Drie hoofdonderdelen Internationaal Privaatrecht
1. Internationaal bevoegdheidsrecht
2. Conflictenrecht
3. Internationaal erkennings- en tenuitvoeringsrecht
Karakter IPR
› Nationaal recht (ieder land eigen regels) Nederlands IPR is verschillend dan IPR
van een ander land
› Voor internationale gevallen
› Rechtspositief afhankelijk van plaats en tijd
Bestaansvoorwaarden IPR
› Rechtsverscheidenheid Duits privaatrecht moet afwijken van Nederlands
privaatrecht
› Grensoverschrijdend rechtsverkeer
Wat rekenen wij tot het IPR?
› Interregionaal privaatrecht (tussen Aruba en NL bijvoorbeeld dus binnen het
Koninkrijk): nee
› Intergentieel privaatrecht (verschillen tussen bevolkingsgroepen): nee
› Intertemporeel privaatrecht (oud tegenover nieuw recht): nee
› Rechtsvergelijking: nee
› Eenvormig privaatrecht: nee
› Volkenrecht: nee
› Vreemdelingenrecht: nee
› Nationaliteitsrecht: nee
› Europees recht: heeft een belangrijke positie, want groot deel IPR heeft basis in EU
(conflictenrecht) maar is geen IPR
Geschiedenis van het IPR hier spelen twee vragen een rol
Grondslag: waarom buitenlands recht toepassen?
Methode: als ik vind dat ik dat moet doen, hoe moet dat dan?
Eerste IPR theorie
› Statutisten
› Twee vragen
o Kunnen eigen wetten worden toegepast op vreemdelingen?
o Gelden onze wetten ook buiten het grondgebied van de stadstaat?
› Dit is de statutenleer
› Uitgangspunt = interne rechtsregel
› Bepalen ruimtelijke toepassingsgebied
, › Indeling van rechtsregels in klassen, naar hun aard en strekking, met eigen
toepassingsgebied
o Statuta persionalia gekoppeld aan persoon
o Statuta realia gekoppeld aan grondgebied
o Statuta mixta gekoppeld aan de plaats van handelen
› Ontwikkeling statutenleer
o Franse statutisten (Charles Dumoulin, Bretrand D’Argentré)
Veel aandacht voor de methode: verfijning van de klassen
o Hollandse statutisten (Christaan Rodenburg, Paulus en Johannes Voet, Ulrik
Huber)
Meer aandacht voor de grondslag van het conflictenrecht
Hollandse statutisten
› Paulus Voet (1619-1667)
o Soevereiniteitsbeginsel van landen stelt hij voorop landen bepalen hun
eigen recht (autonomie)
o Verschillend privaatrecht in de zeven provincies
o Ontwikkelt de Comitas-leer
Wat was de grondslag voor het feit dat rechters in de ene provincie
het recht van een andere provincie toepasten?
Niet omdat er een rechtsplicht is, maar vanwege internationale
welwillendheid
Het komt ook op basis van menselijkheid en billijkheid
› Ulrik Huber (1636-1694)
o De grondslag voor het toepassen van ‘buitenlands’ recht in je eigen staat is
die Comitas-leer
o Verschil: bij Huber wordt het een volkenrechtelijke verplichting
o Feitelijk hetzelfde als Voet: territoriaal, elkaar helpen internationaal,
welwillendheid, maar het is een internationale rechtsplicht (bindend
volkenrecht)
o Comitas zorgt voor uitzondering op territoriale werking van wetgeving
› Von Savigny
o Uitgangspunt = abstracte internationale rechtsverhouding dus je moet zoeken
naar een aanknopingspunt waardoor die internationale rechtsverhouding
thuis hoort in een bepaalde staat
HC 2
Vervolg statutistenleer
Uldruk Huber grondslag: comitas
› Het is een internationale rechtsplicht, maar deze plicht vindt haar grens daar waar de
belangen van deze staat of haar onderdanen door toepassing van dit vreemde recht
worden geschaad
› Comitas = bindend volkenrecht
› Huber had het werk van Paulus Voet gelezen, maar was vergeten hem te noemen
,Art 6 AB
De wetten betreffende de regten, den staat en de bevoegdheid der personen verbinden de
Nederlanders, ook wanneer zij zich buitenlands bevinden
Midden negentiende eeuw: Friedrich Carl von Savigny totale omwenteling
Uitgangspunt = abstracte internationale rechtsverhouding
Huber
Als mensen van land A en B een overeenkomst sluiten in land A, bepaalt het recht van land A
of er een overeenkomst is gesloten. Dat moet land B ook accepteren.
