Samenvatting van de gehele lesbrief Marktgedrag (H1 t/m 4). Bevat veel onderwerpen die belangrijk zijn voor het eindexamen, zoals maximale winst berekenen, verschillende marktvormen, gevangenendilemma, speltheorie, etc.
Marktgedrag Samenvatting
Volkomen concurrentie/volledige mededinging:
- Groot aantal vragers & aanbieders: een individuele producent of consument heeft geen invloed op de
prijs omdat hij maar een zeer klein marktaandeel heeft
- Homogeen product: voor de consument zijn alle exemplaren van het product identiek
- Transparante (doorzichtige) markt: vragers & aanbieders zijn volledig geïnformeerd over de aard van
het product en de prijs waartegen het wordt verhandeld
- Vrije toe- en uittreding: er zijn geen belemmeringen om tot een markt toe te treden of uit te stappen
Bovengenoemde kenmerken komen in de praktijk nooit allemaal tegelijk voor. De marktvorm volkomen
concurrentie is daarom een theoretische marktvorm.
Hoeveelheidsaanpasser
De individuele aanbieder heeft geen invloed op de prijs. De prijs is voor de individuele aanbieder een gegeven.
Omdat hij streeft naar maximale winst, zal hij net zoveel producten aanbieden dat zijn winst maximaal is. Hij
past dus zijn hoeveelheid aan. Daarom heet een aanbieder op een markt van volkomen concurrentie een
hoeveelheidsaanpasser.
Marktmechanisme
Zolang vraag en aanbod niet aan elkaar gelijk zijn, zal de prijs van het product veranderen. Als de gevraagde
hoeveelheid groter is dan de aangeboden hoeveelheid dan zal de prijs van het product stijgen. De
consumenten die voor het product het meest willen betalen, drijven de prijs op. Deze prijsstijging leidt tot een
hoger aanbod van het product en een afname van de vraag naar het product. Het uiteindelijk resultaat is dat
het vraagoverschot verdwijnt. Bij een aanbodoverschot zal de prijs van het product zover dalen tot er
evenwicht is in vraag en aanbod. Het proces van prijsaanpassingen dat optreedt bij vraag- en
aanbodoverschotten noemen we het marktmechanisme of prijsmechanisme.
Maximale winst
P = GO = MO bij volledige mededinging. Maximale winst bij MO = MK // of als MO > MK maximale
productiecapaciteit benutten voor maximale winst.
Bedrijfstakevenwicht
Zolang potentiële toetreders kans zien om winst te maken, zullen zij toetreden. Hierdoor daalt de winstmarge.
Het proces van toetreding en prijsdaling stopt als de winstmarge nul is en de winst is verdwenen. De situatie
die dan ontstaat, noemen we bedrijfstakevenwicht. Bij bedrijfstakevenwicht maken de bestaande aanbieders
geen winst en is er dus geen reden meer om tot de markt toe te treden. De prijs is gedaald en gelijk aan de
gemiddelde totale kosten. De ondernemers zullen echter niet uit de markt treden, want ze ontvangen een
vergoeding voor hun inspanning. Deze vergoeding is in de kosten opgenomen als ondernemersloon.
Verschuivende aanbodlijnen en vraaglijnen
Door een toename van het aantal aanbieders verschuift de collectieve aanbodlijn naar rechts, bij dezelfde prijs
is er meer aanbod. Bij afname van het aantal aanbieders verschuift de collectieve aanbodlijn naar links. Een
invoerheffing/accijns veroorzaakt een verschuiving van de collectieve aanbodlijn naar boven. Een
kostprijsverlagende subsidie verschuift de aanbodlijn naar beneden.
Marktimperfecties op de arbeidsmarkt
• Dé arbeidsmarkt bestaat niet, het zijn allemaal deelmarkten.
• Arbeid is geen homogeen product: arbeidskrachten hebben specifieke kennis, opleiding, ervaring…
• De arbeidsmarkt is niet transparant, werkgever en werknemer beschikken niet over dezelfde informatie (de
informatie is asymmetrisch).
