Dit is een samenvatting van de vooraf opgenomen hoorcolleges van het vak Behandelmethoden (in verband met corona) en alle verplichte literatuur uit de literatuurbundel. Samen met de samenvatting van de live hoorcollege, de oefen-tentamenvragen en de gastcolleges, vormt dit document de volledige ten...
Samenvatting behandelmethoden
Aantekeningen bij de opgenomen video’s, aangevuld met info uit de verplichte literatuur
2021-2022 Tilburg University – Femke van Leth
Inhoudsopgave
Les 1 – Kwaliteit van evidentie....................................................................................................................... 1
Randomized Controlled Trial................................................................................................................................3
Het beoordelen van de kwaliteit van evidentie....................................................................................................5
De effectiviteit van psychotherapie......................................................................................................................6
Extra informatie uit de literatuur – artikel van Leichsenring et al. (2022)...........................................................7
Les 2 – Common factors................................................................................................................................. 8
Extra informatie uit de literatuur – artikel van Wampold (2015)......................................................................13
Les 3 – Gedragstherapie............................................................................................................................... 13
De leertheorie.....................................................................................................................................................14
Het gedragstherapeutische proces....................................................................................................................17
Evidence-based behandelmethoden binnen de gedragstherapie......................................................................19
Extra informatie uit de literatuur – Inleiding tot de gedragstherapie...............................................................20
Hoofdstuk 3 – Klassieke conditionering........................................................................................................20
Hoofdstuk 4 – Operante conditionering........................................................................................................21
Hoofdstuk 6 – De empirische cyclus..............................................................................................................22
Les 4 – Systeemtherapie............................................................................................................................... 22
Visie op therapie binnen de systeemtherapie....................................................................................................26
Evidence-based behandelmethoden binnen de systeemtherapie......................................................................28
Extra informatie uit de literatuur – Handboek systeemtherapie.......................................................................29
Hoofdstuk 14 – Basisbegrippen.....................................................................................................................29
Hoofdstuk 15 – Methoden en technieken.....................................................................................................29
Les 5 – Psychodynamische therapie.............................................................................................................. 31
Visie op therapie binnen de psychodynamische therapie..................................................................................33
Evidence-based behandelmethoden binnen de psychodynamische therapie...................................................35
Extra informatie uit de literatuur – Handbook of psychodynamic approaches to psychopathology................36
Les 1 – Kwaliteit van evidentie
- Dit vak gaat over psychotherapeutische behandelmethoden -> omdat er enorm veel
methodes zijn, moeten wij als clinici een onderscheid kunnen maken: we moeten de
methodes waarvoor veel wetenschappelijke evidentie is, verkiezen boven methodes
die minder wetenschappelijk bewijs hebben -> we gaan dus kijken naar de evidentie
o We moeten niet zomaar aannemen dat een behandeling evidence-based is ->
je moet hier kritisch naar gaan kijken en zelf de evidentie goed onderzoeken!
,- Psychotherapie: een (vooral) interpersoonlijke behandeling met vier kenmerken: de
behandeling is gericht op het verbeteren van een stoornis, probleem of klacht bij een
patiënt die er hulp voor zoekt; de behandeling wordt uitgevoerd door een therapeut
die getraind is; de behandeling is voldoende aangepast aan de individuele patiënt en
aan zijn of haar stoornis, probleem of klacht + de psychotherapeutische behandeling
is gebaseerd op psychologische principes -> dit is de brede definitie: Wampold & Izel
o Bona Fide (deugdelijke) psychotherapie wordt beschreven in een handleiding;
is gebaseerd op een coherente theorie over de aard van de psychopathologie
en de aard van de verandering die nodig is (inclusief een beschrijving van de
werkingsmechanismen + actieve ingrediënten van de therapie); is gebaseerd
op modellen en principes waar onderzoeksevidentie voor bestaat; wordt al
langere tijd uitgevoerd en wordt uitgevoerd door een academisch opgeleide
behandelaar; is afgestemd op de hulpvraag, klachten en problemen van de
individuele cliënt + gebruikt face-to-face meetings (-> therapeutische relatie)
De drie stromingen die veel gebruikt worden binnen behandelingen:
de gedragstherapie, systeemtherapie en psychodynamische therapie
o Evidence-based (of: bewezen-effectieve) behandelmethoden zijn theoretisch
onderbouwd én worden ondersteund door wetenschappelijke evidentie -> dit
wordt afgeleid uit onderzoek en de kwaliteit van het design zegt ook iets over
de kwaliteit van de evidentie. Niet alle onderzoeksevidentie is dus even sterk!
