Verpleegkundig leiderschap
Er zijn vele definities van verpleegkundig leiderschap. Onze definitie is: "Het samen met
collega’s van eigen en andere disciplines én met patiënten en familie werken aan
waardevolle zorg, passend bij de situatie. Voor ons hoort verpleegkundig leiderschap bij je
dagelijks werk, waarbij je invloed uitoefent op zowel de zorg dichtbij de patiënt als de
strategische richting van de zorgorganisatie waarin je werkt en daarbuiten."
Volgens BN2020: Het initiatief nemen in het voeren van regie over het eigen vakgebied
vanuit een ondernemende, coachende en resultaatgerichte houding.
Kennis
- kent de kenmerken van professioneel en persoonlijk leiderschap.
- kent theorie over en modellen van effectief coachen.
- kent theorieën over beïnvloeding van het beleid van een organisatie.
Vaardigheden
- kan de verpleegkundige discipline plaatsen in het huidige tijdsbestek en het belang
van het beroep vertegenwoordigen.
- kan in samenwerkingsrelaties de eigenheid van het verpleegkundig beroep bewaken.
- kan op basis van deskundigheid benoemen waar verantwoordelijkheid ligt van de
verpleegkundige zorgverlening.
- kan een actieve rol spelen bij het inrichten van een aantrekkelijke werkomgeving
- kan beslissingen nemen over beleid (prioritering) en middelen voor individuele
zorgvragers waarin het verpleegkundig belang, en belang van organisatie zorgvrager
worden gewogen.
Attitude
- Voelt zich verantwoordelijk om de standaard van het verpleegkundig beroep hoog te
houden. • komt ten allen tijde daar waar nodig op voor de zorgvrager en diens
informele netwerk.
- is rolmodel voor (aankomend) verpleegkundigen en stuurt collega’s aan.
- is een assertieve en zelfbewuste beroepsbeoefenaar, ambassadeur van het vak.
Verpleegkundig leiderschap wordt gevormd door:
- Een grote mate van bewustzijn van (het effect van) de eigen professionele rol te
midden van andere rollen (en andere rollen kennen en herkennen)
- Het stellen van reflectieve en onderzoekende vragen
- Het gebruiken van evidence based practice
- Als rolmodel verschil te maken voor uitkomsten van patiënten, collega-medewerkers,
zorgorganisatie en maatschappij door andere te inspireren.
Laten zien wat het beroep inhoudt (beroepstrots)
Veiligheid van zorg waarborgen
Verpleegkundig leiderschap meer gericht op verpleegkundige blik. Een leidinggevende leidt
meer naar het team/samenwerking
Manager:
- Doet dingen goed
- Concentreert zich op het heden
- Streeft naar ordening
- Beperkt risico’s
- Laat meer leiden door rede dan door gevoelens
Leider:
- Doet goede dingen
- Concentreert op toekomst
, - Houdt van verandering
- Neemt risico’s
- Laat zich leiden door zowel rede als door gevoelens
Verpleegkundig leiderschap: het 7 eigenschappen model van Covey: deze eigenschappen
zijn verpleegkundig leiderschap.
Het gaat er om dat je onafhankelijk bent om effectief leiderschap te kunnen uiten, werken
aan 7 eigenschappen
1. Wees proactief, proactieve mensen richten zich vooral op hun eigen gedrag en eigen
gedachten. (kijk naar je eigen leerproces, wat je wel kunt veranderen cirkel van
betrokkenheid)
2. Begin met het einde voor ogen (heb je einddoel voor ogen, wat wil je bereiken)
3. Belangrijkste zaken eerst, kwadranten van Eisenhouwer, stel prioriteiten. (einddoel is
dat je stage wil halen, wat moet je eerst maken, indeling maken)
1. Denken in termen van winnen-winnen, geen concurrentie.
2. Eerst begrijpen, dan begrepen worden. Luisteren naar je collega’s (waar onderbreekt
er kennis)
3. Synergie, creatieve samenwerking, derde weg
4. Continue verbetering, blijven verbeteren/inspireren.
Waarom is verpleegkundig leiderschap belangrijk:
- Kwaliteit van zorg te verbeteren
- Veiligheid van zorg te verbeteren
- Het beroep verder ontwikkelen
- Helpt bij innovatie
- Samen de zorg beter maken
Covey is effectief leidinggeven aan veranderen een kwestie van een drietrapsraket.
De eerste trap bestaat uit drie eigenschappen die gericht zijn op persoonlijke en
individuele ontwikkeling. Ze zorgen ervoor dat je je als persoon onafhankelijk leert op
te stellen. De drie daaropvolgende eigenschappen gaan over effectief samenwerken
en vormen de tweede trap. De zevende eigenschap gaat over het ontwikkelen en
onderhouden van de overige zes eigenschappen. Deze eigenschap vormt de derde
trap, samen met de achtste eigenschap: het vermogen van mensen om volgens hun
volledige potentie te leven en om anderen te inspireren om hetzelfde te doen.
