Een samenvatting over het modern imperialisme (hoofdstuk 8 uit het boek: Feniks). In deze samenvatting worden een aantal onderwerpen behandeld zoals:
In paragraaf 1:
- De verandering in de landbouw
- Industriële revolutie
- Grondstoffen en afzetmarkten
- Internationaal aanzien en superiorite...
- Veranderingen in de landbouw:
Dankzij een aantal nieuwe technieken en werktuigen nam in de 18e
eeuw de opbrengst per boer steeds meer toe.
Verbeterde voedselvoorzieningen: mensen werden steeds ouder.
Bevolkingsomvang nam toe.
Landbouwopbrengsten stegen ook snel: steeds meer voedsel per
persoon beschikbaar.
Voedselprijzen dalen: het werd voor boeren moeilijk om hun
pacht te betalen.
Er ontstond steeds meer huisnijverheid.
Doordat steeds meer boeren huisnijverheid verrichtten daalden
ook van de huisnijverheidsproducten de prijzen.
Het ging slecht met de boeren.
- Industriële revolutie:
Kleding maken > spinners en wevers nodig.
Hiervoor worden uitvindingen gedaan: hiermee kon het
productieproces worden versneld.
Gunstig ondernemer: meer eindproducten > winst nam toe
De uitvindingen begonnen klein > werden steeds groter.
Ook werden manieren bedacht om die machines niet meer met
spierkracht aan te drijven, maar met waterkracht en
stoomkracht.
Grote machines pasten niet in een woonhuis > productie werd
verplaatst naar fabrieksruimten.
Alleen rijke mensen konden de investeringen opbrengen die
nodig waren voor de aankoop van machines en de bouw van een
fabriek.
Productie kwam in handen van de economische elite.
De grootschalige en snelle fabrieksproductie was
arbeidsextensief: er waren weinig arbeiders nodig, omdat
machines het meeste werk deden.
Producten werden goedkoper. > huisnijverheid verdween en de
boeren werden weggeconcurreerd.
Er kwamen steeds meer mensen in de stad wonen
Urbanisatie ging hand in hand met de bouw van nieuwe
fabrieken, die arbeiders nodig hadden. > Industriële samenleving
Industriële revolutie: proces van het ontstaan van de Industriële
productie
- Grondstoffen en afzetmarkten:
Fabrikanten Europa + Noord-Amerika: wilde zoveel mogelijk winst.
Gevolg industrieel kapitalisme: wilde steeds meer produceren.
1
, Hierdoor: voortdurend behoefte aan grondstoffen + afzetmarkten
Koloniën waren belangrijk voor Industriële samenlevingen omdat:
1. In koloniaal gebied konen grondstoffen worden verkregen.
2. Aan mensen die in koloniën woonden, konden bovendien
fabrieksproducten worden verkocht.
Relatie moederlanden + koloniën verandert.
Het modern imperialisme zorgde ervoor dat Afrika in hoog tempo
werd gekoloniseerd.
Om conflicten over koloniaal gebied te voorkomen, besloten
enkele landen die koloniale belangen hadden in Afrika, zoals
Engeland, Frankrijk en Duistland, in 1885 bij elkaar te komen in
Berlijn, de hoofdstad van de toen net nieuwgevormde en
geïndustrialiseerde staat Duitsland.
Ze verdeelde Afrika onderling.
De belangen van de Afrikanen speelde geen rol (niet positief voor
de Afrikanen).
- Internationaal aanzien en superioriteit:
Het 19e eeuwse kolonialisme, het modern imperialisme, verschilde
van het kolonialisme uit voorgaande eeuwen.
Westerse volken beschouwden zichzelf en hun beschaving als
superieur aan de Afrikaanse en Aziatische beschavingen.
Oorzaken hiervan: nationalisme: een verschijnsel dat zich in de
19e eeuw overal in Europa ontwikkelde.
Hoe meer koloniaal gebied een land had, hoe meer macht en
aanzien dat opleverde.
Het land bleek immers in staat gebieden te veroveren en te
behouden.
Superioriteitsgevoel koloniale machten: bracht vanuit hun
gezichtspunt ook verantwoordelijkheid met zich mee.
Zij vonden dat zij gekoloniseerde volken moesten helpen zich te
ontwikkelen, zodat deze volken de westerse beschaving zouden
leren kennen en overnemen.
De koloniale machten zagen zichzelf dus als opvoeders van in
hun ogen inferieure volken.
- Nederlands imperialisme:
In de eilandengroep die sinds 1816 Nederlands-Indië heette,
kwamen steeds meer gebieden onder Nederlands bewind.
Om die gebieden effectief te kunnen besturen, werden inheemse
bestuurders in hun functie gelaten.
In ruil daarvoor moesten ze samenwerken met de Nederlanders.
Nederlandse overheid bepaalde welke producten nodig waren.
Boeren in Nederlands-Indië moesten die kweken en tegen een
lage prijs aan de Nederlanders verkopen.
De inheemse leiders zorgden in ruil voor een deel van de
opbrengst dat iedere boer zich aan de verplichting hield.
: uitplundering inheemse volkeren
2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Lieke0000. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.