Economie: wat zijn de middelen van bestaan?
Politiek: hoe wordt de samenleving bestuurd?
Sociaal: hoe zijn de verhoudingen in de bevolking?
Cultuur: wat denken en voelen de mensen hoe uiten zij dit?
Tijdvak jagers en boeren, prehistorie tot 3000 v.C.
1. De levenswijze van jagers- verzamelaars
Bronnen: ongeschreven en primair (uit de tijd zelf, door mensen die erbij waren)
Middel van bestaan= jagen en verzamelen (bepaald hoe de samenleving eruitziet)
Samenlevingstype= jagers-verzamelaars
Economie:
- jagen en verzamelen.
- Politiek:
- kleine nomadische (trokken rond) groepen (10-30)
- geen georganiseerd bestuur.
Sociaal:
- weinig sociale verschillen
- strikte roverdeling tussen man en vrouw.
Cultuur:
- magische jacht- en vruchtbaarheidsrituelen
- grafgiften (sieraden enzo in graf, dus wrs geloof leven na de dood)
2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen
11000 v. Chr. ->(halve maan) neolithische revolutie= landbouw -> akkerbouw, veeteelt
Middelen van bestaan= landbouw
Landbouwsamenleving/agrarische samenleving:
Economie:
- landbouw: akkerbouw en veeteelt
Politiek:
- dorpen werden ws. bestuurd door dorpsoudsten en priesters
Sociaal:
- sedentaire revolutie: vaste woonplaats
- toename sociale verschillen. Door niet rond te trekken kan je bezittingen hebben.
- Strikte rolverdeling tussen man en vrouw. (minder heftig)
Cultuur:
- magische rituelen
- veel uitvindingen (dus gereedschappen, schrift)
3. Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
Neolithische revolutie in halve maan:
Zelf planten van zaden(akkerbouw) houden van vee (veeteelt) nieuwe uitvindingen
verhoging voedselproductie
ontstaan ambachten
, groei van dorpen
ontstaan steden ontstaan ambachten (producten maken)
middelen van bestaan= landbouw, ambacht, handel
Mesopotamië, Egypte -> daar eerste stedelijke gemeenschappen
Mesopotamië
Economie:
- Landbouw
- Ambacht
- Handel
Politiek:
- Steden werden bestuurd door koning en priesters
- Steden groeiden uit tot rijken (stadstaat, stad + omliggend gebied, eigen bestuur, regels)
Sociaal:
- grote groepen (gemiddeld 10.000 mensen)
- sociale verschillen: hiërarchische opbouw van de samenleving in sociale klassen
cultuur:
- Polytheïstische godsdienst (meerdere goden)
- Magische rituelen in tempels
- Veel uitvindingen
Egypte
Economie:
- Landbouw
- Ambachten
- Handel
Politiek:
- Steden werden bestuurd door koning en priesters
- Boven- en beneden Egypte vormen een natiestaat(volk bestuurt zelf) met farao als leider
Sociaal:
- Grote groepen (gemiddeld 10.000)
- Sociale verschillen: hiërarchische opbouw van de samenleving in sociale klassen
Cultuur:
- Polytheïstische godsdienst (Monotheïsme korte tijd geweest)
- Magische rituelen in tempels
- Veel uitvindingen
Tijdvak Grieken en Romeinen, oudheid 300 v. Chr. – 500 n. Chr.
4. De ontwikkeling van wetenschappelijk denken en het denken over burgerschap en politiek in
de Griekse stadstaat
Stadstaat (polis):
- gebied met vaste grenzen en eigen bestuur
- stad met omringd platteland
- klein in oppervlakte en inwonersaantal
- autarkisch-> zelfvoorzienend
- autonoom-> eigen bestuur en regels
filosofen: proberen wereld te verklaren op rationele manier
begin van wetenschap (opdoen kennis, experimenten, waarnemingen en het verstand)
, eerst wezen veel mensen naar de goden als iets gebeurde
filosofen gaan kijken of ze het zelf op rationele manier kunnen verklaren
hellenisme: verspreiding Griekse cultuur naar het oosten
5. de groei van het Romeins imperium waardoor de Grieks-Romeinse cultuur zich in Europa
verspreidde
republiek:
- macht verdeeld over meerdere functies
- functionarissen voor een jaar gekozen
- belangrijkste functie: consul
- senaat heeft de meeste macht
- oligarchie
Keizertijd:
- macht in handen van de keizer
- senaat en consuls bleven bestaan, maar weinig macht
reden groei voor romeins rijk:
- sterk en gedisciplineerd leger
- goed verdedigbare grenzen
- goede infrastructuur
- goed bestuur
als overwonnen vorsten meewerkten behielden ze burgerschap(niet zomaar kunnen worden
veroordeeld) -> romanisering (overnemen van de romeinse cultuur)
6. de klassieke vormentaal van de Grieks-Romeinse cultuur
klassiek: blijvende waarde
Grieken:
- Dorische stijl; strakke lijnen, simpele versiering
- ionische stijl: smaller meer versiering
- Korintische stijl: veel versieringen, vooral bladeren
Romeinen
- Namen veel over van de Grieken
- Kopiëren van Grieken, maar beetje aanpassen
- Kleding
- Realistisch
7. De confrontatie tussen de Grieks-Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur van
Noordwest-Europa
Germanen: volkeren ten noorden van de Rijn
Romeinen:
- Landbouwstedelijke samenleving
- Goed georganiseerd imperium
Germanen:
- Landbouwsamenleving
- Losse stammen
Onderlinge contacten:
- Handel
- Germanen in romeins leger
- Germanen verhuizen naar romeins rijk (welvaart)
3e eeuw n. Chr.: grote groepen Germanen vallen imperium romanum binnen
redenen:
- Goede landbouwgrond
- Romeinse welvaart
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ilselaar2004. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.