Von Savigny
Nee, je moet het omdraaien. Je moet zoeken naar het rechtsstelsel waarmee de
overeenkomst het meest nauw is verbonden. Dit kan dus A en B zijn. Je moet er boven gaan
hangen en kijken waar de zetel is van de rechtsverhouding. Hij maakt ook geen gebruik van
het Comitas begrip. Huber had het nodig, anders kon het recht van land A niet gelden in land
B. Von Savigny had dit niet nodig, want het is zo dat mensen in land A en B en C wonen een
gemeenschap van volken vormen. Hij had het over één volk, ongeacht dat ze in andere
landen wonen. Ze hebben dezelfde gedachten over rechtsinstituten. In wezen zijn er geen
verschillen. Hij verwijst uitdrukkelijk naar interregionaal privaatrecht. Hij verwerpt het
comitas-begrip van de Hollandse statutenleer en de gedachte dat de grondslag van het
conflictenleer gelegen is in de afbakening van de soevereine rechten van de staten.
Conflictenrecht wordt van afbakeningsrecht (statutisten) verwijzingsrecht, met
aanknopingsfactoren. Hij wijst de rechtsverhouding toe aan land A of land B. Hoogste doel =
beslissingsharmonie. Uiteindelijk zullen de rechters van land A de rechtsverhouding
thuisbrengen bij het land waar die het meest nauw mee verbonden is. Net als de rechter van
land B.
Kenmerken conflictenrecht Von Savigny
› Indirect het is niet direct duidelijk welk recht van toepassing is, toewijzen aan een
rechtsstelsel en kijken hoe het uitpakt
› Neutraal alle rechtsstelsels zijn gelijk, want overal liggen dezelfde beginselen aan
ten grondslag (namelijk Romeins recht)
› Abstract
o Ten opzichte van de concrete omstandigheden van het geval
o Regelblindheid hij kijkt niet naar de regel die hij gaat toepassen
Invloed Von Savigny op Nederlandse IPR was groot
› Artt 6, 7 en 10 Wet Algemeene Bepalingen
› Eenzijdige (statutistische) conflictregels
› Vooral via T.M.C. Asser
› Deze eenzijdige verwijzingsregels werden in de rechtspraak omgevormd tot
meerzijdige verwijzingsregels
Ontwikkelingen na Von Savigny
› Neostatutistische stroming
o Kritiek: door de toepassing van de leer (abstacte, neutrale verwijzingsregels)
van Von Savigny keek je niet naar wat er uiteindelijk uit kwam. Rechters
, moesten dus soms recht toepassen waar zij niet achter stonden, omdat de
uitkomt niet rechtvaardig was.
› Th. M. de Boer facultatief conflictenrecht
Blijven bij conflictenrecht: welk recht toepassen?
Bronnen
Europese verordeningen
› Rome I en Rome II
› Insolventierecht, huwelijksvermogensrecht, partnerschapsvermogensrecht, erfrecht
Haagse verdragen (wie is partij?)
› Productaansprakelijkheidsverdrag 1973
› Huwelijksvermogensverdrag 1978
› Vertegenwoordigingsverdrag 1978
› Trustverdrag 1985
› Kinderbeschermingsverdrag 1996
› Alimentatieprotocol
Commuun Nederlands recht
› Boek 10 BW
› BW (overig)
Bronnen van Nederlands conflictenrecht
› Commuun Nederlands recht
o Boek 10 BW
› Voorrang verdragen en verordeningen (gaan boven BW)
o Art 93 en 94 Gw
o Art 10:1 BW
o ‘reminders’ in boek 10 BW
Het Nederlands IPR is Nederlands recht. Rechtsposities zijn relatief: afhankelijk van plaats en
tijd.
Soorten conflictenregels
1. Meerzijdig (verwijzingsregel) waarin iets wordt bepaald over Nederlands recht of
buitenlands recht
a. Bijvoorbeeld een bepaling waarin staat dat het recht van toepassing is van het
grondgebied waar het ongeval heeft plaatsgevonden
2. Eenzijdig hier wordt alleen gezegd wanneer Nederlands recht van toepassing is
a. Bijvoorbeeld wanneer een bepaling bepaalt dat het aangaan van
geregistreerd partnerschap dat is aangegaan in Nederland, onderworpen is
aan de bepalingen van het BW.
3. Materieel / zelfstandig er wordt gelijk een oplossing gegeven in het artikel zelf
Die conflictenregels doen niets meer dan dat Von Sovigny al zei, namelijk kijken naar de
rechtsverhouding en dit toewijzen aan een bepaald rechtsstelsel.
Structuur verwijzingsregels
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper acberg. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.