Ik heb door het leren van deze samenvatting een 17/20 gehaald in de eerste zittijd. Het bevat alles wat je moet kennen in slechts 32 pagina's. In deze samenvatting vind je de theorie aangevuld met de voorbeelden die prof. Van de Vijver heeft gebruikt in haar lessen en verder vind je ook de te kunne...
Bedrijfsfiscaliteit
Deel I. Algemeen
1. Belang van het opleidingsonderdeel
Examenvraag!
De belastingopbrengsten in België zijn sinds de oprichting van de Belgische staat erg
toegenomen. De laatste 2 jaar zien we echter een lichte daling door Corona, maar op
termijn verwachten we weer een stijging.
2020: 105.203 miljoen EUR
2019: 116.671 miljoen EUR
2018: 117.938 miljoen EUR
2017: 113.660 miljoen EUR
2014: 100.532 miljoen EUR (4.055.451 miljoen BEF)
2010: 87.474 miljoen EUR (3.528.692 miljoen BEF)
2000: 2.725.907 miljoen BEF
1950: 55.289 miljoen BEF
1850: 84 miljoen BEF
Examenvraag!
Op onderstaande grafiek zien we het percentage belastingen van het BNP. Denemarken
staat hier aan de top, gevolgd door Frankrijk en België. In Nederland bedraagt het
percentage minder dan in België.
1
,Functies belastingen
1. Financiële functie
o Overheid heeft financiële middelden nodig om taken te vervullen
o Bv: ziekenhuis, scholen…
o Tax shift = geen belastingen meer op arbeid, maar op consumptie,
milieuvervuilende activiteiten of vermogenµ
2. Economische functie
o Het stimuleren of ontraden van gedragingen = instrumentalisme
o Sigaretten zijn slecht voor de gezondheid en brengen veel kosten mee voor de
gezondheidszorg -> belasten
o Innovatie van onderneming is wenselijk voor maatschappij -> voordelen
toekennen: belastingvermindering of fiscale aftrek
3. Sociale functie
o Herverdeling in functie van draagkrachtbeginsel = sterkste schouders dienen de
zwaarste lasten te dragen
o Ook wel progressiviteit van belastingen genoemd = mensen die veel verdienen
moeten meer afstaan aan Belgische schatskist
o Gini coefficient is significant lager na belastingen en transfers
Examenvraag : weten wat de Gini coëfficiënt is
Belastingen in het bedrijfsleven
1. Wat?
o Belastingen = kost
o Fiscale planning = reduceren van belastingkost – effective tax rate
o Nominale belastingdruk vs effectieve belastingdruk
✓ Nominal tax rate = tarief dat geldt in het land, zonder fiscale voordelen
✓ Effective tax rate = belastingdruk die onderneming betaalt, inclusief
fiscale voordelen
o “tax has changed dramatically in recent years”: veel ondernemingen in negatief
daglicht door aggresieve tax planning structuren
2. Belastingen in de enkelvoudige jaarrekening
Examenvraag: verschil kosten en niet kosten!
In het vet: kosten
o Rek. 132: belastingvrije reserves
o Rek. 168: uitgestelde belastingen
o Rek. 453: bedrijfsvoorheffing
o Rek. 64: onroerende voorheffing
o Rek. 67: vennootschapsbelasting, voorafbetalingen, roerende voorheffing
2
, 2. Begrippen en beginselen
Begrippen
Examenvraag: verschil heffing en belasting!
1. Belasting
o Heeft dwingend karakter: het is verplicht
o Heeft een financieel doel: opbrengsten gaan naar de grote pot om
overheidstaken te financieren
o Er is afwezigheid van rechtstreekse en individuele tegenprestatie: zelfs al maak
je geen gebruik van openbare faciliteit, toch moet je belastingen betalen
2. Heffing
o Hierbij ontbreekt er één van de kenmerken van een belasting
o Vergoedingsretributies
✓ Bij het inschrijven van je auto dien je een vergoeding te betalen voor de
prestatie van de overheid
✓ aanwezigheid van rechtstreekse en individuele tegenprestatie
o Sociale zekerheidsbijdragen
✓ gaan naar een apart potje en wordt gebruikt enkel en alleen voor kosten
van sociale zekerheid bv: invaliditeitsuitkering, arbeidsongesch
✓ iktheid
✓ financieel doel is anders dan bij een belasting
3. Belastingheffende instanties
Examenvraag: kunnen de gewesten belastingen heffen op zaken die de federale staat al
belast?
