Vak: Anatomie Fysiologie Pathologie: Periode 3
Les 1: Opbouw zenuwstelsel 07-02-2022
Leerdoelen, de
student:
VAT
VatDEde
BASALE OPBOUW VAN HET ZENUWSTELSEL SAMEN AAN DE HAND VAN KENNISCLIP - TOT SLIDE 11
basale
opbouw
van het Zenuwstelsel
zenuwstel
sel samen
Legt uit Perifeer Centraal
wat een
neuron is
en deelt
deze inHersenzenuwen Spinale zenuwen Grensstreng Encephalon Medulla Spinalis
naar
functie
Legt uit Truncus cerebri Diëncephalon Mesencephalon
wat het
verschil is
tussen
grijze en Cerebllum Cerebrum
witte stof
Het centrale zenuwstelsel (CZS), bestaat uit de hersenen en ruggenmerg, dit integreert en coördineert
Benoemt
dede
verwerking van sensorische informatie en geven impulsen door naar de spieren. In het CZS zetelen
ook de hogere functies, zoals intelligentie, geheugen en emoties.
verschille
nde
Alle communicatie tussen het CSZ en de rest van het lichaam vindt plaats via het perifere
gliacellen
zenuwstelsel
en hun (PZS), dat al het zenuwweefsel buiten het CSZ omvat.
functies
VAT DE BASALE OPBOUW VAN HET ZENUWSTELSEL SAMEN AAN DE HAND VAN HET STUDIEBOEK - PAGINA 293
Het zenuwstelsel:
1) Meet het interne en externe milieu
2) Integreert informatie van de zintuigen
3) Coördineert gewilde en ongewilde reacties van vele andere orgaanstelsels
,De functionele relatie van het CZS en PZS staan hieronder weergegeven.
Centrale zenuwstelsel
Informatie verwerking
Perifeer zenuwstelsel
Sensorische informatie binnen Motorische impulsen binnen efferente
afferente gedeelte gedeelte
Somatisch Autonoom
zenuwstelsel zenuwstelsel
Parasympatisch Sympathisch
zenuwstelsel zenuwstelsel
Zintuigen Effectoren
Skeletspier Gladde spier
Somatische zintuigen Viscerale zintuigen
(Registreert (Registreert gewaarwordingen
Hartspier
gewaarwording van de van inwendige omstandigheden
buitenwereld en onze en de toestand van andere
Klieren
positie daarin) orgaanstelsels)
Bijvoorbeeld het oog Bijvoorbeeld Bloeddruk meten
Vetweefsel
1) Sensorische informatie die buiten het zenuwstelsel door zogenoemde zintuigen of receptoren
wordt geregistreerd, wordt doorgegeven door het afferente gedeelte (ad-, naar +ferre, dragen) van
het PZS naar plaatsen in het CZS waar de informatie wordt verwerkt.
2) Daarna zendt het CZS motorische impulsen door middel van het efferente gedeelte (ex,
vanuit) van het PZS naar spieren en klieren, die effectoren worden genoemd.
Het efferente gedeelte van het PZS wordt onderverdeeld in somatisch en autonoom
zenuwstelsel (AZS).
3) Het AZS bestaat uit een sympathisch en een parasympatisch gedeelte, die overwegend
tegengesteld werken, bijvoorbeeld stimulerend of vertragend.
LEGT UIT WAT EEN NEURON IS EN DEELT DEZE IN NAAR FUNCTIE AAN DE HAND VAN HET STUDIEBOEK - PAGINA 294
Neuronen zijn de basiseenheden van het zenuwstelsel. Bij alle neurale functies communiceren
neuronen zowel onderling als met andere celtypen. De neuroglia is het steunweefsel van het
zenuwstelsel bestaande uit een fijn ondersteunend reticulum of netwerk waarin zich typisch vertakte
cellen, die neurogliacellen bevinden. Daarbij dient een aantal van de die cellen als fagocyten.
De algemene structuur van de algemene
neuronen heeft een cellichaam,
verschillende vertakte en gevoelige
dendrieten. Dit zorgt ervoor dat de signalen
worden opgevangen. Daarnaast bevat een
neuron een lang axon dat uitgaande
signalen geleiden in de richting van één of
meer synapsknoppen. Bij iedere
synapsknop communiceert het neuron met
een andere cel.
Vorm Indeling
, Multipolair neuron
Een multipolair neuron heeft twee of meer dendrieten en één enkel axon. in het
CZS komen deze neuronen het meest voor.
Alle motorische zenuwcellen, die skeletspieren aansturen, zijn multipolair.
Unipolair neuron
Bij een unipolair neuron lopen de dendrieten en één enkel axon in elkaar over het
en het cellichaam ligt aan één zijde.
Bij een unipolair neuron begint de actiepotentiaal bij het uiteinde van de
dendrieten en de rest van de uitloper wordt als een axon beschouwd.
Bipolair neuron
Bipolaire neuronen hebben twee uitlopers, één dendriet en één axon met het
cellichaam daartussen.
Bipolaire neuronen zijn zeldzaam, maar komen voor in speciale zintuigen
waar ze informatie omtrent het zien, horen, ruiken vanaf zintuigencellen
naar andere neuronen doorgeven.
