, hoorcolleges
Dit zijn alle uit 2022 van hst 1 t/m 6 van ‘De Hoofdzaak’. Ik heb alles dat
belangrijk is voor het tentamen GEEL gemaakt. (NCOI Toegepaste Psychologie)
Psychologie de hoofdzaak week 1
Niet te gauw tevreden zijn met vanzelfsprekendheden.
1.1 Psychologisch probleem
Psychologisch probleem is gedrag dat verklaard moet worden. Als je ontevreden bent met de
gangbare verklaringen voor een bepaald gedrag, heb je dus een psychologisch probleem ontdekt.
Objectieve determinanten = Factoren zoals de aard van zaken, de arbeidsvoorwaarden of de
hoeveelheid werk kunnen stress veroorzaken. Subjectieve determinanten = Individuele
eigenschappen, zoals belastbaarheid, ervaring of het vermogen situaties te beïnvloeden, emoties en
de manier waarop je jezelf ziet.
1.1.1 Wat is gedrag?
Gedrag is niet in een definitie te gieten. Het moet gaan om wat iemand doet of laat. Waarneembaar
gedrag. Vb. wat doe ik eigenlijk? Psychologisch probleem Onderscheid maken.
1.1.2 Verklaren is voorspellen
Gedrag verklaren is wijzen op mogelijke oorzaken. De oorzaken van een bepaald gedrag noemen wij
gedragsdeterminanten. Enig e manier om erachter te komen of verklaring klopt is toetsen. In
psychologie verklaringen niet ad hoc maar vanuit bepaalde theorie. Uit die theorie worden
voorspellingen afgeleid. Vb. Het Hawthorneonderzoek. Belangstelling + uitverkoren.
1.2 Het werkterrein
Meervoudig gedetermineerd = meerdere oorzaken van hetzelfde gedrag. Als je een verantwoorde
bijdrage wilt leveren, moet je nu eenmaal inzicht hebben in de oorzaken van een probleem. Kennis is
nodig omdat je in de praktijk voor problemen wordt gesteld. Niets is zo praktisch als kennis die
deugt.
1.3.1 De hersenen in kaart gebracht
Mentale functies = denken, leren, onthouden en hun activiteit bepaalt gevoelens van lichamelijke
(vermoeidheid, pijn) en psychische aard (liefde, vrees, angst). 1. Hersenschors= zetel van hogere
functies zoals denken, leren, geheugen, besluiten nemen, waarnemen, herinneren en spreken.
2. Limbische systeem = Instinctieve gedragingen en spelen een belangrijke rol bij emoties. Regulering
inwendige, lichamelijke functies zoals bloeddruk, hartslag en spijsvertering vindt hier plaats. 3. Kleine
hersenen = Motorische activiteiten en coördinatie van ogen en lichaamsdelen.
Belangrijke taalcentra zijn het centrum van Broca en het centrum van Wernicke. Hersenlaesie kan
leiden tot afasie = verzamelnaam voor allerlei taalstoornissen als gevolg van hersenbeschadiging.