C-CHEM Aantekeningen Blok C1
C-CHEM 1
Zweetsecretie
o Klier = glandula
Doel: produceert/transporteert stoffen, bijv. hormonen en enzymen.
Endocrien = interne secretie
Zonder afvoerbuis bloed of hormonen.
Exocytose = blaasjestransport = merocrien = cel geeft stoffen
(lipiden/proteïnen) af aan celmembraan.
(Endocytose is het tegenovergestelde)
Exocrien = externe secretie
Met afvoerbuis buiten het lichaam
Bijvoorbeeld talgklier of zweetklier.
Groepen
o Aantal secretiecellen = eencellig of meercellig
o Soort afscheiding = talg of muceus.
o Vorm
Tubulus = buisvormig, gecompliceerd of
eenvoudig, bij zweetklieren.
Alveolus = trosvormig, bij talgklieren.
Mix = bij speekselklier.
o Afvoer = simpel of gecompliceerd.
o Werkwijze
Holocrien = cellaag en product gaat kapot,
basale laag maakt nieuwe aan, bij talgklieren.
turn-over
Merocrien = cel blijft intact, blaasje gaat naar
buiten, bij exocytose, bij eccriene zweetklieren
exocytose
Apocrien = mix merocrien en holocrien.
Scheiden een deel van hun kliercel af
apocriene zweetklieren.
Zweetklieren = glandula sudorifera.
Zweet komt door de poriën naar buiten verdampt.
Doel: lichaamstemperatuur op pijl houden.
Locatie: in epidermis en dermis, soms in subcutis.
Ontstaat door oververhitting signaal naar hersens
zweetklieren worden actief.
Is tubulus en gekronkeld.
o Is gecompliceerd, meerdere afvoergangen.
Twee soorten
o Eccrien = zijn zelfstandig, los van de haarfollikel,
kleiner, meer, buisvormig via poriën, over het hele
lichaam, vanaf de geboorte, cel blijft intact, reguleert
lichaamstemperatuur, via sympathisch zenuwstelsel.
, o Appocrien = zijn pas actie in de puberteit, androgene
plekken, zijn verbonden met een haarzakje, zorgt niet
voor warmteafgifte, dieper, groter, product komt in
haarzakje, product en deel kliercel wordt afgescheiden.
Transpiratievocht/zweet
o Geurloos, bacterie zorgt pas voor geur.
o Eccrien zweet = filtraat van bloed, veel water en
opgeloste stoffen zure pH.
99% water, 1% opgeloste stoffen.
o Apocrien zweet = toegevoegde lipiden/eiwit
geel/andere geur door de bacteriën (oksel). Wordt altijd
geproduceerd.
o Door sympathisch zenuwstelsel kan niet worden
beïnvloed warmte productie zweten.
Oorzaken
o Hyperthyroïdie, hormoonschommelingen
o Stress, hoe zwaar je bent,
o Hyperhydrosis
Vorm van overmatig zweten
Bij handen, oksels, voeten
Behandeling
Wassen, scheren, anti-transpirant deo (aluminiumchloride)
Botox injecties
Iontoforhese
Chirurgische behandeling zweetklieren verwijderd
Jodiumproef = jodium + zetmeel verkleurde gebieden op
zweetplek.
C-CHEM 2
Talg-/zweetklierproblemen
o Huid is mechanische barrière.
o Acne
Fabel: zuivelproducten geen duidelijke conclusie.
Door hyperkertatose = dikke hoornlaag ontstaan verstoppingen
o Talgklieren
Op T-zone, borst en rug zitten meer talgklieren
Niet altijd samen met een haarzakje?
Strontje (bij oog) is ook een vorm van talgklierprobleem.
Trosvormig = alveolusvormig = holocrien snelle turnover (1 week)
Produceert sebum/talg/huidsmeer/huidvet = talgsecretie.
Androgenen (testosteron) hormonen meer talgproductie
o DHT = enzym = dihydrotestosteron, wordt omgezet
door 5a-reductrase. Geeft receptors op talgklieren
meer talgproductie.
Bij geboorte actief, daarna pas weer in de puberteit.
Beschermt de huid tergen uitdroging, bacteriën en schimmels
Bescherming tegen irriterende stoffen.