Naar de functie worden neuronen in drie groepen verdeeld: de sensibele neuron, motorische neuron
en de schakelcellen.
Groep: Sensibele neuron/Afferente neuronen Receptoren: doorgeven van signalen
Aantal: circa tien miljoen
Vormen het grootste aantal van het PSZ. Receptoren kunnen worden ingedeeld aan de
A=Aanvoeren hand van de informatie die ze registreren.
Sensibele neuronen ontvangen informatie van Type 1: 2 soorten somatische zintuigen
zintuigelijke cellen die het uitwendige en 1) Externe receptoren, leveren informatie
inwendige milieu waarnemen en daarna de omtrent de uitwendige omgeving in de vorm van
informatie naar andere neuronen in het CZS aanraking, temperatuur en druk. En reuk, zicht,
doorgeven. evenwicht en gehoor
2) Viscerale receptoren, registreren de
De informatie kan worden doorgegeven aan een activiteiten van het spijsverterings-,
dendriet van een sensibel neuron of aan een ademhalings-, bloedvaten-, uitscheidings- en
gespecialiseerde cel in een ander weefsel die met voortplantingsstelsel en zorgen voor
het sensibele neuron in verbinding staat. gewaarwording van verwijding, diepe druk en
pijn.
Groep: Motorische neuron Effectoren: Een spier(cel) of klier(cel) die voor de
Aantal: half miljoen reactie op een prikkel zorgt.
Vormen het aantal in de efferente deel. Neuronen in de efferente deel van het PZS zijn
E=Exit verbonden met afzonderlijke groepen effectoren.
Motorische neuronen geleiden impulsen vanuit 1)Somatische motorische neuronen, van het
het CSZ naar andere weefsel, organen of somatische zenuwstelsel zijn verbonden met
orgaanstelsels. skeletspieren.
2)Visceromotorische neuronen, van het
De perifere doelcellen waarmee ze in verbinding autonome zenuwstelsel is verbonden met alle
staan, worden effectoren genoemd, omdat ze andere effectoren. Bijv. hartspier, glad
reageren door iets te doen. spierweefsel en klieren.
Groep: Schakelcellen Schakelen: samenvoegen en verdelen van
Aantal: twintig miljard binnenkomende prikkelingen doorschakelen
, Bevinden zich geheel in de hersenen en het Schakelcellen spelen ook een rol bij alle hogere
ruggenmerg. functies, zoals het geheugen, plannen en leren.
Schakelcellen staan in verbinding met neuronen.
Zo zijn ze verantwoordelijk voor het
doorschakelen van sensorische informatie en
voor de coördinatie van motorische activiteit.
Hoe complexer de reactie op een bepaalde
prikkel is, hoe groter het aantal schakelcellen
daarbij betrokken zijn.
LEGT UIT WAT HET VERSCHIL IS TUSSEN GRIJZE EN WITTE STOF AAN DE HAND VAN EEN INTERNET BRON:
HTTPS :// WWW .GEZONDHEIDSNET .NL / HERSENEN - EN - GEHEUGEN / ZO - WERKEN - DE - HERSENEN
Grijze stof
De hersenen bestaan uit witte stof en grijze stof. De grijze stof
bestaat uit de cellichamen van zenuwcellen. De witte stof bevat de
Witte stof
axonen. Deze axonen zijn omwikkeld door een wittige isolerende
substantie bestaande uit vetten en eiwitten, vandaar de naam
witte stof. Grijze stof zitten in groepen bij elkaar, wordt ook wel
ganglia genoemd. Witte stof zitten in bundels bij elkaar, dit staat
bekent als een zenuw.
Naast zenuwcellen bevatten de hersenen ook gliacellen. Deze
cellen verzorgen de zenuwcellen. Ze ruimen onder andere
afgestorven zenuwcellen op, zorgen voor de stevigheid van de
hersenen, bestrijden infecties en reguleren de
transmittermoleculen rond de synapsen.
BENOEMT DE VERSCHILLENDE GLIACELLEN EN HUN FUNCTIES AAN DE HAND VAN HET STUDIEBOEK -PAGINA 297
Centraal zenuwstelsel
Uiterlijk Gliacel: Astrocyten
Aantal: meest grootste en talrijke neurogliacellen
Astrocyten geven chemische stoffen af die noodzakelijkzijn voor het handhaven
van bloed-hersenbarrière, die het CZS van de algehele circulatie isoleert.
Door deze stof worden de haarvaten van het CZS ondoorlaatbaar voor veel
stoffen die het functioneren van de neuronen zouden kunnen belemmeren.
Gliacel: Oligodendrocyten (Oligo-, weinig)
Oligodendrocyten hebben dunne, lange uiteinden zijn rond axonen gewikkeld,
waardoor vliezige schede rond het axon wordt gevormd die uit myeline bestaat.
Myeline dient als elektrische isolator en verhoogt de snelheid waarmee een
actiepotentiaal zich langs het axon voortplant.
Myeline is rijk aan vetten en op doorsnede zien gebieden van het CZS met
gemyeliniseerde axonen er glanzend wit uit.
Gliacel: Microgliacellen
Aantal: kleinste en minst talrijke neurogliacellen