C6: Verstandelijke beperking
zondag 15 mei 2022 13:11
Begrip verstandelijke beperking
VB = een stoornis met onset gedurende de ontwikkelingsperiode die gaat over beperking in
zowel intellectuele en adaptieve functies in conceptueel, sociaal en praktische domeinen.
Criteria:
- Gebrek intellectuele functies: redeneren, probleemoplossen, planning, abstract denken,
beoordelen, academisch leren, leren van ervaring, praktisch begrip bevestigd bij
klinische beoordeling en geïndividualiseerd, gestandaardiseerde intelligentietest.
- Gebrek in adaptief functioneren: resulterend in falen om ontwikkelings- en
socioculturele standaarden voor persoonlijke onafhankelijkheid en sociale
verantwoordelijkheid.
- Onset: intellectueel en adaptief disfunctioneren ontstaan gedurende
ontwikkelingsperiode.
Definitie volgens AAIDD (American Association): Mensen met een verstandelijke beperking
zijn het totaal van mensen met een IQ onder de 70. mensen met een licht verstandelijke
beperking (LVB) hebben een IQ tussen 5- en 70 met sociale aanpassingsproblematiek.
Unieke Nederlandse situatie: Mensen met een IQ van 50 en 70 hebben een LVB en
zwakbegaafdheid 70-85 met sociale aanpassingsproblematiek (ook LVB - hulpbehoevend).
DSM IV DSM V
Zwakbegaafdheid - IQ 70-85 Niet indelen op enkel IQ score maar op basis van adaptief
Licht - IQ 50/55 functioneren (conceptueel, sociaal en praktijk),
Matig - IQ 40-50/55 vaardigheden en profielen.
Ernstig - IQ 25-40
Diep - IQ < 25 Mate van adaptief functioneren bepaalt mate van
Unspecified - als testen niet benodigde ondersteuning. Bovendien: IQ metingen zijn
mogelijk valide in het lagere deel van de IQ-range.
Hoe vaak komt dit voor?
- 1-3% en drie keer meer bij jongens/mannen dan meisjes/vrouwen.
- In NL:
○ In NL zijn dit ongeveer: 440.000 mensen met een VB.
○ Hiernaast in NL ongeveer: 2,3 miljoen Nederlanders met zwakbegaafdheid.
○ Dit leidt tot 1,1 miljoen mensen met zwakbegaafdheid mét sociale
aanpassingsproblematiek.
○ 6,4% met een LVB.
○ 5-10% van de jongeren tussen 5 en 18 jaar.
Indeling organisch & familiaal
VB is een enorm heterogeen. Er wordt een globale indeling gemaakt door Zigler's 'Two-group
approach':
- Organisch veroorzaakte VB (IQ<55 en/of syndromen).
○ Opeenvolging ontwikkelingsstappen gelijk (universeel).
○ Functioneringsprofielen verschillen over domeinen heen.
○ Bij elke etiologie specifiek patroon van zwakke en sterke vaardigheden en vaak
specifiek ontwikkelingspatroon.
W6en7 Verstandelijke beperking Pagina 1
, specifiek ontwikkelingspatroon.
- Familiaal veroorzaakte VB (met name LVB en zwakbegaafdheid).
○ Horen bij 'lower end' van de normaalverdeling.
○ Ontwikkeling lijkt 'normaal', maar vaak met een langzamer verloop.
Cognitieve ontwikkeling
Is de cognitieve ontwikkeling vertraagd of afwijkend? Dit kan onderzocht worden door de
chronologische leeftijd te vergelijken met de mentale leeftijd.
- Verschillen in:
○ Ontwikkelingssnelheid
○ Chronologische leeftijd
○ (hoeveelheid) levenservaringen
○ Fysieke en motorische vaardigheden
○ Omgang met anderen
Ontwikkelingstrajecten:
- Vertraagd:
- Afwijkend
- Vertraagd & afwijkend
- Laatbloeiers
W6en7 Verstandelijke beperking Pagina 2
, - Plafond bereikers
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Syndroom-specifiek - Down syndroom
- Minder sociale interactie met moeder relatief goed.