Onderstaande instanties hebben een autonome fiscale bevoegdheid = kunnen zelf
eigen belastingen invoeren door een democratisch verkozen orgaan
o Federale belastingen: de federale staat
o Regionale belastingen: de gewesten
✓ Eigen gewestbelastingen: bv milieu
✓ Opcentiemen op federale personenbelasting
o Lokale belastingen: provincies en gemeenten
Gewesten en gemeenschappen mogen geen belastingen doorvoeren op zaken die al
belast worden door de federale staat! = geen dubbele belasting
4. Ruling
o Dienst voorafgaande beslissingen
o Voorafgaande beslissingen over hoe de wet wordt toegepast op een bijzondere
situatie of verrichting die nog geen uitwerking heeft gehad
o Door naar deze dienst te stappen heeft men zekerheid over een bepaalde
kwestie, bv: als je wilt weten hoeveel belastingen je dient te betalen of wilt
weten of iets fiscaal aftrekbaar is
3
, Beginselen
1. Legaliteitsbeginsel
o “No taxation without representation“: eigenlijk zijn alle belastingwetten
onrechtstreeks door het gewone volk ingevoerd aangezien wij kiezen welke
volksvertegenwoordigers in het parlement zitten
o Artikel 170 Grondwet: belastingen worden ingevoerd door de wet
✓ D.w.z. een democratisch verkozen orgaan
✓ Bijvoorbeeld: Kamer van Volksvertegenwoordigers, Vlaams Parlement,
provincieraden, gemeenteraden
o Artikel 172 Grondwet: vrijstellingen en verminderingen van belastingen worden
ingevoerd door de wet
✓ Voorbeeld schending van legaliteitsbeginsel: minister Alexander De Croo
wilt een vrijstelling belasting op gewestelijke steunmaatregelen. Hij mag
dit niet zelf beslissen want hij is geen door het volk verkozen orgaan.
2. Gelijkheidsbeginsel
o Gelijke situaties moeten gelijk behandeld worden
✓ Op vastgoedcertificaten moest men geen belastingen betalen, op andere
beleggingsproducten wel
✓ Men is naar het grondwettelijk hof gegaan omdat dit in strijd is met het
gelijkheidsbeginsel
o Verschillende situaties moeten verschillend worden behandeld
✓ Iemand met een hoger inkomen zal meer belastingen betalen dan iemand
met een laag inkomen
✓ Niet in strijd met gelijkheidsbeginsel want het zijn verschillende situaties
o Afwijking moet gebaseerd zijn op objectief criterium dat pertinent is in het licht
van de bedoeling van de wetgever en moet proportioneel zijn
✓ Een bakker moet belastingen betalen op zijn volledige winst, iemand die
een uitvinding heeft gedaan betaalt belastingen op een kleiner deel van
de winst
✓ Dit is niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel, want het draagt bij tot het
doel van de wetgever om onderzoek en ontwikkelen te stimuleren
3. Niet-retroactiviteitsbeginsel
o Als het parlement een wet invoert i.v.m. belastingen kan dit enkel invloed
hebben op de toekomst, niet op het verleden
o Toepassing van rechtzekerheidsbeginsel: het kan niet zo zijn dat parlement
ineens een wet invoert waarbij meerwaarden bij verkoop van huizen vanaf 2000,
belastbaar zijn, men moet rechtzekerheid hebben
o Er zijn uitzonderingen
✓ Technische fouten: in jaar 1 20% belasting op interest, jaar 2 ook, jaar 3
0% -> dit is niet retroactief maar gewoon een fout in de wettekst want
men wist op voorhand dat er een belasting is op interest
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper TEWstudente. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.
