Het Nabije Oosten
1.1 Ontstaan van beschavingen in Egypte en Mesopotamië
Regenlandbouw: hoog rendement, instabiel/kwetsbaar, Mesopotamië, onregelmatige
overstromingen in Mesopotamië, in Mesopotamië wel gebruik van zaaiploeg,
Irrigatielandbouw: stabiel, laag rendement, Egypte, Nijl overstroomde vóór zaaitijd,
productiever dan regenlandbouw,
neolithische revolutie → mensen op dezelfde plek wonen → samenlevingen groeien →
specialisatie
centrum Mesopotamische stad: tempel → tempelorganisatie hield zich bezig met landbouw,
veeteelt, ambacht. Spijkerschrift ontstond omdat er belasting moest worden bijgehouden
Egypte: hiërogliefenschrift (steen van Rosetta) 3x dezelfde tekst in drie talen (Grieks kende
we in Europa dus zo is het ontcijferd)
Egypte/Mesopotamië overeenkomsten: er valt nauwelijks regenwater, gebrek aan
grondstoffen.
Verschillen
Egypte: betere landbouw door regelmatige overstroming, water Nijl van betere kwaliteit,
gerst en tarwe verbouwen, geïsoleerd, natuurlijke irrigatie, stabiliteit
Mesopotamië: veel zout in water van de Tigris en Eufraat (verzilting), alleen gerst
verbouwen, makkelijk toegangbaar dus telkens in contact met indringers dus veel
afwisseling en instabiliteit, kunstmatige irrigatie
1.2 Het derde millennium → de vroege bronstijd
Egyptische geschiedenis bestaat uit dynastieën en tussenrijken:
Vroeg-dynastieke periode (3000-2600 vChr) → hiërogliefenschrift, één leider van het land
Oude rijk (2600-2150 vChr.) → piramiden,
Tussenrijk
het Middenrijk (2000-1800 vChr)
Tussenrijk
het Nieuwe Rijk (1550-1100 vChr)
Late Rijk (750-332 vChr)
Het Oude Rijk: kwam ten val omdat de vorsten te machtig werden + te veel overstromingen
van de Nijl → hongersnoden
,Mesopotamische beschaving:
2 volken: Sumeriërs en Akkadiërs
Sumeriërs:
- maakte begin wetenschap
- spijkerschrift
- leefde in steden
- Sumerische taal blijft taal van priesters +geleerden
Akkadiërs: (naar de stad Akkad)
- spraken Semitische taal
- gebruiken spijkerschrift
- Akkadische rijk o.l.v. Sargon van Akkad
einde van derde millennium: Sumerisch hield op om een gesproken taal te zijn en werd
alleen nog door priesters en geleerden gesproken
Akkadisch ontwikkelde zich tot de spreektaal en schrijftaal in Mesopotamië
1.3 het tweede millennium
Het Middenrijk was toen gaande in Egypte en dat was een grote bloeiperiode van de cultuur
Aan het einde van het Middenrijk brokkelde het gezag af en ging eenheid verloren →
Tweede Tussenperiode → buitenlandse heersers in Egypte (Hyksos)
Twee staten ontwikkelde zich rond deze tijd in Mesopotamië met behulp van het volk
Amorieten. Deze twee staten hielden elkaar in evenwicht
Babylonië:
- groeide uit tot een politieke grootmacht
- basis gelegd door Amoritische koning Hammurabi
- na val Babylonische Rijk nemen de Kassieten de macht over, maar pasten zich aan
aan Babylonische cultuur
Assyrië:
- stad Assur maakte grote bloeiperiode door
- voorname rol in handelsverkeer
Late Bronstijd:
Concert der Mogendheden (1600-1200 vChr): vreedzame tijd in het Nabije Oosten, politieke
samenwerking, heel soms oorlog maar, de grote mogendheden hielden elkaar in evenwicht
nieuwe uitvinding: de strijdwagen
Het Nieuwe Rijk:
- dynastie van Thebaanse gouwvorsten die eenheid herstelde in Egypte
- koningen worden farao genoemd → stichten een imperium → veroveringstochten
door heel het Nabije Oosten
- Achnaton was farao rond die tijd → wilde dat er maar één god vereerd werd (Aton)
- Opvolger: Toetanchamon → daarna 3 generaals
, - Daarna herstelde Egypte zich onder Ramses II de grootste bouwer-farao
Kreta en Mycena kwamen tot stand
Minoïsche beschaving (Kreta!)
