Inleiding belastingrecht voor A&C
Hoorcollege 1: Formeel belastingrecht 05-09-2022
Wat is formeel belastingrecht?
Formeel belastingrecht maakt het onderscheid tussen formeel en materieel belastingrecht.
Formeel belastingrecht omvat de regels voor de formalisering en de betaling van een belastingschuld.
Het materiële belastingrecht omvat de inhoudelijke regels die het bestaan en de omvang van de
belastingschuld bepalen.
Formeel belasting recht gaat dus niet over hoeveel er betaald moet worden, of er vrijstellingen
zijn, hoe hoog de belastingschuld is e.d. puur hoe en wanneer moet het betaalt/geïncasseerd
worden.
Waarom formeel belastingrecht?
Materiële belastingschuld vloeit voort uit de wet, maar kan (nog) niet worden afgedwongen. Dus
zonder formeel belastingrecht kan er niks worden afgedwongen en heeft de burger geen
rechtszekerheid, daarnaast;
- De verhouding tussen overheid en burger is geformaliseerd
- Rechten en verplichten over en weer zijn in evenwicht.
- Het handelen van de overheid kan rechterlijk getoetst worden.
Wat is formalisering?
Formalisering is de vaststelling van een belastingschuld. Omdat hij wordt vastgesteld, min of meer
officieel, door een met gezag bekleed overheidsorgaan, treden er rechtsgevolgen. Er hangen juridische
gevolgen aan de vaststelling.
Op grond van de materiële heffingswetten (Wet IB/VPB/OB/LB/etc.) kun je, gegeven de feiten en
omstandigheden, het bestaan en de omvang van de belastingschuld berekenen. Door formeel
belastingrecht is deze materiële schuld afdwingbaar, zonder deze bestaat de schuld alleen.
Door middel van formalisering wordt die materiële schuld vastgesteld (= begrip ‘heffing’)
Daardoor wordt de schuld rechtens afdwingbaar en kan deze dus worden geïncasseerd (= begrip
‘invordering’) Dus: zonder formalisering geen invordering
Vaststelling heeft rechtsgevolgen tot gevolg. Zonder formalisering is er geen invordering/incasso en
een ander gevolg is na een aanslag er iets tegen kunnen doen, je kan het aanvechten.
Heffing versus Invordering.
HEFFING INVORDERING
Bestuursorgaan? Inspecteur Ontvanger
Bezigheid? Vaststellen van de Binnenhalen van de
materiële belastingschuld formele belastingschuld
(Formaliseren) (Innen)
Hoofdwet? AWR Invorderingswet
Burger? Belastingplichtige/ Belastingschuldige
Inhoudingsplichtige
Focus? Fiscale techniek Incassobureau, dus
(Belastingwetten) civiel recht
Rechtsstrijd? Bestaan en omvang van Rechtmatigheid
de belastingschuld incassomaatregelen
,De ontvanger kijkt dus niet meer naar de inhoud; de materiële belastingschuld is niet meer interessant.
Het gevecht over de inhoud, het bestaan en de omvang van de materiële belastingschuld, vindt plaats
in de sfeer van de heffing. Na 6 weken kan je niet meer in bezwaar of beroep, dus daar heeft de
ontvanger niks mee te maken, die wil alleen het geld incasseren. In de sfeer van de invordering is de
heffing een gegeven!
- Verbinding: Art. 5. Lid 1 AWR, slotzin.
Is Formeel Belastingrecht echt zo belangrijk?
Formeel belastingrecht hangt boven alle heffingswetten, zie fiscale procedures;
- Gaan of over de uitleg van het recht, of over de feiten (en dus over bewijsrecht)
- Bevatten bijna altijd 1 of meer formele vraagpunten (bijv. onafhankelijkheid)
- Worden gewonnen of verloren op zuiver formele punten:
o Geldt voor beide pp
o Ontvankelijkheid: einde procedure zonder inhoudelijk oordeel
Vb (HR) 1 dag te laat bezwaar = weg verliesverrekening van € 200k
o Verjaring: nog zo’n mooie aanslag, maar te laat opgelegd = vernietigd
- Gelijk hebben betekent niet altijd gelijk krijgen: (~ t.a.v. de materiële belastingschuld)
o Formele vereisten tav bijvoorbeeld de navordering: materiële belastingschuld klopt,
maar weg aanslag.
