ZSA Diagnostiek en behandeling
van thoracale pijn
- A priori kans: Over het algemeen kan worden gesteld dat de
kans dat de pijn berust op een ernstige lichamelijke aandoening
het laagst is in de huisartsenpraktijk, intermediair op een
afdeling Spoedeisende Hulp en het hoogst in een
gespecialiseerde setting.
- Epidemiologie:
- 5% ouder dan 12 jaar afgelopen 2 weken pijn op de borst.
- Slechts 10% raadpleegt de huisarts bij thoracale pijn.
- 9 per 1.000 patiënten pijn op de borst, 6 per 1.000 heeft
druk of beklemming op de borst.
- Kliniek: gepaard met angst (hartinfarct, overlijden)
- DD:
- Skelet of borstwandspieren (=meest voorkomend! huisarts):
trauma, myalgie, artralgie, neuralgie, intercostaal
syndroom, syndroom van Tietze (onbegrepen pijn ter
plaatse van het kraakbeen tussen het sternum en de
ribben).
- Soms is contusie van een rib een duidelijke oorzaak.
- Kortdurende steken in de borst wijzen waarschijnlijk op een zenuwprikkeling van de
zenuwen van de thoraxwand, de zogenoemde intercostale neuralgie.
- Hart: infarct, angina, pericarditits
- Realiseer je dat hartaandoeningen ook zonder pijn op de borst voorkomen (pijn op de
rug, kaak, misselijkheid en/of braken, kortademigheid, indigestie, hartkloppingen,
duizeligheid, syncope, gebrek aan eetlust)
- Angina = relatief gebrek aan zuurstof door atherosclerose van kransslagader. Pijn als
druk op de borst. Vooral bij meer behoefte zuurstof, zoals inspanning, kou en emotie.
Bij rust verdwijnt het. Soms uitstraling naar beide armen hals, rug, kaak of
epigastricum. 3 per 1.000 per jaar. Vrouw 10 jaar later angina dan man.
- Acuut coronair syndroom = Als de aanvallen van pijn in frequentie toenemen of
optreden bij steeds geringere inspanning, of als deze in rust optreden, spreekt men
van instabiele angina pectoris. Er bestaat dan meestal nog geen totale afsluiting
van het betrokken bloedvat. Omdat men bij eerste presentatie het verschil tussen
myocardinfarct en instabiele angina pectoris niet kan maken op grond van alleen
anamnese en lichamelijk onderzoek, spreekt men dan meestal van een acuut coronair
syndroom (ACS). Totale afsluiting en infarct dus ook mogelijk —> infarct. De pijn of
druk is identiek aan die bij angina pectoris, maar veel heviger, verdwijnt niet in rust en
kan gepaard gaan met vegetatieve verschijnselen. In de acute fase van het hartinfarct
is het risico op ventrikel brilleren circa 30 % en ventrikel brilleren leidt tot acute dood
tenzij de patiënt direct kan worden gereanimeerd. Ongeveer 40 % van de mensen
met een hartinfarct overlijdt buiten het ziekenhuis.
fi fi
, - Pericarditis: Pericarditis is een ontsteking van het pericard: het hartzakje. Vaak gaat
pericarditis gepaard met e usie: het ontstaan van vocht in het hartzakje. Pericarditis
kan chronisch zijn of acuut ontstaan. Vooral acute pericarditis veroorzaakt pijn. De
pijn wordt erger bij liggen in een bepaalde houding en soms zelfs bij slikken. Acute
pericarditis komt het vaakst voor bij een virale (luchtweg)infectie.
- Psych: angststoornissen
- Meestal paniekaanval. Tintelingen rond de mond en handen. Net als MI doodsangst.
Men spreekt over een paniekstoornis indien de aanvallen zich herhalen en gepaard
gaan met zorgen daarover of vermijdingsgedrag. Psych co-morbiditeit, de helft heeft
ook GSA, depressie komt ook vaak voor.
- Gastrointestinaal: re ux oesofagitis, spasmen
- Re ux: scherpe, branderige pijn midden op de borst, verergering bij bukken of
liggen.Terugstroom maagzuur door mindere functie maagklep. Vaker bij adipeuze
mensen. Re uxziekte verklaart 30% van de niet-cardiale pijn bij pten.
- Oesofagusspasme: reageert net als angina goed op nitroglycine, kan verward worden
met angineuze pijn. Pijn vaak secundair aan re ux. Sinds de scopie wordt diagnose
vaker gesteld.
- Vasculair: dissectie van de aorta thoracalis
- Meestal ter plaatste van een aneurysma of een verwijding. Bij beide kan de intima
loslaten. Meestal hypertensie en atherosclerose als oorzaak, Marfan geeft verhoogd
risico. Kleine dissectie kunnen pijnloos verlopen, grotere plotseling scheurende naar
de rug uitstralende pijn. Vaak bij middelbare leeftijd, meer mannen. Geheel scheuren
is vrijwel altijd fataal.
- Huid: herpes zoster
- Ontsteking huidzenuw in unilateraal dermatoom door varicella zoster. Brandende pijn,
schrijnend karakter, niet afhankelijk van ademhaling of beweging. Na enige dagen
blaasjes, dan diagnose volstrekt duidelijk.
- Pulmonaal: longembolie, pneumothorax, pneumonie
- Longembolie: bijna altijd embolie uit beenvat. Trombose kan pijnloos verlopen.
Embolie plots ontstaan met pijn gebonden aan de ademhaling, soms dyspneu en
zelden hemoptoe. Onbehandeld overlijdt 10%.
- Pneumothorax: Collaberen long door lucht tussen longvliezen. Bij steekwond kan
spanningspneumothorax ontstaan door ventielwerking, waarbij intrapleurale ruimte
zichzelf opblaast en de rest van de thoraxinhoud verdringt. Kleine PT herstelt
spontaan. Symptomen: acuut, pijn lateraal, kortademigheid en droge hoest.
- Pneumonie: eigenlijk alleen pijnlijk als er ook pleuritis is. Koorts (hoeft bij ouderen
niet) met hoesten en dyspneu. Pijn gebonden aan ademhaling.
fl
fl fl ff fl