2021/2022
Europees recht – Thema I
(doorwerking)
TILBURG LAW SCHOOL
LISANNE DE GRAAF
,HOORCOLLEGES
THEMA I – DE VERHOUDING TUSSEN DE EU EN DE NEDERLANDSE RECHTSORDE
HOORCOLLEGE 1
DE EU IS EEN FEDERATIE VAN LIDSTATEN
De EU zit tussen de nationale staat en de internationale organisatie in.
Overdracht soevereiniteit naar de EU.
Doelstelling: integratie.
Rechtspersoonlijkheid.
Eigen instellingen.
Eigen besluitvormingsprocedures.
Eigen rechtsbronnen.
Verplichte rechtsmacht Hof van Justitie EU; Loyaliteitsbeginsel; Lidstaten moeten zich houden
aan de uitspraak van het HvJ.
Eigen interpretatiemethode; Het HvJ interpreteert het recht via een theologische
interpretatiemethode. Ze kijken naar de doelstelling bijvoorbeeld van een richtlijn.
Rechten voor individu; Denk aan de vrijheden en grondrechten. Dit maakt dat de EU een
eigen autonome rechtsorde is geworden (verwoord in Van Gend en Loos).
DOELSTELLING VAN DE EU
Artikel 3 VEU; De Unie heeft als doel de vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te
bevorderen.
HISTORISCH OVERZICHT
Van EGKS/EEG naar EU:
Verbreding van integratie:
Van 6 naar 27 lidstaten (was 28 maar sinds Brexit 27).
Steeds meer beleidsterreinen.
Verdieping van integratie:
Besluitvormingsprocedures meer efficiënt en democratisch.
Uitbouw van het EU recht (financiële crisis, openbaar ministerie, pandemie).
Vergroting onderlinge samenwerking en solidariteit.
VERBREDING EN VERDIEPING: HOE?
Verdragswijzigingen; Europese Eenheidsakte, Maastricht, Amsterdam, Nice, Lissabon (Artikel
1 VEU ‘een steeds hechter verbond tussen de volkeren van de EU).
Wetgeving; Bijv Verordening 1612/68 betreffende het vrij verkeer, de verplaatsing en het
verblijf van werknemers.
Rechtspraak Hof van Justitie EU; Bijv Van Gend en Loos, Costa tegen Enel etc. Integratie
(leerstukken zoals voorrang) die het Hof heeft ontwikkeld. Voorrang oftewel rechtstreekse
doorwerking staat nooit in Verdragen en is pas ontstaan door de arresten.
Praktijk EU instellingen en lidstaten; Bijv Bachelor-Master structuur, uitwisseling studenten.
,VERDRAGSWIJZIGINGEN 1
Europese Eenheidsakte (1986); Voor het eerst gekwalificeerde meerderheid t.b.v. interne
markt, 1992, nieuwe beleidsterreinen (milieu, consumenten), politieke samenwerking.
Verdrag van Maastricht (1992); EU tot stand gekomen. Het ging van een EEG naar de EU die
veel meer was dan alleen economie. EEG: Euro, co-decisie-procedure, nieuwe
beleidsterreinen. EU: Buitenlands en veiligheidsbeleid (2 e pijler) en samenwerking politie en
justitie (3e pijler).
Verdrag van Amsterdam (1996); Herschikking JBZ: deels naar eerste pijler. Her nummering.
VERDRAGSWIJZIGINGEN 2
Verdrag van Nice (2001); Herschikking stemmenweging gekwalificeerde meerderheid.
Verdrag van Lissabon (2007); Afschaffing pijlerstructuur, institutionele en procedurele
wijzigingen, Handvest grondrechten EU, her nummering.
(Toekomstige) verdragswijzigingen n.a.v. Euro crisis; Het verdrag tot wijziging van artikel 136
van het Werkingsverdrag, permanente noodfondsverdrag ESM, begrotingsverdrag.
VERDRAGSSTRUCTUUR VÓÓR LISSABON
De drie pijlers.