Het aanslagtermijn is niet oneindig verlengbaar, in sommige gevallen kan dit wel, bij het te
laat maken van bezwaar, heb je pech, als het termijn om is moet je betalen, ook al heb je
materieel gezien gelijk, discussie/geschilpunten vallen dan weg.
Formeel belastingrecht onderwerpen:
1. Algemene bepalingen AWR
2. Aangifte
3. Informatieverplichtingen
4. Aanslag en aanslagbelastingen
5. Navordering
6. Aangiftebelastingen en naheffing
7. Bezwaar
8. Beroep
9. Fiscale bestuurlijke boetes
1. Algemene bepalingen AWR
Wetten: AWR en AWB
- De AWB bevat de algemene regels voor het hele bestuursrecht = lex generalis
- De AWR is de (uitgebreide) lex specialis voor alleen het belastingrecht
- De bijzondere regeling van de AWR gaat voor
- Eerst AWB raadplegen, dan altijd ook de AWR
o Heel aantal onderwerpen zegt de AWB niks over, wel bezwaar, beroep en boetes e.d.
Beginselen
Er zijn algemene beginselen van behoorlijk bestuur, die uit de AWB ook van belang zijn voor fiscaal
recht. De eerste is het motiveringsbeginsel; Op grond hiervan is een belastinginspecteur bijvoorbeeld
verplicht om in zijn uitspraak op een bezwaarschrift van een belastingplichtige de gronden voor zijn
besluit te vermelden. Ander voorbeeld is het zorgvuldigheidsbeginsel en de belangenafweging. De
belastinginspecteur moet zich zorgvuldig voorbereiden door zich op de hoogte te stellen van de
relevante feiten en de af te wegen belangen van een zaak.
,Vertrouwensbeginsel, Een belastingplichtige moet erop kunnen vertrouwen dat de belastingdienst
zijn toezeggingen nakomt. Ze kunnen echter geen rechten ontlenen aan algemene publicaties of wat
medewerkers zeggen.
Gelijkheidsbeginsel. Op grond van dit beginsel mag de belastingdienst bij het toepassen van de
belastingwetten geen onderscheid maken. Gelijke gevallen moeten p eenzelfde manier worden
behandeld. Dat wil niet zeggen dat als er een fout is gemaakt andere kunnen eisen dat die fout ook bij
hun gemaakt moet worden.
Inhoud AWR – klein deel wordt besproken in hc
1. Algemene bepalingen
2. Aangifte
3. Aanslagbelastingen/navordering
4. Aangiftebelastingen/naheffing
5. Bezwaar en beroep
6. Belastingrente
7. Informatie-/administratieverplichtingen
8. Fiscale bestuurlijke boetes
9. Fiscaal strafrecht
1. AWR - Algemene bepalingen
Bepalingen komen overal terug. Er zijn aanvullingen op, maar in de basis zijn dit de
bepalingen voor de wetten (LB/VPB/OB/IB/etc.)
H1 AWR Algemene bepalingen
- Art. 1: Werkingssfeer
- Art. 2: Definities
o Lid 3 sub d: Heffingsgebied
Nederland en BES-eilanden, territoriale wateren en de economische zone
o Lid 3 sub e: Belastingaanslagen
Voorlopige, primitieve/definitieve, navordering, naheffing, conserverende.
o Lid 3 sub j: Burgerservicenummer
BSN; registratienummer voor natuurlijk persoon.
- Art. 3: Bevoegdheden
- Art. 4: fiscale woonplaats
o Jurisprudentie; het een duurzame band van persoonlijke aard.
o Waar staan je ingeschreven, werk je, woon je, kinderen naar school, lid vereniging.
- Art. 5: inspecteur stelt belastingaanslag vast
o Belastingaanslag: art. 2-3-e AWR =alle denkbare aanslagen
o Inspecteur: art. 2-3-b AWR
- Art. 5a: fiscale partner (algemeen)
o Lid 4; einde partnerschap
- Art. 5b-5d: ANBI-regels
Soorten belastingen
Elke belastingsoort is een van de twee soorten belasting; aangifte of aanslagbelasting. Beide zijn heel
verschillend en er hangen ook verschillende regels aan beide vast, die moet je niet door elkaar halen.
Als je dat een keer weet, bijv. omzetbelasting is aangiftebelasting, dan kan je regels voor
aanslagbelasting overslaan. Welke soort wet het is, staat in de desbetreffende wet.
,Hoe formaliseer je beide soorten belastingen?