• De vrije toetreding is beperkt: voor bepaalde beroepen heb je diploma’s nodig.
• Door als collectief te onderhandelen, kunnen vakbonden een loon afdwingen dat hoger is dan het
evenwichtsloon. Aan de onderkant van de arbeidsmarkt wordt het loon niet bepaald door vraag en arbeid. Het
minimumloon legt een vloer onder de prijs van arbeid.
, De ideale arbeidsmarkt in theorie
Hoewel de arbeidsmarkt niet alle kenmerken van volledige mededinging heeft, wordt in de economische
theorie deze markt vaak opgevat als een markt van volkomen concurrentie. Vraag en aanbod bepalen de prijs
(loon) en de hoeveelheid (werkgelegenheid). De veronderstelling is dan dat arbeid homogeen is en de
arbeidsmarkt transparant. Dat is bij benadering waar voor deelmarkten binnen de arbeidsmarkt, zoals de markt
van ongeschoolde arbeid of de markt voor leerkrachten in het basisonderwijs.
Monopolist
Een monopolist is alleenheerser op een markt omdat hij de enige aanbieder is. Hierdoor kan hij zelf bepalen
welke prijs hij vraagt voor zijn product. Daarom noemen wij hem een prijszetter. Toch is de macht van een
monopolist niet onbeperkt. Een monopolist kan voor een product niet meer vragen dan klanten bereid zijn te
betalen. De betalingsbereidheid van de consument is af te leiden uit de collectieve vraaglijn. De collectieve
vraaglijn is tevens de prijsafzetlijn van de monopolist want deze geeft weer hoeveel de monopolist verkoopt bij
verschillende prijzen. In tegenstelling tot de markt van volkomen concurrentie waar de prijsafzetlijn een
horizontaal verloop heeft (de prijs is daar een gegeven) heeft de prijsafzetlijn van de monopolist een dalend
verloop. Naarmate de monopolist een hogere prijs vraagt voor zijn product zal de vraag afnemen. Een aantal
vragers zal kiezen voor een substituut, een product dat als vervanging kan dienen.
Monopolies
Een octrooi of patent is het exclusief recht op de commerciële exploitatie van een uitvinding. Het alleenrecht
duurt meestal 15 tot 20 jaar en wordt door de overheid via octrooibureaus verleend. Een monopolie gebaseerd
op wettelijke basis (octrooi) noemen we een wettelijk monopolie.
Er zijn ook natuurlijke monopolies. Een natuurlijk monopolie ontstaat als schaalvoordelen zo’n grote rol spelen
dat er op een markt slechts plaats is voor één aanbieder. Voor de monopolist biedt de schaalgrootte een
‘natuurlijke’ bescherming. Voor nieuwkomers is het een toetredingsbarrière. De toetredingsbarrière is sterker
als de kosten van toetreding verzonken kosten kunnen worden.
Maximaal totale winst
Een monopolist kan streven naar maximale omzet, kostendekking (break-evenafzet) of maximale totale winst
(MO = MK).
Voor elke onderneming geldt dat de totale winst toeneemt zolang bij uitbreiding van de productie
MO > MK.
TW = TO – TK en TW = (GO – GTK) × q.
Anders dan op een markt van volledige mededinging kan een monopolist blijvend winst behalen. Een
monopolist is in staat zijn verkoopprijs vast te stellen boven de marginale kosten.
Toetreding
Bij het gevangenendilemma nemen spelers tegelijkertijd of simultaan hun beslissing. Bij het
toetredingsvraagstuk is een simultane keuze onwaarschijnlijk. Men reageert op elkaar en dus na elkaar. Een
spel waarin de spelers na elkaar beslissen noemen we een sequentieel spel. Met een boomstructuur kunnen de
keuzes zichtbaar gemaakt worden. De figuur die dan ontstaat, noemen we een beslisboom.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper veravangansewinkel. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,89. Je zit daarna nergens aan vast.