- Kreta → belangrijkste stad Knossos
- Paleiseconomie
- Geen ommuurde steden
- schrift Lineair A
- onbekende taal
Myceense beschaving:
- Griekse vasteland
- paleiseconomie
- versterkte burchten
- schrift Lineair B
- taal: Oud Grieks
paleiseconomie: econocmie draait om paleis, paleis trekt alle middelen en geld naar zicht
toe en verdeelt dat weer
Lineair B is het Oud Grieks, Lineair A is nooit vertaald en geen Grieks
1.4 Het eerste millennium → De Vroege ijzertijd
IJzertijd: wapens en gebruiksvoorwerpen van ijzer
Na 1200 vChr komt er een einde aan het Concert der Mogendheden -> grote omwenteling:
- Ene na andere rijk stort in elkaar of wordt binnengevallen door buitenlandse rijken
- plundering door zeevolken
- neergang schriftelijke cultuur (daarom wordt het ‘de dark ages’ genoemd)
- ook ineenstorting Myceense beschaving door Dorische Invasie en Ionische
volksverhuizing (Griekse bevolking trekt naar kust van Turkije)
- Egypte verloor zijn veroverde gebieden en werd overheerst door buitenlandse
mogendheden
- Feniciërs herstelde zich na de slagen van de zeevolken → werden zelfstandige staten →
groeide uit tot belangrijke handelssteden van het Nabije Oosten → technologische
ontwikkelingen
- De Feniciërs legde handelsnetwerken, koloniseerde en stichtte steden langs de
Middellandse Zee → zij waren het eerste volk die Europa in contact deed komen met de
oudoosterse cultuur door handel
- Belangrijkste overdracht Feniciërs: het alfabet naar de Grieken
- Feniciërs stichtten Carthago
In Israël en Juda ontstaat het Jodendom en ze laten schrift achter:
- vereerde god Jahweh, Eerste Testament
, - David verovert Jeruzalem voor de Israëlieten → werd de hoofdstad
- Eerste Joodse tempel onder koning Salomo (zoon David) → later verwoest door
Babyloniërs
- Na Salomo’s dood viel rijk uiteen en werd gesplitst: Israël + Juda
vanaf 750 vChr: Nieuw-Assyrische Rijk, Nieuw-Babylonische rijk en het Perzische Rijk
Assyrië:
- had zich staande weten te houden
- militaire vernieuwingen → sterk leger → grote rooftochten
- deportatiepolitiek: groot deel van de veroverde bevolking werd gedeporteerd
- had uiteindelijk Egypte en Babylonië ingelijfd → maar Egypte wist weer zelfstandig te
worden → dit leidde tot ondergang Assyrië
Babylonië:
- verloor zelfstandigheid
- Assyriërs wierpen zich op als beschermers, want respect voor Babylonië doordat ze
samen handelden en dezelfde taal etc.
- Maar uiteindelijk toch ingelijfd door Assyrië → koning behoudt Babylonische rituelen
- Babylonische gouverneur komt in opstand tegen Assyrië, samen met Meden brengen
ze Assyrië ten val
→ Het Medische rijk ontstaat
Het Nieuw Babylonische Rijk (ook wel Chaldese Rijk genoemd):
- Babylon werd metropool die indruk maakte
- hoofdstad Babylon was cultureel, wetenschappelijk en ook religieus ontzettend
belangrijk → ook prestigieuze priesters
- Babylonië verovert Syrië en Palestina en Juda
- Babyloniërs haalden Joden weg uit Juda en Israël en verplaatsten ze naar Babylon
met de verwachting dat ze wel zouden assimileren het Jodendom loslaten, maar dat
gebeurt niet → Volk keert in zichzelf en geloof wordt alleen maar sterker
Het Perzische Rijk:
- komt voor uit Medische Rijk
- Cyrus (vazalvorst) kwam in opstand → veroverde Medische hoofdstad Ecbatana →
nam heerschappij over in Medië → Het Perzische RIjk
- Cyrus maakte Perzische Rijk tot een wereldrijk → verovering Klein-Azië en Lydië ->
daarna: Babylonië innemen
- Cyruscilinder: soort van propaganda voor zichzelf in spijkerschrift, gaat over waarde
en rechten van zijn onderdanen en dat hij hen wilt beschermen
- Cyrus zorgde er ook voor dat de Joden weer terug mochten keren naar Jeruzalem en
toestemming voor herbouwen van de tempel in Jeruzalem
- Cambyses → Darius I, kwam aan de macht door staatsgreep. Grote organisator van
het rijk → Xerxes, veel opstanden tegen hem
- Darius I en Xerxes hebben beide geprobeerd Griekenland te onderwerpen → mislukt
- hoofdstad Perzische Rijk: Persepolis
- Twee eeuwen hebben ze het Nabije Oosten overheerst tot de komst van Alexander
de Grote