100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Aantekeningen minicollege 5 t/m 7 voor tentamen 2 - Theorie en Geschiedenis van de Sociale Geografie (GEO2-3008) €4,48
In winkelwagen

College aantekeningen

Aantekeningen minicollege 5 t/m 7 voor tentamen 2 - Theorie en Geschiedenis van de Sociale Geografie (GEO2-3008)

 9 keer bekeken  1 keer verkocht

Aantekeningen van de minicollege 5 t/m 7 voor tentamen 2 - Theorie en Geschiedenis van de Sociale Geografie (GEO2-3008)

Voorbeeld 2 van de 9  pagina's

  • 13 december 2021
  • 9
  • 2020/2021
  • College aantekeningen
  • Ben de pater
  • Minicollege 5 t/m 7
Alle documenten voor dit vak (29)
avatar-seller
Lola168
Minicollege 5 – Sociale geografi e internati onaal tussen 1950-1975
We zitten definitief in de periode na WOII (werd al in minicollege 4 aangetipt). We kijken nu echt na
1945. We bespreken eerst de ontwikkelingen tussen ongeveer 1950-1975 aan de hand van
hoofdstukken 7,8,9 van HGH.

Hoofdstuk 7: Nieuwe maatschappelijke draagvlakken
Dit hoofdstuk lijkt sterk qua opzet/idee op hoofdstuk 3 (de grote stroomversnelling), welke
maatschappelijke condities aan eind 19e eeuw maakt geografie als universitaire wetenschap? Wat is
de rol van het nationalisme? Schoolaardrijkskunde is een vak om vaderslandsliefde bij te brengen,
kolonisatie speelt een grote rol  expansieve samenleving. Er moet kennis verkregen worden over
de nieuw verworven gebieden. Deze ideeën van eind 19 e eeuw voldoen niet meer in de periode na
WOII. Kolonisatie is verandert in dekolonisatie. NL kan hier slecht aan wennen en accepteert dan ook
lang niet dat NL-Indië zelfstandig is geworden. Nationalisme wordt nu vervangen door geloof en de
wereldsamenleving, de oprichting van de VN. De oorlog heeft laten zien hoe verkeerd nationalisme
kan uitpakken. De geografie moet opzoek naar nieuwe draagvlakken 

Geografie komt in dienst te staan van de verzorgingsstaat, the welfare state die zich na 1945 gaat
ontwikkelen. Sociaal geografen worden sociaal ruimtelijke ingenieurs (paragraaf 7.1). Ze komen als
ambtenaar/functionaris en dienst van de overheid te staan. Een overheid die steeds meer invloed wil
uitoefenen op de samenleving en richting van ontwikkelingen in de samenleving. In de jaren 30 had j
econoom Keynes. Hij zei in tijden van recessie  niet bezuinigen bij recessie, maar investeren in
projecten/infrastructuur etc. door de overheid. Zorg dat de vraaguitval wordt gecompenseerd door
opkoping van de overheid. In dit spoor gaat het CPB, centraal planbureau (1946) verder  door de
overheid geleid de NL economie na WOII te herstellen. Tim Berger beroemde directeur CPB (winnaar
Nobelprijs economie).

In de geografie: Rijksdienst nationaal plan (1942  met zegen van de Duitsers, want Raumortnung
prak hen ook aan). Ze moesten nationaal ruimtelijke plannen ontwerpen als een bekroning van de
ontstane planologie met lokale bestemmingplannen en steekplannen (jaren 20/30). Het moest
allemaal op elkaar afgesteld worden. Vanaf de jaren 30 ontstaat de behoefte aan het landelijk
organiseren van plannen. Dit wordt institutioneel vormgegeven. Vanaf 1965 heet dit: RPD  Rijks
Planologische Dienst. Tegenwoordig heeft dit PBL, planbureau voor de leefomgeving. Veel geografen
zijn gier actief als onderzoeker. De verzorgingsstaat heeft ook een ruimtelijke dimensie: regionaal
beleid  er moet niet al te veel ongelijkheid zijn tussen arme en rijke regio’s. Als de randstad zich
steeds verder gaat ontwikkelen en perifere gebieden achterblijven ontstaat er wens voor regionaal
beleid, bedrijven worden zo aangespoord om zich in deze achtergebleven gebieden te vestigen. Ze
kregen subsidie van de overheid. Met het idee: mensen moeten op hun plaats blijven, fabrieken
komen naar hun toe in plaats van dat mensen massaal naar de Randstad trekken.  regionaal
spreidingsbeleid. Duidelijke kenmerken van de verzorgingsstaat die een ruimtelijke dimensie krijgt,
waar geografen in dienst zijn

Planningscyclus ziet als volgt uit: er is een bepaald probleem, zoals randstad veel te rijk ten opzichte
van de perifere regio’s, kan ook een lokaal probleem zijn  Meppel besluit autovrij te worden en
winkeliers zien een jaar later hun omzet dalen. Dit wijten ze aan een slechtere bereikbaarheid van
hun winkels. De wethouder komt zo in de problemen bij wethouders. Er is behoeft aan een diagnose,
wat is er aan de hand? Diagnose: daling winkeliers Meppel. Daarna komt het plan, die kunnen we
uitvoeren en daarna evalueren. Dit is de zogenaamde planningscyclus.