EU
EG
Euratom Gemeenschappelijk Politiële en justitiële
Buitenlands en samenwerking in
Veiligheidsbeleid Strafzaken (PJSS)
(GBVB)
VERDRAGSSTRUCTUUR NA LISSABON
VEU, VWEU, Handvest van de Grondrechten.
, BEGRIPPENLIJST
Bondstaat of federatie: Een staat bestaande uit grotendeels onzelfstandige federatiestaten met een
centraal federaal gezag. Voorbeeld: De VS heeft deelstaten die deels hun zelfstandigheid en
staatsmacht afstaan aan een centraal gezag, de federale regering.
Dualisme: Een scheiding van het nationaal rechtssysteem en een internationaal rechtssysteem; er is
een aparte wet nodig om internationaal recht om te zetten in nationaal recht.
Eenheidsstaat: Staat bestaande uit onzelfstandige delen onder een centraal gezag (Nederland, maar
wel een gedecentraliseerde eenheidsstaat).
Monisme: Een nationaal systeem waarbij internationaal recht deel is van het nationale recht.
Soevereiniteit: Het hoogste of absolute staatsgezag en het juridisch onafhankelijk zijn van staten ten
opzichte van elkaar.
Staat: Een staat is een zich door met grenzen afgebakend grondgebied waarop een bevolking woont
die de nationaliteit vna die staat heeft waarover door een regering effectief en efficiënt (staats)gezag
wordt uitgeoefend. Voor het zelfstandig en onafhankelijk functioneren dient deze staat ook erkend te
worden door andere staten.
Statenbond of Confederatie: Samenwerkingsverband tussen zelfstandige staten, gebaseerd op een
verdrag (voormalige Republiek der Zeven Vereenigde Nederlanden).
Supranationaal: Een internationale organisatie, zoals de EU, die boven lidstaten staan.
Volkerenrecht: Recht tussen volkeren of staten.
GESCHIEDENIS EN VORMGEVING EU
De Europese Unie (EU) is opgericht in 1952, na de Tweede Wereldoorlog. Conform art. 3 VEU heeft
de Unie als doel: ‘… de vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen’.
Daarnaast is er ruimte voor vrijheid, veiligheid en recht zonder binnengrenzen waarin het vrije verkeer
van personen gewaarborgd is in combinatie met passende maatregelen met betrekking tot controles
aan de buitengrenzen, asiel, immigratie en voorkoming en bestrijding van criminaliteit. Zo ontstaat er
ook een interne markt. Hedendaags heeft de Europese Unie 27 lidstaten (inclusief BREXIT).
Na de Tweede Wereldoorlog was er binnen Europa het idee dat er een Europese Federatie moest
komen, om toekomstige oorlogen voorkomen. Deze mening werd onderschreven door veel van de
800 afgevaardigden die in mei 1948 naar Den Haag waren gekomen om het Congres van Europa bij
te wonen.
Echter, er bleek ook behoefte om wel een onderscheid tussen staten te behouden, dat ‘Europa’ geen
federale staat werd. De toenmalige Nederlandse minister-president Willem Drees zag de eenwording
van Europa wel zitten, maar zag meer in een samenwerking tussen staten. Door onder andere deze
visie, die ook gedeeld werden door de andere lidstaten, werd er geen federale staat opgetuigd.
Er ontstond een debat over de staatsvorm die de Europese Unie moest aannemen. Zou de Eu
gevormd worden als een federale bondsstaat of van een confederale statenbond? Het einddoel is
om een samenwerking op te richten tussen de “Verenigde Staten van Europa”. De prijs die dan voor
het voorkomen van oorlogen betaald zou moeten worden, lag in het opgeven van de nationale
zelfstandigheid van de lidstaten, de soevereiniteit.
Tot op de dag van vandaag kan de Europese Unie niet gedefinieerd worden als een bondsstaat of een
statenbond, terwijl dit in de heersende staatsleer de enige samenwerkingsmogelijkheden zijn. Als de