Samenvatting daders
Week 1 – Dadertheorieën
Gelegenheidstheorieën - Crime and Everyday Life (pp.27-45)
Auteurs: Felson, M. & Eckert, M
Emotionele ups en downs komen vaker voor bij mensen die veel misdaad plegen, dus aandacht voor
specifieke omstandigheden die mensen beïnvloeden als ze alleen zijn en als ze samen zijn. Personen
die niet veel misdaad plegen, kunnen soms ook verleid worden -> incidentele daders en overactieve
daders worden beïnvloed door specifieke situaties. Er zijn 3 verschillende criminele situaties:
1. Predatory crimes: één persoon valt een ander persoon of diens bezit aan.
2. Consensual crimes: twee mensen werken samen en overtreden de wet.
3. Fighting: twee conflicterende partijen die zich allebei illegaal gedragen.
Deze drie typen misdaad hangen af van hoe mensen bij elkaar komen op een dag, dit hangt af van de
activiteiten die de personen ondergaan en de locaties waar ze dat doen.
Risky settings
Professor Roger Barker: ontwikkelde instrumenten om te bestuderen hoe mensen zich mengen en
hoe dit hun gedrag beïnvloedt. Elke andere setting waarin een individu zich bevindt, beïnvloedt de
keuzes die diegene maakt.
Setting = plaats voor huidig gedrag op bekende tijden.
Misdaad setting = waar mensen samenkomen of afwijken op een speciale manier die hun
misdaadkansen beïnvloedt. Bepaalde plekken en situaties kunnen dus criminaliteit in de hand
werken: publieke routes, recreatieplekken, openbaar vervoer, winkelcentra, verzorgingstehuizen,
scholen, kantoren, ziekenhuizen en warenhuizen -> hotspots.
Stages of a criminal act
Het plegen van een delict is opgedeeld in 3 stages:
1. Prelude = de gebeurtenissen die direct leiden tot het delict, zoals dronken worden.
2. Het incident = het delict zelf
3. Aftermath = wat gebeurt als direct gevolg van het delict -> vaak nog andere delicten.
First three elements of a criminal act
Voor het ontstaan van een delict zijn er drie noodzakelijke elementen:
1. Likely offender / gemotiveerde dader
Meest geschikt is een jonge, brutale man die het slecht doet op school, banen verliest,
terechtkomt in verkeersongelukken en op de spoedeisende hulp belandt.
Dagelijks leven kan ervoor zorgen dat mensen hun criminele potentie bereiken, terwijl
anderen dat niet doen -> toch kunnen er ook laatbloeiers zijn, want er komen steeds
nieuwe criminele gelegenheden -> de gemotiveerde daders verschillen
2. Een geschikt doelwit
Stimuleert de gemotiveerde dader om het delict te plegen
3. Afwezigheid van voldoende sociale bewaking
Bestaat niet alleen uit politie of beveiligers, maar ook uit gewone burgers, vrienden,
familie en vreemden (als ze in de buurt zijn en de dader denkt dat ze zijn plannen kunnen
verpesten).
Als een guardian aanwezig is, vermijdt de dader om het delict te plegen.
Eck’s crime triangle
Felson: criminaliteit door verleidingen en gelegenheid-> Eck ontwikkelde driehoek:
,De kleine binnenste driehoek geeft de 3 kenmerken weer van
elk crimineel probleem:
1. The offender (dader)
2. The crime target (doelwit)
3. The place or setting where the crime occurs
(plaats/locatie)
De dader moet dus een plaats vinden met daarin een target ->
tijd en plaats is erg belangrijk. Voordat de dader dan een
delict pleegt, moet hij nog drie types van bewaking ontwijken:
1. A handler -> toezicht op potentiële dader, zoals
ouders, trainers en leerlingen.
2. A place manager -> ziet toe op de plaats, waardoor
het criminaliteit ontmoedigt.
3. A guardian -> beschermt crime target
Managers zijn vooral belangrijk bij het minimaliseren van drugshandel en het controleren van
openbaar dronkenschap. De guardian is het meest belangrijk bij predatory crimes.
Predatory crimes
Predatory crimes = dader brengt een onschuldig slachtoffer pijn of schade toe. Deze delicten zijn
vaak onpersoonlijk, dus het interesseert de dader niet hoe het slachtoffer zich voelt. De normale
predatory sequence gaat als volgt:
1. Een gemotiveerde dader komt in een situatie terecht.
2. Een geschikt doelwit komt hier ook in terecht.
3. De guardian vertrekt.
4. De dader valt zijn target aan / pleegt het delict.
Sommige settings heten crime attractors, omdat ze criminaliteit aantrekken. Hier zijn de
bovenstaande eerste en tweede stappen omgedraaid.
