Dit is een samenvatting van het vak Forensische orthopedagogiek en recht. Alle literatuur (boek en artikelen) zijn verwerkt en de college aantekeningen. Met deze samenvatting kan je het tentamen goed halen!
Samenvatting Forensische Orthopedagogiek & Recht
College 1
Hoofdstuk 6 De maatregelen van de kinderbescherming
Het civiele jeugdrecht is van toepassing op minderjarigen tot 18 jaar vanwege ernstige opgroei- en
opvoedingsproblemen die op verzoek van hulpverlenende instanties onder toezicht gesteld (OTS)
en/of uithuisgeplaatst (UHP) worden.
De maatregelen van kinderbescherming die zijn geregeld in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek
vormen het belangrijkste instrumentarium om in te grijpen bij minderjarigen waarbij de ontwikkeling
in ernstige mate wordt bedreigd (vaak door ouders of voogd)
Op 1 januari 2015 is het pakket aan kinderbeschermingsmaatregelen herzien > op 19
december 2001 werd deze wens al gedeeld
- De ondertoezichtstelling (OTS) op belangrijke onderdelen aangepast
- De ontheffing en ontzetting samengevoegd tot de gezagsbeëindiging
- Belang van het kind bij een gezonde en evenwichtige ontwikkeling is centraler gesteld
- Sinds de decentralisatie van de jeugdhulp (voorheen: jeugdzorg) zijn gemeenten
verantwoordelijk voor jeugdhulp (voorheen de provincies)
Maar dus pas in 2015 aangenomen tegelijk met de JeugdWet (= gemeenten verantwoordelijk voor
alle vormen van vrijwillige hulp, jeugdbescherming, jeugdreclassering en jeugd-ggz en GI’s
verantwoordelijk voor uitvoering van jeugdbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering)
De Jeugdwet is in 2015 in werking getreden en vervangt de Wet op de jeugdzorg
De Bureaus Jeugdzorg waren belast met onder andere de uitvoering van de OTS en
uitoefening van de voogdij > 1 januari 2015 vervangen door Gecertificeerde instelling ‘GI’s
Bij opleggen en uitvoeren van een maatregel van kinderbescherming wordt ingegrepen in mensen
hun gezinsleven (hun ouderlijk gezag wordt aangetast)
Optreden van ‘de kinderbescherming’ heeft in de loop der tijd geleid tot kritiek > soms te
snel en op onvoldoende gronden wordt ingegrepen, ook wel het ‘Savanna-effect’
- Savanna kwam door ernstige mishandeling gepleegd door haar moeder en stiefvader om
het leven, ze stond onder toezicht van Bureau Jeugdzorg
Bij de toepassing van maatregelen gaat het om minderjarigen van 0 t/m 17 jaar (met
uitzondering van machtiging gesloten jeugdzorg met 18 jaar)
De wettelijke regeling van de maatregelen van kinderbescherming, uitvoeringsmaatregelen kunnen
betrekking hebben op:
De voorlopige voogdij (beëindiging van de voogdij)
De (voorlopige) ondertoezichtstelling (OTS van (onder voogdij staande) minderjarigen of
onder voogdij staande)
De uithuisplaatsing
De beëindiging van het gezag en het herstel in het gezag (ouderlijk gezag gezamenlijk of
alleen, gezamenlijk gezag of voogdij)
De kritiek op de kinderbescherming had gevolgen voor de toepassing van maatregelen (OTS of een
voogdijmaatregel), de samenleving drong onder invloed van het ‘veiligheidsdenken’ aan op snelle en
zo nodig gedwongen gezinsinterventie
De daling van het aantal maatregelen lijkt de laatste jaren weer te stagneren
,De historie:
Vroeger had de ouder de macht over hun kind, ontzetting kon alleen worden uitgesproken
indien de ouder bepaalde misdrijven had gepleegd
Belangrijke grondlegger van huidige jeugdbeschermingsrecht: advocaat Asser (zocht via een
civiele weg de ouderlijke macht/voogdij te ontnemen)
Grote veranderingen rond 1900: ‘vaderlijke macht’ werd ‘ouderlijke macht’, de mogelijkheid
tot ingrijpen door de overheid, invoering kinderbeschermingsmaatregelen (ontzetting,
ontheffing, toevertrouwing)
- Deze maatregelen bleken lastig, vaak te zwaar > gepleit voor invoering kinderrechter en
OTS (gezinsvoogd civiel of jeugdbescherming strafrechtelijk)
- De kinderrechter kreeg een belangrijke plaats in het jeugdstrafprocesrecht
Uitgangspunten voor toepassing/uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen:
1. De maatregel van kinderbescherming is een uiterst middel (subsidiariteit): eerst vrijwillig tot
een oplossing proberen te komen, dan pas tot een maatregel overgaan (RvdK eerst nagaan of
vrijwillig een oplossing of een vorm van hulpverlening kan worden gevonden)
- Voor een beperking van EVRM moet zijn voldaan aan de vereisten van subsidiariteit (is
inmenging in het gezinsleven noodzakelijk?) en proportionaliteit (is de inmenging zo licht
mogelijk?)
