbaar is, maar mogelijk in de toekomst wel → abortus, zonder helm fietsen
Er zitten dus verschillen tussen landen in definities van criminaliteit!
Voorbeelden decriminalisering in Nederland:
• 1970 Maken en verkopen voorbehoedsmiddelen
• 1971 Overspel
• 1971 Homoseksualiteit (minderjarigen)
• 1971 Echtbreuk
• 1980 Staken door ambtenaren (vanaf 1903)
• 1981 Abortus
• 1986 Produceren, verkopen pornografie
• 2000 Prostitutie / bordeel houden
• ……… Softdrugs (strafbaar, maar bezit < 5 gr. gedoogd)
Voorbeelden criminalisering in Nederland:
• Slavernij (1873)
• Drugs / opium (1919)
• Verkeersdelicten
• Computer / Internet fraude
• Geweld binnen relaties/huwelijk
• Dragen Boerka
• Milieu overtredingen
• Dierenleed
• Terrorisme financiering
De criminologie heeft een multidisciplinaire benadering. Moeder- of basisdisciplines van de
criminologie zijn o.a.:
• Maatschappijwetenschappen (bijv. sociologie, economie, geografie, antropologie)
,• Gedragswetenschappen (bijv. psychologie, biologie & bio-psychologie, medische wetenschappen)
• Natuurwetenschappen (bijv. criminalistiek, natuurkunde, scheikunde)
• Juridische wetenschappen (bijv. strafrecht)
*Let op:
- Criminologie is een theoretisch empirische wetenschap
- Criminologie is geen normatieve wetenschap
Belangrijke sub-disciplines van de criminologie zijn o.a. :
• Criminografie: de beschrijvende studie van de aard, omvang en ontwikkeling van criminaliteit
• Etiologie: de verklarende studie van de oorzaken / verklaringen van criminaliteit
• Penologie: de studie van de formele (straffen) en informele reacties op criminaliteit
• Victimologie: de studie van slachtoffers van criminaliteit
De geschiedenis van de criminologie kent verschillende benaderingen. Vaak worden onderscheiden:
• .... - 1700: Theologische benadering = God bepaalde
-Klassieke oudheid –> middeleeuwen
-Renaissance –> verlichting
• 1700 - 1800: Filosofisch en normatieve benadering
-Klassieke school (Becarria, Bentham, Montesqieu)
• 1800 - 1900: Wetenschappelijke benadering
-Positivistische school (Quetelet)
-Italiaanse antropologische school (Lombroso)
-Franse milieuschool (Durkheim)
-Socialistische criminologie (Bonger)
• 1900 - nu: Modern Wetenschappelijke benadering
-Kritische criminologie (Hoefnagels, Bianchi, Hulsman)
-Veramerikanisering van de criminologie
-Nieuwe zakelijkheid
Criminologen stellen verschillende soorten vragen, o.a. …
• Beschrijvingsvragen over aard, omvang, verschillen en ontwikkelingen
- Hoeveel criminaliteit is er ?
- In hoeverre is de criminaliteit gestegen/gedaald ?
- Hoeveel minder criminaliteit is er in X dan in Y ?
,• Verklaringsvragen
- Waarom …… ?
• Toetsingsvragen
- In hoeverre klopt de hypothese/verwachting dat ….. ?
• Beleidsvragen
- Hoe kan het probleem worden opgelost ?
Vragen kunnen betrekking hebben op verschillende eenheden …
• Onwenselijk gedrag / Delicten
• Daders
• Slachtoffers
• Buurten, steden, landen, perioden
• Actoren bij preventie en strafrechtspleging
Criminologen werken met een aantal grondregels voor criminologisch onderzoek:
1. Formuleer probleemstellingen en (onderzoeks)vragen (P)
2. Bedenk en formuleer theorieën al verklaringen (T)
3. Verricht onderzoek in de empirie (beschrijvend en toetsend) (O)
4. Ondersteun beleid (alleen) op basis van uitkomsten onderzoek (B)
*Let op:
-Dit PTOB-schema wordt ook wel empirische cyclus genoemd
De criminologie is een wetenschappelijke discipline, waarin centraal staan ...
• Feiten (versus indrukken)
• Verklarende theorieën (versus normatieve theorieën)
• Patronen (versus casussen)
• Beleid op basis van wetenschappelijk inzichten (versus 'politieke processen')
De criminologie is een wetenschappelijke discipline waarin gestreefd wordt naar optimale
- Wetenschappelijke relevantie
- Maatschappelijke relevantie
En dus naar fundamenteel en toegepast onderzoek (“in het Pasteur-quadrant”)
, Werkcollege week 1
De definitie van wat onder criminaliteit verstaan wordt kan verschillen tussen groepen, perioden en
plaatsen. Oftewel, criminaliteit is dynamisch. Twee begrippen die hierbij gehanteerd worden zijn
‘criminalisering’ en ‘decriminalisering’.
Kernbegrippen: criminalisering & decriminalisering
Criminaliteit is dynamisch over tijd maar ook over plaats.
→Het studieobject van een criminoloog is dus plaats- en tijdsgebonden, voortdurend aan
veranderingen onderhevig en niet scherp afgebakend!
→Criminaliteit als ‘sociaal construct’
Daarbij zijn ook strafmaatregelen (reacties op criminaliteit) dynamisch!
- Afschaffing doodstraf in Nederland in 1870
- Invoering TBS maatregel in 1988
Redenen voor deze dynamiek?
-technologie
-politiekklimaat
-protest
-betekenisvolle gebeurtenissen zoals 9/11
Criminaliteit is te bestuderen,
maar je moet wel eerst naar de definitie kijken (afbakenen).
Je kunt hierbij ook iets verder kijken naar datgeen wat in de wet staat.