Sportmanagement samenvatting
Hoofdstuk 1
Situationele benadering
Verschillende organisaties moeten in verschillende situaties toch kunnen handelen en management
methodes kunnen gebruiken.
Voorbeeld = een basketbalclub die op weg is naar de top moet anders aangestuurd worden dan een
basketbalclub die haar toppositie aan het verliezen is.
Als sportmanager moet je open staan voor:
Alle activiteiten waarbij fysieke, geestelijke inspanning of vaardigheden verlangd worden en waarbij
de inspanning of vaardigheid zelf het doel is. Dit kan niet binnen een context die georganiseerd is,
wedstrijdelementen bevat of aan bepaalde spelregels voldoet.
3 type sporters
Wedstrijd gericht
Sporten met het doel om prestatie te leveren.
Gezondheid gericht
Sporten met het doel gezondheidsbevordering of behouden ervan.
Leefstijl gericht
Sporten om te kunnen bewegen met een uitdaging. Deze sport is vrij in je keuze dus je kan zelf
bepalen waar je gaat sporten en met wie. Denk hierbij aan surfen, skateboarden en freerunning.
Eigenschappen sportmanagement
- passie en emotie passie voor de club en de fans van de club. (Breda en Tilburg niet samen
want roept emoties op bij de fans)
- not all about the money sportieve successen bereiken. Geld is secundair doel (maakt
resultaten wel mogelijk)
- concurreren en samenwerken je bent concurrentie van elkaar, maar je moet ook kunnen
samenwerken. (manager moet ook aan tafel kunnen zitten met je rivaal)
- identificatie en loyaliteit je bent een tennisser en vindt het leuk om te kijken. (voordeel =
trouwe fans, nadeel = lastig om nieuwe fans te krijgen).
- afhankelijk van vrijwilligers doen voor het plezier. (barmedewerker, trainers, coaches,
scheidsrechters).
Sport als doel = actief bezig zijn met de sport, je hebt een doelstelling en wilt winnen.
Sport als middel = ingezet om een bepaald doel te bereiken. (Johan Cruyff foundation)
,Sportmanagement
Het coördineren van werkzaamheden in een organisatie die actief is in de sport business, zodat deze
op een efficiënte en effectieve wijze plaatsvinden. Rekening houdend met de unieke eigenschappen
van de sport.
Coördinatie = het verdelen van werkzaamheden en het aansturen van personeel.
Efficiënt = het halen van de maximale productie (output) met het verbruik van zo min mogelijk
middelen (input).
Voorbeeld = ski’s leg je op een lopende band en elke werknemer maakt iets van de ski en dan gaat de
ski door in plaats van dat je elke werknemer een hele ski laat maken.
Effectiviteit = het voltooien van activiteiten zodat de doelstellingen van de organisatie worden
gerealiseerd. (einddoel)
Sportmanager
Is werkzaam in de sport business en weet doelstellingen van de organisatie te realiseren door
werknemers en werkzaamheden te coördineren.
CEO = manager met hoogste functie. En die stuurt het middenmanagement aan en controleert.
Functioneel manager = verantwoordelijk voor een specifiek doelgebied
Algemeen manager = verantwoordelijk voor alle werkzaamheden binnen een organisatie of afdeling.
(financiën, marketing en verkoop).
Vaardigheden sportmanager
De manager moet beschikken over sportmanagementcompetenties. Competentie bestaat uit:
- Kennis
- Inzicht
- Vaardigheden
- Attitude
Harde kant = strategie, structuur en cultuur dit is hoe we het gaan doen en niet anders.
Zachte kant = HRM, motivatie, leiderschap en cultuur gaat meer over je personeel.
5 management functies
P = plannen planning kunnen maken wanneer welke taken er gedaan moeten worden enz.
O = organiseren wie gaat wat doen en hoe moeten ze het doen.
L = leidinggeven werknemers aansturen.
E = evalueren kijken hoe het is verlopen.
, Controleren
3 managementvaardigheden
1. Technisch = kennis van een bepaald vakgebied zoals marketing, sponsoring en financiën.
2. Menselijk = goed met andere samen te kunnen werken.
3. Conceptueel = nodig om na te kunnen denken over ontwikkelingen en moeilijke situaties.
Netwerkanalyse
Stakeholder
Een stakeholder is iemand die een belang heeft bij het functioneren van de organisatie. Meer
specifiek zijn het al degene die op een gegeven moment invloed uitoefenen op of worden beïnvloed
door het functioneren van de organisatie.
Hoofdstuk 4
Strategie
De richting en scope van een organisatie op de lange termijn, wat concurrentievoordeel voor de
organisatie oplevert door de inzet van eigen middelen, waarbij de verwachtingen van
belanghebbenden worden vervuld en waarbij wordt ingespeeld op de veranderende omgeving.
strategisch management
- Geeft voor lange termijn richting aan de hele organisatie. leiden tot zelfde doel
uiteindelijk.
- Helpt bij het nemen van beslissingen Nemen dagelijkse beslissingen (operationele
beslissingen) zoals hoeveel folders moeten er gedrukt worden.
- Helpt bij het inspringen op gewijzigde situaties. veranderingen en ontwikkelingen
- Bevordert prestaties Je weet wat je sterktes en zwaktes zijn in je bedrijf doordat je hierop
inspeelt worden je prestaties beter.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lexivanderaa. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,92. Je zit daarna nergens aan vast.