- Volgens het EVRM moet een maatregel van kinderbescherming worden beschouwd als
een tijdelijke maatregel die moet worden beëindigd zodra de omstandigheden dat
toelaten (bv. directe betrokkenen altijd de mogelijkheid om op rapporten te reageren en
transparantie bij het nemen van beslissingen essentieel)
2. Hulp dient zo weinig mogelijk in de bestaande verhoudingen in te grijpen (proportionaliteit)
- Volgens de Wet op de jeugdzorg moet de hulp zo licht en zo nabij mogelijk zijn en zo kort
mogelijk duren (bv. UHP in het kader van bv. de OTS dicht bij - maatregel niet te
gemakkelijk verlengd – lichte maatregel (OTS) de voorkeur boven een zware maatregel
(beëindiging van het gezag)
- Uitgangspunt Jeugdwet: eigen kracht van de jongere en het zorg- en probleemoplossend
vermogen van zijn gezin en sociale omgeving versterkt
- De geformuleerde regels mogen er niet toe leiden dat te lang met ingrijpen wordt
gewacht of te weinig wordt gedaan
3. Het belang van het kind moet het ingrijpen via een maatregel van kinderbescherming
noodzakelijk maken
- De herziening van de kinderbeschermingsmaatregelen van 2015 beoogt het recht van
een kind op een gezonde en evenwichtige ontwikkeling centraal te stellen (stabiliteit en
continuïteit)
- Het IVRK art. 3 bepaalt dat in elke actie betreffende kinderen het belang van het kind ‘a
primary consideration’ moet zijn
4. Minderjarigen (12-18) moeten betrokken worden in kinderbeschermingsprocedures
- Dit vloeit voort uit het IVRK en motiveringsplicht van de kinderrechter op welke wijze de
mening van de minderjarige is meegewogen bij het nemen van een beslissing
- Kinderen -12 jaar mogen ook gehoord worden, maar wordt weinig gedaan
, - Als geen sprake is van een crisissituatie mag slechts van het horen van minderjarigen
worden afgezien als hij: niet in staat is een menig te geven, niet wil, gezondheid schaden
- Processuele handelingsonbekwaamheid = tijdens kinderbeschermingszittingen worden
minderjarigen meestal niet vertegenwoordigd (uitzondering: zaken over gesloten
jeugdhulp > raadsman)
- Een familiegroepsplan= een plan van aanpak dat is opgesteld door ouders, bloed- en
aanverwanten en anderen die tot de sociale omgeving van de minderjarige behoren
(moet altijd voor een GI een maatregel uitvoert)
De verhouding overheid-particulier initiatief in de kinderbescherming: de uitvoering van de
maatregelen wordt zo veel mogelijk overgelaten aan particuliere organisaties
De overheid heeft een voorwaardenscheppende (subsidiëring) en een controlerende taak
(staatsopvoeding moet worden vermeden)
Vandaar ook de keuze maatregelen uit te laten voeren door GI’s (wel afhankelijk van
overheidssubsidie) en de Rvdk (valt onder Ministerie van Justitie en Veiligheid)
verantwoordelijkheid te geven maatregelen tijdig te initiëren
In 2015 zijn belangrijke verantwoordelijkheden van provincies verschoven naar de
gemeenten > jeugd- en gezinshulp (jeugd-ggz/vb/gesloten/vrijwillig) is nu lokaal geregeld
- De GI’s zijn verantwoordelijk voor uitvoering van maatregelen van kinderbescherming
en jeugdreclassering, maar zijn niet bevoegd om jeugdhulp aan te bieden (wetgeving
hieromtrent is in ontwikkeling)
Belangrijk kritisch te blijven evalueren hoe de rollen van Rvdk, AMHK/Veilig Thuis, GI’s en
gemeenten zich tot elkaar verhouden en geen onnodige bureaucratisering
De jeugdbeschermingsketen (melding VT – Rvdk – rechtbank – GI) duurt nog te lang > moet
effectiever > eind 2020 toekomstscenario gepresenteerd (pilots)
De organisatie van de Kinderbescherming: organen die bij voorbereiding en de uitvoering van de
maatregelen zijn betrokken:
1. De Gecertificeerde Instelling (GI)
In 2015 zijn de Bureaus Jeugdzorg vervangen door GI’s die door gemeenten zijn gecontracteerd
Certificering: de instelling/rechtspersoon wordt gecertificeerd als zij aan het Normenkader
voldoet, met het vereiste van certificering kan worden gegarandeerd dat de uitvoering van
voldoende kwaliteit is
Welke GI: de RvdK onderzoekt naar de noodzaak van een kinderbeschermingsmaatregel > in het
