Werkcolleges EBC
Werkcollege 1: signaaltransductie mechanismen (1)
Opdracht 1:
a. Links. Er zijn twee isovormen.
b. G-eitwit gekoppelde receptoren.
c. Er wordt op meerdere cascades gereageerd waardoor er meerdere reacties voort
worden gebracht.
Adrenaline bindt aan alfa en betareceptoren. Ook hebben ze veel verschillende
gevolgen.
d. Acetyl-groep zit onderaan en de choline-groep zit bovenaan.
e. Meerdere organen maken gebruik van acethylcholine. Als het enzym wordt geremd
door de remmers, en dus als er geen rem is op het enzym, komt er enorm veel
acetylcholine. En dit wordt gebruikt door meerdere organen.
f. PK-C komt van GPCR of RTK. GPCR is een membraangebonden receptor. De andere
heeft te maken met ion-kanaal gekoppelde receptoren. Leidt tot snelle verandering
in de membraan potentiaal. Bij snelle gebruik je de ion dinges en bij langzame de
andere
Opdracht 2:
a. boven: fosfolipase A2 (PL-A2)
Links: lipoxygenase (LOX)
Rechts: cycloxygenase (COX) remt de rechtse want het werkt bloed verdunnend.
b. vetzuren
c. GPCRs
Opdracht 3:
a. 10-3 is extra en binnen 10-7
b. Snelle – ion-kanaal
Langzamer – GPCRs
c. Calmodulin, PKC
d. CA2+ kun je niet afbraken. De cel uituitpompen of het carcoplasmatisch reticulum
inpompen. Calcium ATP-ase.
1
, Werkcolleges uitwerkingen EBC Seline Donkers
Opdracht 4:
Neurocrien (bijvoorbeeld in de synaps) hebben de neurotransmitterreceptoren meestal een
veel geringere affiniteit tot de signaalstof dan de hormoonreceptoren in een endocrien
systeem. Doorgaans is de specificiteit van de receptoreiwitten voor (hormonale)
signaalstoffen ook groter in een endocrien dan in een neurocrien systeem het geval is voor
neurotransmitters.
Bij neurocrien niet nodig want hij hoeft niet specifiek te zijn want er wordt maar een
neurotransmitter aangeboden. Concentratie is altijd heel hoog dus affiniteit hoeft ook niet
erg hoog te zijn.
In bloedbaan zitten heel veel verschillende signaalmoleculen dus moet heel specifiek zijn. De
concentratie is erg laag van een bepaalde stof dus de affiniteit moet ook erg hoog zijn.
Opdracht 5:
a. Aantal [O] is groter dan [S]
b. [T] is kleiner dan [S]
c. [R] is groter aan [S] want per signaalmolecuul heb je een bepaalde reactie
Opdracht 6:
a. Tegen de klok in GTP – GDP – Pi en middenin gamma en beta subunit hebben
losgelaten.
Als er iets aan het G ding gebonden zit kan het meerdere G-eiwitten activeren.
b. cAMP activeert vervolgens een ander cellulair enzym: Actief PKA en die fosforyleert
eiwitten
c. Uitzetten G-protein door hydrolyse GTP tot GDP – cAMP afbreken met cAMP
fosfodiesterase
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper selinedonkers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.