In andere settings wordt criminaliteit teweeg gebracht (de dader en doelwit zijn aanwezig voor
andere doelen, maar criminaliteit ontstaat) => crime generators met deze volgorde:
1. Setting stimuleert legale activiteiten.
2. Deze setting zorgt ervoor dat daders en doelwitten bij elkaar komen (crime generator).
3. De dader kan hier succesvol een delict plegen.
4. De setting wordt een crime attractor.
Calming the waters and looking after places
Guardians kunnen vermogensdelicten en illegale verkopen verkomen. Handlers kunnen gevechten
ontmoedigen en managers kunnen crime settings beschermen, omdat ze alles overzien. Managers
hebben vaak een sterke intentie om criminaliteit te voorkomen, want ze beschermen hun
eigendomswaarden.
Menselijke aanwezigheid is niet genoeg voor beveiliging -> Oscar Newman maakte een klassiek
onderscheid:
1. Private space: binnenkant van je huis.
2. Semiprivate space: plaats net buiten je huis, je hebt goede controle over wie daar komt.
3. Semipublic space: publiek komt hier niet vaak, maar kan er redelijk makkelijk komen (bv.
appartement gebouw).
4. Public space: moeilijk voor jou om te controleren, dus het minst beschermd door specifiek
persoon
Het is lastig om elke plaats te beveiligen, dus belangrijk om aandacht te besteden aan crime targets.
Hot products & items that invite theft
Sommige producten worden vaker gestolen dan anderen. De dader wil iets stelen wat waardevol,
aantrekkelijk en beschikbaar is. de dader wil dat hij product kan stelen, verbergen en kwijt kan raken.
, Clarke heeft deze eigenschappen beschreven met ‘CRAVED’:
- Concealable (verbergen)
- Removable (verwijderbaar)
- Available (beschikbaar)
- Valuable (waardevol)
- Enjoyable (plezierig)
- Disposable (kwijtraken)
Standaard producten worden sneller gestolen, want die zijn moeilijker te herkennen. Daders zijn
sneller geneigd producten te stelen die ze zelf leuk vinden. Voor vervoer kiezen ze producten die niet
te zwaar of te groot zijn.
Hot products are affected by their settings
De omgeving is van belang -> dader kijkt naar mogelijkheden om snel binnen te komen en om snel
weer weg te gaan. De doelwitten hangen af van het motief/doel van de dader. Hoe dichter in het
centrum de inbraak is, hoe groter de kans is dat zware producten niet worden meegenomen. In
buitenwijken is er meer mogelijk om zwaardere producten te vervoeren.
The general chemistry of crime
Brantingham heft 3 termen geïntroduceerd om te begrijpen waar bepaalde typen criminaliteit
plaatsvinden:
1. Nodes (knooppunten) = plekken waar scholen, huizen, fabrieken en winkelcentra staan. Hier
ontstaan criminele kansen en gevaren.
2. Paths (paden) = meer mensen per vierkante meter dan op andere plekken en paden leiden
vaak tot knooppunten -> meer gelegenheid.
3. Edges (hoeken) = plekken waar twee gebieden elkaar raken -> grootste kans criminaliteit.
Grootste risico om slachtoffer te worden: jonge mannen, single, leven alleen, veel drinken en buiten
blijven tot laat.
Ideale chemistry for crime: plaats hot products, jonge mannen, mensen die alleen leven, heftige
drinkers en late uren op risky nodes of edges.
Mainpoints
Een setting gaat over activiteit die gebeuren op bepaalde tijden op dezelfde plaats. Sommige settings
zijn belangrijk voor criminaliteit. Criminaliteit heeft drie belangrijke elementen: gemotiveerde dader,
geschikt doelwit en afwezigheid van geschikte beveiliging. De crime triangle is belangrijk. Een
guardian is meestal een gewone burger. Betekenis predatory crime. Meer risico op criminaliteit op of
bij publieke routes en recreatie plekken. Daders hebben vaak specifiek voorkeur voor hot products.
Overige aantekeningen
Homo economicus = rationele dader die afweging maakt tussen kosten en baten.
Bounded pressionality = gemotiveerde dader moet snel een beslissing maken op het moment zelf,
dus beperkte informatie over gevolgen en omgeving.
Culturele criminologie – Seductions of Crime (p 52-65)
Auteur: Jack Katz
Materiële behoeften van de hoge middenklassen zijn vaak onvoldoende om de fascinatie voor
diefstal te verklaren. Zoals een student illustreert: het is niet de behoefte aan pizza die zorgt voor
criminaliteit, de criminaliteit zorgt ervoor dat de pizza lekker wordt.
Een sneaky thrill ontstaat als iemand 1) stilzwijgend de ervaring opwekt verleid te worden tot
deviantie, 2) vervolgens emoties de baas kan zijn door zo normaal mogelijk over te komen en 3)
daarna waardeert dat het is gelukt, waardoor een bepaald soort enthousiasme ontstaat.