ECO
Markt: vraag en aanbod H1 + H2
Marktvormen en marktfalen H1
EMMA KUIPHUIS
KLAS 5VB HET ERASMUS
, Markt: vraag en aanbod
Hoofdstuk 1 markt en vraag
PARAGRAAF 1.1 DE VRAAG IN DE MARKT
WAT IS EEN MARKT?
Markt: het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald product.
Vraag: De hoeveelheid producten die de klanten willen kopen.
Aanbod: De hoeveelheid producten die de verkopers willen verkopen.
Soorten markten:
Concrete markt: markt met zichtbare en vaste ontmoetingsplaats. (de wekelijkse
groente- en fruitmarkt, marktplaats.nl)
Abstracte markt: markt zonder concrete ontmoetingsplaats waar de vragers en
aanbieders elkaar ontmoeten. (De huizenmarkt, de arbeidsmarkt)
WAT BEN JE BEREID TE BETALEN?
Betalingsbereidheid: Het maximale bedrag dat een koper wil betalen voor een product. Dit
bedrag verschilt per koper.
Voor aanbieders van producten is het belangrijk om te weten wat de betalingsbereidheid
voor een product is. Hij wil namelijk de afzet en omzet kunnen inschatten.
Afzet: Het aantal verkochte producten.
Omzet: De totale geldopbrengst van verkopen.
INDIVIDUELE VRAAGLIJN
De betalingsbereidheid van een consument voor een product bij verschillende prijzen kun
je in een grafiek laten zien -> Individuele vraaglijn/individuele vraagcurve: Lijn of curve
die het verband aangeeft tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product van
een individuele koper. FIGUUR 1
Collectieve vraaglijn/Collectieve vraagcurve: Lijn of curve die het verband aangeeft tussen
de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product van de gezamenlijke kopers.
COLLECTIEVE VRAAGLIJN IN EEN FORMULE
De collectieve vraaglijn kan worden weergegeven in een formule met een
eerste graadsvergelijking. -> vraagfunctie
Vraagfunctie: Qv = ap + b
Qv = gevraagde hoeveelheid van een product
p = prijs van een product
a en b zijn getallen die per situatie kunnen verschillen, waarbij geldt a is
kleiner dan 0
Stappenplan vraagfunctie in een grafiek tekenen:
1. Benoem de assen. Op de verticale as (Y-as) staat altijd de prijs (p). Op de
horizontale as (X-as) staat altijd de gevraagde hoeveelheid (Qv).
2. Om de lijn te kunnen tekenen moet je twee punten uitrekenen.
3. Maak nu een tabel waarin je de waarden van p en Q die bij
elkaar horen naast elkaar zet. Vul de
waarde van p in de formule en reken q uit.
Je kunt de uiterste punten van de lijn tekenen
door uit te rekenen welke waarde van p
bij Qv = 0 hoort en welke waarde van
Qv bij p = 0 hoort. Omdat het de twee uiterste
punten van de lijn zijn, kun je je assenverdeling
nu gemakkelijk maken.
4. Verdeel je assen en teken nu je
twee punten in de grafiek en teken door
die twee punten een rechte lijn.
, PARAGRAAF 1.2 DE VRAAG VERANDERT
NIET ALLEEN DE PRIJS
Naast de prijs zijn er nog 4 andere vraagfactoren die de collectieve vraag bepalen:
Inkomen van consumenten.
Het inkomen bepaalt mede de betalingsbereidheid van een consument.
De prijs van andere goederen zoals substitutiegoederen en complementaire goederen.
Substitutiegoederen: producten die een ander product kunnen vervangen.
Complementaire goederen: producten die elkaar aanvullen.
Voorkeuren van consumenten.
De voorkeuren veranderen in de loop van de tijd door marketing en promotie.
Aantal consumenten.
Het aantal consumenten kan veranderen voor een product voor een bepaalde
leeftijdscategorie.
VRAAGLIJNEN KUNNEN VERSCHUIVEN
Een verandering van de prijs van het product heeft een verschuiving op of langs de
vraagcurve tot gevolg. Hierbij nemen we aan dat andere vraagfactoren die de vraag
beïnvloeden constant blijven. -> Ceteris paribus.
Prijsverandering = verschuiving OVER (LANGS) de vraaglijn FIGUUR 1
Andere vraagfactor verandert = verschuiving VAN de vraaglijn FIGUUR 2
FIGUUR 1
FIGUUR 2
PARAGRAAF 1.3 DE INVLOED VAN DE PRIJS OP DE VRAAG
Een producent wil weten wat het effect is van een prijsverandering op zijn omzet: prijs ×
gevraagde hoeveelheid. Hiervoor moet hij de waarde van de prijselasticiteit van de
gevraagde hoeveelheid weten.
De prijselasticiteit van de gevraagde hoeveelheid geeft aan hoeveel procent de gevraagde
hoeveelheid verandert als gevolg van een prijsverandering.
Een prijselasticiteit van bijvoorbeeld –2 betekent dat door een prijsverhoging van één
procent de gevraagde hoeveelheid met twee procent daalt.
Inelastische vraag= procentuele daling van de gevraagde hoeveelheid is kleiner dan de
procentuele stijging van de prijs. Vraag reageert relatief weinig op prijsverandering.
Elastische vraag= procentuele daling van de gevraagde hoeveelheid is groter dan de
procentuele stijging van de prijs. Vraag reageert relatief sterk op prijsverandering.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper emmakuiphuis. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,59. Je zit daarna nergens aan vast.