Beknopte samenvatting van het vak inleiding in de forensische psychologie. Het gaat om de hoorcolleges en toevoegingen van de artikelen.
Vak gehaald met een 8
Samenvatting Inleiding in de Forensische Psychologie
Hoorcollege 1: Geschiedenis van de forensische psychologie
Oorsprong en geschiedenis
De oorsprong ligt bij Hippocrates. Hij was medisch deskundige die optrad in rechtszaak met verdachte geestesziekte. De
rechter vroeg hem om medisch advies.
Middeleeuwen (500-1500)
- Onder curatele van familie: Persoon zelf werd niet verantwoordelijk geacht voor daden, maar familie wel. Zij
moesten dan ook boete betalen of kregen straf als persoon zich misdroeg. Deze persoon werd gezien als een
onnozele. Er was dus al sprake van (deelse) ontoerekeningsvatbaarheid
- Machtiging voor opsluiting: Familie had bevoegdheid om persoon op te laten sluiten zodat hij zichzelf/anderen
geen kwaad kon doen.
Voor de verlichting
- 15e eeuw dolhuizen: soort instelling waar mensen die doorgedraaid waren konden verblijven. Dit kan gezien
worden als eerste voorbode van forensische zorg/psychiatrie.
- Bezeten: heksenvervolging Men dacht dat mensen bezeten waren van de duivel. Gingen op bedevaartstocht
waarbij ze in cel werden gestopt totdat ze genezen waren.
- Johannes Wier (1515-1588): Dacht aan meer natuurlijke oorzaak van antisociaal gedrag. Dit markeert het
ontstaan van forensische wetenschap.
De verlichting
- 18e eeuw: Franse revolutie Verlicht denken; ieder mens heeft vrije wil, we kiezen alles wat we doen zelf. Voor
de wet was iedereen gelijk, ongeacht leeftijd.
- 1810: Code Pénal: wetboek waarin straffen gelijk waren voor alle leeftijden. In 1811 kwam deze ook in
Nederland. Hierdoor moest de rechter zich meer aan de regels houden. Hiervoor had rechter veel meer macht
en kon hij beslissen wat hij wilde.
- 1886: invoering Wetboek van Strafrecht.
19e eeuw
- Pinel: ‘manie sans délire’: door bepaalde gemoedstoestand (stoornis) een delict plegen, zonder dat er sprake is
van aantasting van verstand.
- 1841: eerste krankzinnigenwet: toezicht en verbetering
- 1883: nieuwe krankzinnigenwet
- 1993: wet bijzondere opnemingen psychiatrische ziekenhuizen
- Het concept van mentale stoornissen werd opnieuw bekeken. Het werd niet meer alleen gezien als intellectueel
probleem maar ook als emotioneel probleem ‘medische model van pathologie’
4 verklaringen van psychische stoornissen
1. Erfelijkheid
- Psychologische eigenschappen worden overgeërfd van voorouders, waaronder immoraliteit en criminaliteit.
- Cesare Lombroso: Immoreel gedrag is af te leiden vanuit uiterlijke kenmerken zoals een hoog voorhoofd, diepe
ogen en doorlopende wenkbrauwen niet waar.
2. Degeneratie
- Stoornissen worden overgeërfd waarbij deze per generatie erger worden niet waar
1
, 3. Evolutie
- Volgens Darwin is moraliteit ook geëvolueerd. Het is een complexe ontwikkeling bij mensen, waardoor
immoraliteit door hem werd gezien als een stap terug in de evolutie.
4. Neurologische verklaringen
- Frenologie: Het karakter van een persoon kan voorspeld worden aan de hand van de vorm van de schedel dit
werd later ontkracht.
- Hierna meer focus op verstoord neuraal functioneren en de reactie van het brein op bepaalde sociale invloeden
en omgevingsfactoren.
- Verandering in het brein kan immoreel gedrag veroorzaken. Denk hierbij aan het voorbeeld van Phineas Gage.
Voorbeelden van immorele personen
1. William Bigg (1843): Vermoordde als klein kind dieren, probeerde zijn zusje te laten stikken en verkrachtte een
meisje op 20-jarige leeftijd. Tuke diagnosticeerde hem met moreel krankzinnig gedrag. Dit had volgens hem te
maken met stoornissen in het hoger functioneren van het brein. Hij suggereerde dat mensen die geen controle
hadden over de eigen impulsen resulteerde in immorele personen.
2. Charles Guiteau (1841): Schoot Amerikaanse president dood. Spitzka concludeerde dat er sprake was van
abnormaal brein. Zorgde voor debat over diagnosticeren van immorele stoornissen aan de hand van fysieke
eigenschappen van het brein.
3. Jane Toppan (1857): Verpleegster die medewerkers vergiftigde. Had een gebrek aan spijt en zelfcontrole. Ook
was ze niet gevoelig voor straf. Volgens Stedman kon dit verklaard worden door een schadelijke erfelijke
invloed.