- Aanslagbelasting (art. 11 AWR H III) IB & VPB
o Primair: Het opleggen van een aanslag. Hele hoofdstuk 3 geldt alleen voor
aanslagbelastingen.
o Kan te hoog of te laag zijn Evt. correctie aanslag via:
Bezwaar/beroep (formele belastingschuld te hoog tov materiele belasting)
Navordering (formele belastingschuld te laag) (art.16 AWR)
- Aangiftebelasting (art. 19 AWR H IV) OB & LB
o Voldoening of afdracht op aangifte = Betalen door belastingplichtige.
o Evt. correctie voldoening of afdracht via:
Bezwaar/beroep (formele belastingschuld te hoog)
Naheffing (formele belastingschuld te laag) (art. 20 AWR)
2. De aangifte
- HII AWR, speelt rol in beide soorten heffingssystemen:
o H III AWR: heffing bij wege van aanslag = aanslagbelastingen
o H IV AWR: heffing bij wege van voldoening of afdracht op aangifte =
aangiftebelastingen.
Welk heffingssysteem van toepassing is, staat in de materiële heffingswet
zie bijv. art. 24 Wet Vpb: bij wege van aanslag geheven.
o Info van belastingplichtige zelf = basis.
Het belang aangifte is bij aanslagbelastingen veel groter (later meer). Lastig, veel fiscalisten
halen dat door elkaar omdat het tegen intuïtief is.
Verplichting ontstaat door uitnodiging (art. 8 lid 1 AWR)
- Geen uitnodiging = geen (juridische) verplichting = geen ‘vereiste’ aangifte = geen sancties*
- Geldt zowel voor de aangifte bij aanslagbelastingen als bij aangiftebelastingen.
o (zie art. 6 lid 1 juncto art. 8 lid 1 AWR).
o *geen sancties, maar met ingang van 2020 toch sancties mogelijk bij ‘spontane
aangifte’ art. 9 lid 4 AWR (nieuw).
- Vooralsnog alleen bij aanslagbelastingen (‘de aanslag’)
- Art. 6 lid 2: Als je een verzoek indient wordt je in elk geval uitgenodigd om aangifte te doen.
- Art. 6 lid 3: Iemand kan verplicht worden om te vragen om een uitnodiging, kan boete worden
opgelegd bij dit niet doen. Maar als de uitnodiging niet verstuurd wordt, dan is er geen
juridische verplichting.
Vorm uitnodiging
- “Aangiftebrief”: zie art. 4a UR AWR
- M.i.v. 1-1-2016: een bericht in de berichten box is voldoende (art. 3a AWR)
- “Berichten box” op Mijnoverheid.nl
- MijnBelastingdienst.nl
Uitnodiging ontvangen, en dan?
- Eenmaal uitgenodigd, moet je altijd aangifte doen (ook als er geen materiële belastingschuld
bestaat)
o Ook als je zeker weet dat je € 0 belasting verschuldigd bent
o Ook als je helemaal niet belastingplichtig bent (vgl. particulier die uitnodiging krijgt
om aangifte OB te doen).
, o Zie wettekst art. 8 lid 1 AWR en zie art. 6 lid 1 AWR (naar de mening van de
inspecteur vermoedelijk belastingplichtige).
- Toch geen aangifte doen? Dan volgen er sancties:
o Omkering van de bewijslast: art. 25 lid 3 AWR en art. 27e AWR (‘vereiste’ aangifte).
Hulptroepen voor inspecteur, bevoegdheid om te schatten, als er wel een
uitnodiging is verstuurd, maar er geen aangifte is gedaan.
Poffertjeskraam op festivals.
Dan mag je zelf gaan bewijzen dat het anders zit, dan de schatting,
erg vervelend.
o Boetes: Art. 67a, art. 67b, art. 67d, art. 67e AWR
Fiscale bestuurlijke boetes, opgelegd door inspecteur.
o Strafrechtelijke vervolging: art. 69 lid 1 AWR
Opzettelijk, dan vervolgd door OM
Onjuiste of onvolledige aangifte
- ‘Duidelijk, stellig en zonder voorbehoud’
o Duidelijk: Leesbare aangifte, tegenwoordig digitaal, dus meestal zo.
o Stellig: Zonder twijfel, zeker van de bedragen, altijd werkelijke bedragen.
o Zonder voorbehoud: Volledig en naar waarheid.