Interne validiteit: hoe overtuigend kan het waargenomen effect in het
onderzoek daadwerkelijk aan de behandeling worden toegeschreven?
Externe validiteit: hoe representatief zijn de conclusies uit deze studie
voor de dagelijkse klinische praktijk? Wat is de generaliseerbaarheid?
Alle designs focussen meer/minder op deze 2 validiteit-vormen
- We gaan nu enkele verschillende onderzoeksdesigns bekijken (+ voordelen/nadelen)
o Case study design: erg gedetailleerde beschrijving van de toepassing van een
behandelmethode bij 1 of een zeer klein aantal gevallen -> een kwalitatieve
benadering met ‘thick description’ (gedetailleerde en dichte beschrijving van
de casus in al haar facetten) -> vaak kijk je naar de natuurlijke context en je
kiest een casus die naar verwachting veel informatie zal opleveren (theorie)
Voordelen: kleinschalig, pilot, goed passend bij de ontwikkelingsfase
van nieuwe behandelmethoden, nauwkeurige + rijke observaties en
beschrijvingen, onderzoek van unieke of zeldzame gevallen, vaak erg
geschikt om hypotheses over de specifieke werkingsmechanismen van
een behandeling te genereren + de focus kan niet alleen liggen op de
interventie zelf, maar ook op de beschrijving van de context (invloed?)
Nadelen: de generaliseerbaarheid is beperkt (niet heel representatief
voor de populatie), je krijgt weinig info over de grootte van het effect
+ de interne validiteit is ook laag (geen controlegroep, dus het is vaak
enorm onduidelijk waar de waargenomen effecten door zijn ontstaan)
o Case study design met herhaalde metingen: kwantitatieve case study, waarbij
je herhaalde metingen uitvoert volgens een bepaald schema dat samenhangt
met het toedienen en onthouden van de interventie (AB; ABA of ABAB) -> het
principe is dat N klein is, maar het aantal meetmomenten is hoog en toevallig
verdeeld over de condities -> de interne validiteit neemt toe, doordat we nu
, verwachten dat de veranderingen in de uitkomstvariabelen (de waargenomen
effecten) samenhangen met het al dan niet toedienen van de behandeling (!)
Voordelen: grotere interne validiteit dan bij een ‘normale’ case study
Nadelen: erg arbeidsintensief voor de deelnemers + een nog slechtere
mogelijkheid tot generalisering naar de populatie (externe validiteit…)
o One group pre-post treatment design: dit is een quasi-experiment waarbij de
verwachte uitkomst (bijv. minder depressieve gevoelens) gemeten wordt bij
een groep patiënten voor én na de uitvoering van de interventie -> de groep
van deelnemers wordt niet-toevallig geselecteerd en er is geen controlegroep
Het effect van de interventie = het verschil tussen voor- en nameting
Dit design wordt in de klinische praktijk veel gebruikt (-> het is simpel)
Voordelen: dit design kan worden toegepast als het niet ethisch is om
te randomiseren en wanneer randomisering of het gebruiken van een
controlegroep niet mogelijk is + dit design is gemakkelijk uit te voeren
Nadelen: het verschil tussen de voor- en nameting kan ontstaan door
allerlei verschillende redenen (confounds) -> slechte interne validiteit
Iets wat hier veel invloed kan hebben is regression to the mean
o Pre-test-posttest non-equivalent groups design: het vergelijken van 2 groepen
(behandelgroep en controlegroep) op de behandelingsuitkomst -> het verschil
tussen voor- en nameting wordt vergeleken, maar de verdeling is niet random
Voordelen: praktischer en makkelijker toepasbaar dan een RCT (omdat
je geen random toewijzing hebt) en je kan dit design gebruiken als je 2
interventies wil vergelijken die op verschillende locaties plaatsvinden
Nadelen: interne validiteit is zwakker omdat het zou kunnen zijn dat er
systematische verschillen zijn tussen de deelnemers in beide groepen
o Randomized Controlled Trial (veel gebruikt!): het vergelijken van 2 groepen
(behandelgroep en controlegroep) op de behandelingsuitkomst -> het verschil
tussen voor- en nameting wordt vergeleken én de verdeling is nu wel random
Voordelen: de interne validiteit is veel sterker door de
random toewijzing (geen selectie- en toewijzing-bias +
minder invloed van de proefleider en de deelnemers);
confounds worden random verdeeld (en spelen zo dus
een kleinere rol in de uitkomsten); randomisering is erg
geschikt om de causale invloed van de behandeling goed
te onderzoeken + meestal worden RCT’s beschouwd als
de sterkste vorm van evidentie (door de extra controle)
De controlegroep en de willekeurige toewijzing
zorgen er dus samen voor dat de interne validiteit toeneemt
Nadelen: randomisering is niet altijd ethisch (bijv. als de ene conditie
duidelijk beter is dan de andere conditie), de externe validiteit is vaak
lager (door de kunstmatige omstandigheden) + RCT’s zijn meestal duur
Randomized Controlled Trial
- Een RCT stelt enkele vragen met betrekking tot de behandeling die we onderzoeken:
, o Is een (nieuwe) interventie effectief in ideale omstandigheden (= efficacy)? Óf
is een interventie die effectief was onder ideale omstandigheden, daarnaast
ook daadwerkelijk effectief in de dagelijkse klinische praktijk (effectiveness)?