, E
rn
e
lu
a
v m
b
P
D
s
g
ito
U
Geografen worden steeds meer ingeschakeld om diagnoses te
maken van bijv. lokale problemen. Vaak is dit in de jaren 60,70
een onderzoeker/geograaf in dienst van de gemeente. Je bent
dus een ambtenaar die de opdracht krijgt een probleem te
onderzoeken. Tegenwoordig gebeurt dit niet meer 
onderzoeker wil waarschijnlijk de wethouder beschermen: het
probleem wordt niet veroorzaakt door geringe bereikbaarheid
van auto’s maar eerder door internet winkelen. De oorzaken
worden niet bij het handelen van de wethouder gelegd. Je zou
eerder een campagne moeten beginnen om de lokale winkels
te steunen. Onderzoeksters van de gemeenten worden zo niet meer echt geaccepteerd. Het is naïef
om te denken dat zij objectief zijn. Er wordt steeds meer gezegd: beter commercieel en externe
onderzoeker dan een in dienst van de gemeente. Er wordt zo een afhankelijk adviesbureau
aangesteld. Geografen vinden zo steeds meer werk in de commerciële sector.

Er is een afbraak van de verzorgingsstaat  dreiging van afzetting van geografen. Ook te zien op
nationaal niveau: VROM afgeschaft in 2010. Er zijn geen nationale ruimtelijke plannen meer, ook al
wordt dit betreurd. Ook de provinciaal planologische diensten verdwenen (PPD’s). door het
wegvallen van de overheidsrol bij planning is de commerciële rol daarvoor in de plaats gekomen. Het
is een liaison dangereuse. H7 = verlengstuk H3

Hoofdstuk 8: Wat voor soort geografie ontstaat er?
Er is een afscheid oude regionale geografie, die beschrijvend de nadruk legde op de natuur en
invloed daarvan op de samenleving en economie. Dit wordt steeds meer een overgang naar spatial
analysis. Vind voor het eerst plaats in jaren 50 in VS  matrix van Barry! Vaak wordt dit opgehangen
aan de botsing van 2 geografen: vertegenwoordiger van de traditionele geografie: Hartshorne die
onder de indruk was van Hettner. Hij scheef in 1939 de Nature of Geography  bijbel in de
Amerikaanse geografie, vooral analyse van de ontwikkeling van de geografie in Duitsland. Wat kan de
VS daarvan leren? Hij had in de VS wel 1 tegenhanger: Sauer  andere opvatting, maar ver weg.

Daartegenover stond de nieuwe ideeën van Schaefer, een van de weinige Duitse geografen die is
gevlucht voor het naziregime, hij is politiek links en actief in vakbonden. Meeste geografen stelden
zich in dienst van het naziregime. Hij ging daar lesgeven op een universiteit, waar hij als eerste de
theorieën van Christaller (centrale plaatsentheorie uit 1933) onderwijst. Al eerder was er het idee
van Von Thünen  19e-eeuwse model over concentrische ringen agrarisch grondgebruik. Ook
theorieën van Alfred Weber. In zijn vrije tijd schrijft hij een artikel dat een aanval is op de ouderwetse
regionale geografie  ‘Je bent niet een wetenschapper als je niet opzoek bent naar wetten’. Je moet
zoeken naar spatial laws. Hartshorne benadrukt juist: geografie is een andere wetenschap dan alle
andere wetenschappen  ideografie (= het eenmalige beschrijven)  uniek karakter regio. Volgens
Schaefer is dat geen wetenschap, dus geografie moet aangepast worden. Zijn artikel wordt
gepubliceerd in een tijdschrift, tot zijn eigen verbazing. Schaefer sterft voor zijn publicatie, als
communist  voelde zich niet thuis in die tijd. Hartshorne is erg boos over deze publicatie en zoekt
naar fouten. Toch zijn veel jonge geografen het met Schaefer eens  ontwikkelen nieuwe geografie

Ruimtelijke spreidingspatronen, met de ontwikkeling van modellen
Zoals modellen van Burges en Hoyt.

 Ruimtelijke interactie patronen  dagelijkse verkeersstromen tussen wonen en werken. Dit
houdt het urbane systeem in leven. Ze veranderen de stad niet:

 Morfostatisch  de vorm van de stad verandert niet door de patronen

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Lola168. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,48. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,48  1x  verkocht
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd