SPIER ORIGO, INSERTIE, FUNCTIE
M. sternocleidomastoideus (p) Caput sternale
O: manibrium sterni
I: os temporale, os occipitale
F: unilateraal kantelen hoofd naar dezelfde
kant, rotatie hoofd naar andere kant; bilateraal
extensie van het hoofd
Caput claviculare
O: clavicula (mediaal derde gedeelte)
I: os temporale
F: unilateraal kantelen hoofd naar dezelfde
kant, rotatie hoofd naar andere kant; bilateraal
extensie van het hoofd
M. scaleni anterior (p) O: C3 - C6
I: 1e rib
F: met beweeglijke ribben bovenste ribben
tillen; met ge xeerde ribben exie van de
halswervelkolom naar dezelfde kant
(unilateraal) en exie van de hals (bilateraal)
M. scaleni medius (p) O: C1 - C7
I: 1e rib
F: met beweeglijke ribben bovenste ribben
tillen; met ge xeerde ribben exie van de
halswervelkolom naar dezelfde kant
(unilateraal) en exie van de hals (bilateraal)
M. serratus anterior (p) Pars superior
O: 1e rib
I: margo medialis scapula
F: laten zakken opgetilde arm, trekt het
schouderblad lateraal naar voren, tilt de ribben
op tijdens ge xeerde schouder
Pars intermedia
O: 2e rib
I: margo medialis scapula
F: trekt het schouderblad lateraal naar voren,
tilt de ribben op tijdens ge xeerde schouder
Pars inferior
O: 3e - 9e rib
I: margo medialis scapula
F: laterale rotatie van het schouderblad, trekt
het schouderblad lateraal naar voren, tilt de
ribben op tijdens ge xeerde schouder
M. latissimus dorsi (p) Pars vertebralis
O: procc. spinosi
I: humerus
F: interne rotatie, adductie, extensie en
ademhaling
Pars scapularis
O: angulus inferior scapulae
I: humerus
F: interne rotatie, adductie, extensie en
ademhaling
fi fl fi fi fl
, Pars costalis
O: 9e - 12e rib
I: humerus
F: interne rotatie, adductie, extensie en
ademhaling
Pars iliaca
O: crista iliaca
I: humerus
F: interne rotatie, adductie, extensie en
ademhaling
M. rectus abdominis (p) O: voorzijde ribkraakbeen rib 5 - 7, processus
xiphoideus sterni
I: Symphysis pubica, bovenrand os pubis
F: romp exie en achterover kantelen bekken;
ribben detractie
M. transversus abdominis (p) O: kraakbeen rib 7 - 12, fascia
thoracolumbalis, crista iliaca, lig inguinale
I: rectusschede
F: homolaterale rotatie
Mm. rhomboidii (p) M. rhomboideus major
O: doornuitsteeksels T1 - T4
I: spina scapulae
F: stabiliseert schouderblad, trekt
schouderblad naar boven-mediaal
M. rhomboideus minor
O: doornuitsteeksels C6 - C7
I: margo medialis scapulae
F: stabiliseert schouderblad, trekt
schouderblad naar boven-mediaal
M. trapezius (p) Pars descendens
O: doornuitsteeksels C1 - C7
I: clavicula
F: trekt het schouderblad schuin naar boven,
craniale rotatie van de gewrichtsholte,
kantelen van het hoofd naar dezelfde kant,
rotatie van het hoofd naar de andere kant en
stabiliseert het schouderblad op de borstkas
Pars transversa
O: T1 - T4
I: acromion
F: trekt het schouderblad naar mediaal en
stabiliseert het schouderblad op de borstkas
Pars ascendens
O: TH5 - TH12
I: spinae scapula
F: stabiliseert het schouderblad op de
borstkas
M. pectoralis major (p) Pars clavicularis
O: clavicula
I: humerus
F: adductie, interne rotatie, exie en
ondersteund de ademhaling bij ge xeerde
schouder
fl fl fi