Overview stratigraphy lectures
Overview Lecture 1 - early stratigraphy
Introductie
Stratigrafie; betekenis → het beschrijven van lagen in de aarde, doel → reconstructie maken van de sedimentaire lagen
door de tijd heen
Paleografische reconstructie; deze maak je om te begrijpen wat er vroeger is gebeurd en voorspellen wat er gaat
gebeuren. Hier heb je veel informatie bij nodig: the holy trinity
eerste holy trinity (voor 1960) → lithostratigrafie, biostratigrafie, chronostratigrafie
nieuwe holy trinity (na 1960) → extra; magnetostratigrafie, sequence stratigrafie en cyclostratigrafie
extra (20e eeuw) → event stratigrafie, chemostratigrafie en gecombineerd; high resolution integrated stratigrafie
Chronostratigrafie; dit is een relatieve datering-vorm → gesteentelagen ten opzichte van elkaar dateren
Paleografische reconstructie op basis van lithologie;
(1) Steno; de wetten van steno (1669) → superpositie (jonger ligt bovenop), oorspronkelijk horizontaal, laterale
continuïteit
(2) Johann Lehmann (1756) → drie-deling maken van verschillende stenen soorten → primary = crystalline gesteente,
secondary = gesteente met fossielen, en de derde bevat alluvial, unconsolidated sediment.
(3) Giovanni Arduino (1759) → een vier-deling maken (los gesteente 'alluvium' toegevoegd)→ primary en secondary
hetzelfde als Lehmann, tertiary = los gesteente met fossielen, vierde categorie is 'alluvium'.
(4) Abraham Werner (1787) → compromis vormen tussen de bijbel en de wetenschap = neptunist theory; stenen zijn
gevormd door 2 processen; de zondvloed (Noachian flood) en daardoor afzetting van gneiss en schist; en een tweede
process waarin de zee zich terugtrok en sedimentair gesteente vormde
(5) James Hutton (1785) → aarde is dynamisch + hoekdiscordantie (siccar point - schotland) + gesteentecyclus + (strikt)
uniformitarianisme = past is key to the present (alle fysische, chemische en biologische processen zijn hetzelfde als
vroeger) → de vraag is in welke mate/met welke intensiteit (James Hutton dacht niet in dezelfde mate = niet strikt
uniformitarianism)
(6) William Smith (1815) → William strata smith; maakte de eerste geologische kaart van Schotland. Hij gebruikte de
combinatie van litho- en biostratigrafie.
(7) Charles Lyell (1839) → strik uniformitarianisme (met dezelfde intensiteit) + eerste geologische tijdschaal gemaakt
Controverses
neptunist vs. vulkanologie → mariene afzettingen door chemische precipitate of vulkanisme?
neptunist vs. plutonist → komen stenen uit diepe (hete) aarde of chemische precipitate?
Paleografische reconstructie op basis van biostratigrafie;
(1) Nicolaus steno → tongstenen zijn eigenlijk haaientanden
(2) William Smith → biostratigrafie geeft een duidelijkere indicatie van tijd - moderne biostratigrafie bestudeerde
(3) George Cuvier (1812)→ catastrofist; dieren veranderen/ sterven uit na een catastrofe (zondevloed)
(4) Jean-Baptiste Lamarck → uniformitarianist; soorten moeten zich aanpassen aan / uitsterven hun omgeving.
Voorbeeld van de giraffe (tijdens het leven aanpassen en dat doorgeven aan nageslacht) → volgens Darwin klopt dat
niet.
(5) Alcide d'Orbigny (1842); onderscheiden van lagen mbv fossielen
(6) Carl Albert Oppel; bepalen van FO en LO van bio-events → daarmee creëren van bio-zones (dus meerdere bio-
events bepalen een (Oppel)bio-zone en is te linken aan een laag)
Overview stratigraphy lectures 1
, Hoe ontstaan fossielen? (1) spontaan ontstaan, (2) neoplatonism; fossielen lijken op dieren, maar ze zijn het niet, (3)
fossielen zijn overblijfselen van organismen.
Controverses
Uniformitarianisme vs. catastrofisme → wat is de ontwikkeling van organismen? Gebeurd dit geleidelijk of tijdens een
catastrofe?
ZELF EXAMEN VRAGEN
wat zijn de doelen van stratigrafie?
→ het winnen van olie en gas en het reconstrueren van de paleografie en reconstrueren van de
klimaatgeschiedenis van de aarde
hoe kunnen we stratigrafie bestuderen?
→ vanwege opheffing zijn bepaalde delen naar boven gekomen en ontsloten (duidelijk zichtbaar en goed te
bestuderen)
wat is het PETM? en hoe is het ontstaan? en hoe herken je het?
→ PETM = Paleocene-Eocene Thermal Maximum. Het is te herkennen aan donker rode lagen in het sediment.
Het is een relatief korte extreme verhoging van de temperatuur. Gemiddeld 5 graden warmer.
Waarom is de PETM een rode laag - wat stelt het voor?
→ De PETM laag is rood omdat een verzameling is van diep-mariene afzettingen van kalk door de fluctuaties
van de CCD = carbonate compensation depth. Alles onder deze hoogte lost op → dit is dus iets anders dan rode
continentale afzettingen, die iets met ijzer te maken hebben. Rode lagen in een continentale afzetting hebben te
maken met de 'paleosol'. Rode paleosols worden gevormd op riviervlakten waar weinig sediment is afgezet.
Waarom is de PETM grens op sommige plekken duidelijker te zien dan andere?
Wat is de MSC? Waar is het afgezet
→ De Messinian Salinity Crisis in het middellandse zeegebied. Deze 'crisis' was in het laatste Mioceen
(Messinian). Toen werden er veel evaporeren afgezet. Het is op veel plekken afgezet rondom het middellandse
zee gebied - waaronder de noordelijke Appenijnen.(Apennines)
Wat is de neptunist theorie?
→ volgens deze theorie zijn alle gesteenten resultaat van 2 processen. 1= processen uit de primitieve oceaan
die ontstond ten gevolge van de zondvloed en leidde tot afzettingen van primaire gesteenten. 2= sedimenten die
werden gevormd door het terugtrekken van de oceaan.
Overview Lecture 2 - lithostratigrafie
Tijd en Lithostratigrafie
Lithostratigrafie; is letterlijk het beschrijven en ordenen van gesteente-lagen op basis van hun lithologie (dus de
sedimentologische opeenvolging) → op basis van de wetten van Steno en de cross-cutting theorie
Walther's law; een verticale opeenvolging is de representatie van een laterale opeenvolging
Disconformity; erosie contact waarbij laagstanden boven en onder de grens hetzelfde zijn
Angular disconformity; waarbij de laagstanden verschillen
Non-conformity; waarbij het gesteente aan de onderkant van de grens niet-gelaagd is
Wanneer kan een laag schuin komen te liggen? → tegen een rif aan, plooiing tijdens afzetting of door een zoutdiaper
die de lager omhoog duwt → bij alle gevallen worden de lagen dunner naar het relief toe
Geopetal structuur; sediment in een organisme dat de gelaagdheid weergeeft
Stromatactis; openingen in gesteente gevuld met sediment → hier kunnen riffen op groeien
Stromatolieten; algenmatten
Overview stratigraphy lectures 2
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper IsabelvanVliet. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.