,Inhoud
Verklarende woordenlijst............................................................................................................2
1. Aanleiding...............................................................................................................................3
1.2 Opdrachtgever...................................................................................................................3
1.3 Hulpvraag..........................................................................................................................3
1.4 Onderzoeksdoel.................................................................................................................4
1.5 Probleemstelling en deelvragen........................................................................................4
2. Literatuur verantwoording per deelvraag................................................................................5
3. Onderzoeksmethoden..............................................................................................................7
3.1 Onderzoeksdoelgroep........................................................................................................7
3.2 Onderzoeksinstrument......................................................................................................7
3.3 Afbakening onderzoekspopulatie......................................................................................8
3.4 Schalen van de enquête.....................................................................................................8
4. Planning..................................................................................................................................9
Literatuurlijst.............................................................................................................................10
1
, Verklarende woordenlijst
Immigranten met een niet westerse migrantenachtergrond
Een persoon heeft een Westerse achtergrond als hij, of een van de ouders, in Europa, Noord-
Amerika, Oceanië, Indonesië of Japan is geboren. Als een persoon, of een van zijn ouders, in een
ander land geboren is, heeft deze persoon een niet niet-westerse achtergrond (CBS, 2016).
Respondenten
Mensen die informatie geven in een onderzoek heten respondenten. Ze zijn bereid om vragen van een
onderzoek te beantwoorden (de respons). Personen die de vragen van een onderzoek niet willen
beantwoorden, vormen de non respons (Brinkman, 2000).
Arabisch sprekende respondenten
Ruim één miljoen immigranten (moslims) wonen in Nederland, (CBS, 2016). Arabieren maken deel uit
van deze doelgroep. De doelgroep voor dit onderzoek zijn Arabisch sprekende immigranten. Deze zijn
van de eerste, tweede en derde generatie. Moslim- groeperingen vormen in het Midden-Oosten en
Noord-Afrika een homogeen cultuurgebied (Gregg, 2005). De deelnemers komen uit Egypte, Marokko,
Irak, Tunesië en Syrië.
Het hulpzoekgedrag
Volgens het Prototype willingness model, afgekort PWM (Gerrard, 2008) bestaat Hulpzoekgedrag uit
zowel een intentioneel denkproces, waarbij de attitude en subjectieve normen de intentie voorspellen,
als een sociaal (spontaan) reactie proces, waarbij attitudes, subjectieve normen en prototypen de
willingness (bereidheid) voorspellen. Hulpzoekgedrag is een complex, heterogeen begrip en heeft het
verschillende dimensies die samen het begrip meetbaar maken. De dimensies zijn de schalen van het
hulpzoekgedrag. Hulpzoekgedrag is effectief hulp zoeken bij andere mensen (Rickwood et al., 2005).
Mensen uit MENA- Culturen
Mensen uit MENA- Culturen hebben een niet-westerse migranten achtergrond. Ze beschouwen
zichzelf als moslim. Deze is een van de laden uit het Midden-Oosten en Noord- Afrika. In dit
onderzoek wordt er verwezen naar Arabische moslims. Mensen uit Arabische culturen beschouwen
zichzelf als moslim. De Arabieren wonen met name in de Arabische wereld. Deze wereld bestaat uit
19 landen die in het Midden-Oosten en Noord –Afrika liggen, dit zijn landen waar meer dan de helft
van de bevolking het Arabisch als moedertaal heeft.
Attributie
Het toeschrijven van de oorzaken van het gedrag aan interne of aan externe factoren.
SPSS
Een programma waarmee de statistische analyse wordt uitgevoerd en waarmee de data wordt
gevisualiseerd.
CFI
Cultural Formulation Interview, CFI is een meetinstrument en wordt als een bijlage geleverd door de
Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders 5th Edition (DSM-5) van de American
Psychiatric Association (APA, 2014).
DSM-5
De Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders 5th Edition van de APA is het meest
gebruikte classificatiesysteem voor psychiatrische aandoeningen. Op basis van symptomen biedt het
een geclusterde beschrijving van alle stoornissen.
2