Is allemaal ongeveer hetzelfde: geen geschatte bedragen, geen PM posten
Bij onvoldoende beschikbare informatie: uitstel vragen en niet gaan gokken
- Nergens staat: naar waarheid.
o Wetgever weet ook wel, dat het invullen moeilijk is en dat wetten soms niet helemaal
duidelijk zijn, dus hebben ze gezegd dat als je het echt te bont maakt, dat ze dan
ingrijpen met sancties, maar er staat nergens wat die grenzen precies zijn.
o Maar zie sancties bij onjuist/onvolledig: dus het is wel handig om zoveel mogelijk
je best te doen om een juist en volledige aangifte in te dienen.
- Sancties:
o Art. 25 lid 3 en 27e AWR: omkering van de bewijslast
o Art. 67d en art. 67e AWR: boete
o Art. 69 lid 2 AWR: strafrechtelijke vervolging
Termijn
In art. 9 lid 1 AWR zijn de aangiftetermijnen opgenomen van de aanslagbelastingen. De
belastingplichtige vult hierbij meestal eerst een aangifte in en vervolgens moet de inspecteur de
aangifte controleren en vaststellen. Tussen ontvangst van het aangiftebiljet en de uiterste inleverdatum
moet minimaal een maand zitten. Ontvangt de inspecteur de aangifte niet op tijd dan (zie hieronder)
Te late aangifte
Bij aanslagbelastingen:
• Eerst aanmaning noodzakelijk, boven op de eerste uitnodiging art. 9 lid 3 AWR
• In de aanmaning staat een nieuw termijn, als die overschreden wordt volgen er sancties;
• Verzuimboete, art. 67a AWR, max. € 5.514
• IB (§ 21-2 BBBB) 7 % x max = € 385
• Vpb (§ 21-3 BBBB) 50 % x max = € 2.757
• BBBB = Besluit bestuurlijke boeten belastingdienst. (In wb na AWR)
• Omkering wegens niet de vereiste aangifte
• Strafverhoging: art. 69-1 AWR, mits opzettelijk
LET OP: Sancties als het uiteindelijk wel ingediend wordt, maar te laat (versus in het geheel niet).
• Bij in het geheel niet: ook vergrijpboete art. 67d AWR (en art. 67e AWR, al kan die
theoretisch ook bij opzettelijk of grof schuldig te late aangifte).
, Bij aangiftebelastingen:
• Geen aanmaning nodig (vgl. art. 10 AWR art. 9 AWR)
• Na het aanmaningstermijn volgen er gelijk (minder zware) sancties:
• Verzuimboete art. 67b AWR, max. € 136
• Doorgaans § 22 BBBB 50% x max = € 68
• Omkering wegens niet de vereiste aangifte
• Strafvervolging: art. 69-1 AWR = mits opzettelijk.
Inleiding belastingrecht
Hoorcollege 2: Formeel belastingrecht 07-09-2022
3. Informatieverplichtingen
Afd. 2 van H VIII AWR
- Informatie- en administratieverplichtingen.
- ‘Bijkomende verplichtingen’, naast de aangifteplicht.
Informatieverplichtingen van de belastingplichtige zelf
Artikel 47 AWR, en verder:
- Ieder
o De verplichting geldt ook echt voor iedereen.
- Op verzoek van de inspecteur: desgevraagd
o Stel: Aangifte Komt later achter foute bedoeling; moet je dat melden aan de
belastingdienst? Nee, althans niet op grond van Art. 47 AWR, want desgevraagd.
Alleen als de inspecteur jou er om vraagt.
o De algemene informatieverplichting van de art. 47 AWR geldt niet spontaan.
o Er bestaat wel een afzonderlijke spontane informatieverplichting, die komt hierna
aanbod = art. 10a AWR
- Van belang kunnen zijn
o Lees hele bepaling, met name slot van 47 lid 1 sub b AWR = dus erg ruim!
o Gegevens & inlichtingen die van belang kunnen zijn voor de belastingheffing
o Gegevensdragers waarvan raadpleging van belang kan zijn voor de vaststelling van de
feiten die invloed kunnen uitoefenen.
o Inspecteur mag alles vragen wat van belang zou kunnen zijn voor je belasting.
- Voor de belastingheffing te zijnen aanzien
o Geldt (in beginsel) alleen voor eigen belastingheffing.
o Art. 47 AWR gaat allen over jou zelf!
o Uitzondering over derden in art. 53 AWR , volgt nog.
- Inlichtingenplicht = 47 lid 1 sub a AWR
- Inzageplicht = 47 lid 1 sub b AWR
o Er zijn grenzen!
Spontane informatieverplichting
- Art. 10a AWR