- Minder responsief (kijken minder, korter).
- Minder of geen social referencing.
- Passiever in contact.
Belang voor praktijk: Dingen herkennen! Hoe vroeger, hoe beter we bepaalde ontwikkeling
kunnen stimuleren. Aan de andere kant, sterven mensen met syndroom van down ook uit.
Fragiel X syndroom (FXS)
- Weinig oogcontact.
- Terugtrekken, angstig, verlegen (hypothese: angst door tekort arousalregulatie (snel
overprikkelde zintuigen).
- Vrouwen met FXS minder sociale en emotionele problemen.
22q11(.2) Deletie syndroom = klein stukje van de lange arm van chromosoom 22 ontbreekt.
- Medische kenmerken: 2/3 aangeboren hartafwijking, 2/3 schisis, immuun-problemen,
voeding- en slaapproblemen, KNO-problemen.
- 30-40% IQ < 70, de rest IQ tussen 70 en 85.
Sociaal-emotionele kenmerken:
- Grote intervariëteit in gedrag van externaliserend naar internaliserend.
- Ontwikkelingstraject: van externaliserend naar internaliserend.
- Moeite emotiones te reguleren.
- Vel angst en fobieën.
- Veel psychiatrie zoals ADHD, ASS, bipolar, depressie, OCD, schizofrenie.
Dus veel intervariëteit en heterogeniteit.
Williams syndroom
- Responsief, aardig, ook voor vreemden.
- Aandacht goed focussen.
W6en7 Verstandelijke beperking Pagina 3
, - Aandacht goed focussen.
- Interesse in gezichten (waardoor weinig aandacht voor andere cues), maar moeite met
juist interpreteren van gezichtsuitdrukkingen.
- Theory of Mind (ToM) problemen.
- Vriendelijk, maar lijkt meer 'social stimulus attraction' dan vriendschappelijk.
Prader-Willi syndroom
- Rigide, koppig, moodswings, woede-aanvallen, mn vanaf puberteit.
- Hangen erg aan routine en voorspelbaarheid.
- Compulsief gedrag (ernstige vormen).
- Veel stemmingsproblematiek, bv. Depressie met psychotische kenmerken.
- Zeer ernstige onverzadigde eetlust (resulterend in obesitas).
Angelman syndroom
- Weinig tot geen spraak, mogelijk daardoor soms ook fysiek agressief.
- Veel lachen, ook lachaanvallen - 'Happy puppet' syndrome.
- Geinteresseerd in anderen.
- Weinig concentratie, beweeglijk.
- Focus op eigen mond.
Klinefelter syndroom
Wordt veroorzaakt door extra X (dus XXY) of soms zelf twee extra X'en (XXXY). Het betreft dus
enkel mannen.
- Vertraagde spraak-taalontwikkeling (laat beginnen met praten, of enkele woorden of
korte zinnen).
- Gedragsproblemen.
- Moeite met leren.
- IQ gemiddeld, maar vaak verbale IQ lager dan performale IQ.
- Meoite gevoelens onder woorden te brengen.
- Vaak wel goed zelfstandig en doelgericht werken.
Uiterlijke kenmerken:
- Een langere, minder gespierd lichaam dan mannen van hun leeftijd.
- Bredere heupen en langere benen.
- Grotere borsten/borstvorming.
- Zwakkere botten.
- Lager energieniveau.
- Kleinere penis en testikels.
- Vertraagde pubertijd of voor een deel.
- Minder gezichts- en lichaamshaar.
Fetal alcohol spectrum disorder (/foetal alcohol syndroom)
In de VS wordt ca. 5% van de kinderen geboren met het FAS. Zij hebben een LVB of matige
VB.
- Gezichtskenmerken (maar hoeven niet altijd aanwezig te zijn):
○ Vouw binnenste oogplooi.
○ Lage neusbrug.
○ Wipneus.
○ Dunne bovenlip.
○ Smalle kin.
○ Klein schedel.
○ Smalle oogspleetjes.
Lage oren.
W6en7 Verstandelijke beperking Pagina 4