4. Patient E (1865): Er was sprake van moreel gebrek, wat niet verklaard kon worden door slechte breinorganisatie;
dit was nog volledig intact. Hij vertoonde geen empathie en werd bestempeld als moreel idioot. Het gedrag
werd toegeschreven aan problemen in de cortex.
5. Christiana Edmunds (1828): Probeerde de vrouw van haar crush te vergiftigen. Ze had goed intellectueel
vermogen, maar handelde zonder twijfel en spijt. Empathie ontbrak. Ze werd gediagnosticeerd met morele
gestoordheid, wat werd toegeschreven aan dysfunctie (arborisatie) van het brein.
Eind 19e eeuw controversies
Experts waren het zelden eens wat de oorzaak was van immorele personen. Er ontstonden verschillende opties
a. Verklaringen gericht op immorele breinen
b. Immoraliteit als mentale stoornis: discussie of het intellectueel vermogen intact kan blijven op het moment dat
moraliteit is aangetast Patient E toonde aan dat het een losstaand probleem is.
c. Immoraliteit versus criminaliteit
Strafrecht jeugdigen 19e/20e eeuw
- Eerder werd er geen onderscheid gemaakt tussen verschillende leeftijden. Tijdens de Code Pénal werden er
geen straffen gegeven aan kinderen onder de 10 jaar. Ook kon de rechter gebruik maken van ‘zonder oordeel
des onderscheid’’.
- In 1905 werden kinderwetten ingevoerd. Tot de leeftijd van 18 jaar waren er bijzondere bepalingen; kinderen
werden nog niet als volwassenen behandeld.
- Meer pogingen om te verbeteren/verzorgen in plaats van straffen/wreken.
20e eeuw
Voorstel van Hamel
- Lichte/zware/zeer zware straffen. Vanuit hier zijn er nieuwe ontwikkelingen opgekomen
- 1928: Psychopatenwet: Opname in strafrecht TBS van de Regering (TBR) en verpleging.
- 1933: Stopwet: Er was een overschot TBR’ers; de criteria moesten worden aangescherpt
Ontwikkelingen na WO II:
2
, - Commissie naoorlogs strafrecht: Genuanceerder denken.
- Baan, Pompe en Kempe: Meer integreren van wetenschap in de praktijk.
- Betere zorg voor gevangenen en mensen met psychische stoornis
- Jaren 60: toename duur tbs-maatregel
- 1971: Meer nadruk op zelfbeschikking en tolerantie van andere leefstijlen.
- 1988: TBR TBS
- 1993: Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (Wet WBOPZ)
- 1995: introductie van Longstay afdelingen
TBS in Nederland
Criteria voor opleggen passende straf
a. Proportionaliteit: Ingreep/maatregel moet in verhouding zijn met het te voorkomen gevaar
b. Subsidiariteit: Ingrijpende maatregel alleen toelaatbaar als een lichtere niet kan volstaan.
c. Doelmatigheid: Behandeling/maatregel moet effectief zijn in het afwenden van gevaar
Basiscriteria voor opleggen straf
- Minimaal gevangenisstraf van 4 jaar
- (Deels) sprake van ontoerekeningsvatbaarheid
- Hoog recidiverisico
Basiswetgeving en ontwikkelingen
- 2006 commissie Visser Parlementair Onderzoek: deed onderzoek naar TBS
Langer volgen van TBS na voorwaardelijke beëindiging
Meer onderzoek naar risico’s en effecten
Beter aansluiten op justitiële en reguliere zorg
- Vervreemding en verdwijnende sociale structuren belemmeren integratie en vergroten angst.
Behandeling
- Herstelgericht
- Shared Desicion Making: samen met client.
- Gefaseerde zorg: in stappen en fases behandelen.
- Onderhandelingshuishouding waar mogelijk, bevelshuishouding waar nodig.
- Basis van behandeling: Biopsychosociaal model van Engel & RNR-model
Er zijn veel stappen in proces van verlof; o.a. terugvalpreventie, reclasseringstoezicht etc.
Belgische forensische context
- Internering in plaats van TBS: komt op ongeveer hetzelfde neer
- Collocatie: wanneer je opgesloten zit zonder dat je een strafbaar feit hebt geleegd, maar je wel een gevaar kan zijn
voor jezelf/anderen
- In 2013 waren er meer dan 1100 geïnterneerden in Belgische gevangenissen, ook TBS’ers. Het was destijds nog niet
zo goed uitgewerkt als in Nederland
- In 2016 is er herziening interneringswet gekomen: Geen TBS meer voor lichte delicten, meer inzet op zorg en verdere
uitbouw van het forensisch psychiatrisch circuit.
- Voor de herziening:
Soorten delicten die waren gepleegd (op volgorde van meest-minst voorkomend): Zedendelicten, aanslag op
goederen, zelfdoding. Meest frequente diagnoses waren persoonlijkheidsstoornissen (met name Cluster B),
middelengebruik, psychotische stoornissen en mentale beperkingen.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper nikibisscheroux1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,99. Je zit daarna nergens aan vast.