verzoek vermeldt de raad (in overleg met gemeente) welke GI het meest geschikt is om de maatregel
uit te voeren
De raad kan in een verzoekschrift vermelden dat alleen een bepaalde niet-gecontracteerde
GI geschikt is om de OTS uit te voeren als het gemotiveerd aangeeft
Kinderrechter kan dan in beschikking bepalen dat de gemeente de uitvoeringskosten draagt
Taken: de gemeente sluit contracten met GI’s (zij bepalen dat een jeugdige hulp nodig heeft)
Gemeente moet jeugdhulp leveren (‘leveringsplicht’ via jeugdhulpaanbieders) en bekostigen
Bij OTS wijst GI binnen 5 dagen gezinsvoogd aan – UHP gezinsvervangende omgeving zoeken
, Kwaliteit van de hulp geboden door de GI: in het huidige stelsel is de inzet en continuïteit van
GI’s kwetsbaar (onder druk geld/personeelstekort) en daarmee ook de continuïteit van
jeugdbeschermingsmaatregelen > GI’s hebben moeite om overeind te blijven en kwaliteit te
garanderen
De GI moet binnen redelijke termijn mogelijkheid bieden voor een familiegroepsplan
2. De Raad voor de Kinderbescherming (RvdK)
Dit orgaan was bedoeld om de rechter van benodigde informatie te voorzien (voogdijraad),
voorlopige zorg op zich te nemen, toezicht te houden > steeds meer
- De raad is bevoegd op te treden ten behoeve van alle minderjarigen in NL en in
buitenland
De taken nu verdeeld in: 1. beschermingstaak – 2. adviserende taak inzake scheiding en omgang – 3.
strafrechtelijke taak – 4. taken op het gebied van afstand, screening, adoptie en afstammingsvragen
> afgeleide taak: de toezichthoudende taak (bv. bij beëindiging OTS)
Onderzoek door de RvdK: de noodzaak van kinderbeschermingsmaatregelen onderzocht, op verzoek
of uit eigen beweging
Gemeenten en de raad werken intensief samen (gemeente meldingen en doorgeleidingen
naar de raad, de raad bepaalt of een zaak wordt onderzocht en verzoek wordt ingediend)
- Naast de vrijwillige en gedwongen variant van hulpverlening is een derde categorie
ontstaan, ‘drangvariant’
De wijze waarop de Raad zijn wettelijke taken uitvoert staat in het Kwaliteitskader 2020
Onderzoek wordt verricht door een van zijn (maatschappelijk) medewerkers (rapportage
gedeelde verantwoordelijkheid van een multidisciplinair team) > besluitvorming minimaal
twee raadsmedewerkers (kinderen actief betrokken bij het raadsonderzoek)
- Zonder medeweten van directbetrokkenen wordt geen onderzoek ingesteld, tenzij
levensgevaar of ernstige psychische schade voor het kind dreigt
Rapportage/inzage en afschrift: Wanneer een maatregel nodig blijkt dient de Raad bij de
kinderrechter een verzoekschrift in (met rapport, contacten, medewerkers)
De Kinderombudsman (onpartijdig) randvoorwaarden rapportages: feiten en meningen
standaard gescheiden vermeld – hoor en wederhoor – concrete beschrijvingen – accordering
van informatie – afweging factoren – externe rapporten in bijlage
- Ouders en minderjarigen (16+) krijgen het rapport eerst in concept van de Raad
toegestuurd - kinderen (12-16) krijgen ten minste ‘hun’ gedeelte van het rapport –
kinderen (12-) worden in een gesprek geïnformeerd.
Voor inzage in of afschriften van rapporten 3 regelingen: 1. inzage tijdens de behandeling van een
verzoek – 2. inzageregeling van de Raad – 3. stukken die in eerder stadium zijn gemist alsnog inzien
De raad is primair verantwoordelijk voor het indienen van een verzoekschrift tot OTS
Recht op contra-expertise: ouders kunnen de rechter verzoeken om een deskundige te
benoemen om bv. de bevindingen uit het raadsrapport te weerleggen (kan niet als het
onderzoek nog loopt)
Toetsende taak van de RvdK: de Raad beoordeelt of hij zelf tot het indienen van een
verlengingsverzoek overgaat wanneer een GI hem geen verzoek tot verlenging van OTS of UHP in te
dienen (als dit wordt toegestaan wordt de GI wel verantwoordelijk)
- Daarnaast toetst de Raad de beslissing van de GI
In het Wetsvoorstel herziening kinderbeschermingsmaatregelen werd voorgesteld de
toetsende taak van de Raad uit te breiden. Dit is echter niet gebeurd
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper rosaforto. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.