Efficacy trial: opgezet om de interne validiteit te bewaken -> het is de
bedoeling dat het verschil in effect tussen beide condities ook effectief
(‘causaal’) kan worden toegeschreven aan het verschil in behandeling
Voordelen: de potentiële effectiviteit van de interventie komt
goed in beeld en het verschil komt vaak door de behandeling
Nadelen: de klinische praktijk komt doorgaans niet in de buurt
van de omstandigheden in deze studies + overschatting effect
Effectiveness trial: opgezet om de externe validiteit te bewaken -> het
is de bedoeling dat alle conclusies die je trekt uit het onderzoek ook
representatief zijn voor hoe het er in de echte wereld aan toe gaat
Voordeel: deze trials geven vaak een heel realistisch beeld van
de werking van de behandeling in de echte klinische praktijk
Nadelen: het is minder duidelijk of de eventuele verschillen in
behandelresultaat echt komen door de interventie (de interne
validiteit is dus slechter) + meestal onderschatting van effecten
Efficacy en effectiveness liggen op een continuüm en de belangrijkste
verschillen tussen deze benaderingen zijn terug te vinden op slide 21
o Is interventie A beter dan interventie B (= superiority)? Is interventie A niet
minder effectief dan interventie B (= non-inferiority)? Zijn interventie A en
interventie B even effectief (= equivalence)? -> dit zijn je verwachtingen in het
onderzoek, waarbij je de toetsingscriteria altijd duidelijk moet vermelden
Het is best lastig om de toetsingscriteria te bepalen -> goed nadenken
De superioriteit-aanname wordt binnen een RCT het meeste gebruikt
Bij non-inferioriteit kijk je naar ‘how low can I go’? -> je gaat bepalen
hoe je de interventie kan versimpelen, zonder dat deze slechter wordt
o Welke interventie onderzoek je? -> je moet de behandeling goed beschrijven
(in een handleiding), zodat je studie kan worden gerepliceerd door anderen
Een handleiding is een uitgebreide beschrijving van de principes en de
technieken van de therapeutische procedure -> het bestaat vaak uit
een duidelijke beschrijving van de handelingen en interventies die de
therapeut moet doen -> standaardisering + vastleggen van de details
Inhoud: definitie van het probleem, theoretische basis van de
aandoening én van het verandermechanisme, specificatie van
de therapeutische acties (= consistent met de theorie) en een
onderbouwing van de kenmerken die leiden tot werkzaamheid
Belangrijk: de behandeling moet worden uitgevoerd zoals dit bedoeld
is -> adherence (de behandelaar voert de interventies uit die horen bij
het behandelmodel), competence (deze interventies worden ook echt
goed uitgevoerd) en differentiation (geen interventies uitvoeren die
niet tot het model behoren) -> dit vormt samen de behandelintegriteit
Dit is belangrijker bij efficacy-trials dan bij effectiviteitstrials (!)
Dit is goed voor de interne validiteit, maar het zorgt soms wel
voor een afname van externe validiteit, omdat behandelaars in
de klinische praktijk meestal niet zo streng gemonitord worden
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper femkevanleth. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.