De eerste trap: basis voor onafhankelijkheid
Mensen die onafhankelijk zijn, kiezen hun eigen
doel. Onafhankelijke mensen handelen vanuit
hun eigen kern en laten zich niet zozeer
beïnvloeden door wat anderen doen. Zij nemen
het initiatief, koersen doelbewust op eigen doelen
af en stellen prioriteiten. Onafhankelijke mensen
houden zaken bij zichzelf en geven geen andere
factoren de schuld. Volgens Covey bepaalt men
het leven hoofdzakelijk zelf en niet zozeer
genetische (‘het zit in mijn genen’),
psychologische (‘het komt door mijn opvoeding’)
of sociale factoren (‘het is de schuld van de
anderen’). Het bereiken van onafhankelijkheid
, omschrijft Covey als een ‘overwinning op jezelf’. Wat moet men doen om onafhankelijk te
worden? Kort gezegd, gaat het om het volgende:
Eigenschap 1. Wees proactief
"Ik ben de kracht". Proactief zijn is meer dan initiatief nemen. Proactieve mensen nemen
initiatief om gebeurtenissen te beïnvloeden waarop ze invloed kunnen hebben. Veel mensen
wachten of schuiven hun verantwoordelijkheid graag af op externe gebeurtenissen of op
anderen. Proactieve mensen richten zich vooral op hun eigen gedrag en hun eigen
gedachten. Essentieel is hierbij de beïnvloedbaarheid van dingen. Covey spreekt van een
cirkel van betrokkenheid en een cirkel van invloed zoals hieronder afgebeeld. In de buitenste
cirkel bevinden zich dingen die we niet kunnen beïnvloeden, zoals 'de wereld', onze
opvoeding, onze afkomst en het verleden. Over dingen die we niet kunnen beïnvloeden
moeten we ons volgens Covey niet druk maken. We moeten ons alleen richten op de
binnenste cirkel: proactieve mensen richten hun aandacht vooral op datgene wat zij wél
kunnen beïnvloeden. Minstens even belangrijk daarbij is het volgende: we kunnen natuurlijk
geen invloed uitoefenen op alles wat ons gebeurt. Maar wat we wel kunnen is bepalen hoe
we zelf reageren op dingen die ons gebeuren. Proactieve mensen realiseren zich dat ze zelf
hun reactie kunnen kiezen op de dingen waarmee ze worden geconfronteerd. Tussen
‘stimulus’ en ‘respons’ zit altijd een ruimte, waarin we zelf onze respons kunnen bepalen.
Eigenschap 2. Begin met het eind in gedachten
"Bepaal je eigen lot, of iemand anders doet het voor je". Hoe richt je je leven, je team of je
organisatie in? Leef je van dag tot dag of stel je duidelijke doelen en bepaal je je eigen
toekomst? Effectieve mensen en teams werken van 'achter naar voren'. Zij hebben principes
en een visie over wat zij willen bereiken. Zo bepalen zij hun eigen toekomst. "Om de
consequenties van onze keuzes in goede banen te leiden moeten wij voortdurend gebruik
maken van principes zoals rechtvaardigheid, vriendelijkheid, respect, eerlijkheid of integriteit"
aldus Covey. Dergelijke principes zijn universeel, dat wil zeggen, ze overstijgen tijd, plaats
en cultuur. Zonder principes zijn mensen gedesoriënteerd. Met principes beschikken mensen
over een kompasfunctie en weten zij waar ‘het noorden’ is. De boodschap luidt: denk na over
de vraag waar je heen wilt. Ontwikkel een helder beeld van je bestemming. Covey stelt
hiertoe de morbide vraag: “Wat zou je willen dat men tijdens je grafrede over je zegt?” En als
je dat dan weet: richt je leven dan ook zo in dat dat ook werkelijk gebeurt.
Eigenschap 3. Belangrijke zaken eerst
"Stel prioriteiten". De wereld lijkt steeds drukker te worden. Alles moet gelijk en gaat 24 uur
per dag door. Om toch effectief te zijn is het volgens Covey van het grootste belang om
prioriteiten te stellen. Laat de belangrijkste dingen niet de dupe worden van allerlei urgente,
maar onbelangrijke dingen. Deze eigenschap wortelt in het principe van integriteit en heeft
betrekking op het doelgericht kunnen handelen. Effectieve mensen besteden hun tijd vooral
aan zaken die belangrijk zijn. Ze laten zich niet leiden door de waan van de dag, maar
plannen zelf hun leven.
Indien aan deze die eigenschappen wordt voldaan, kunnen mensen zich richten op een meer
vruchtbare samenwerking met anderen. Onafhankelijk zijn op zich is immers niet voldoende,
zeker niet in een wereld waarin alles met alles samenhangt.
Het is op dit punt dat de tweede trap van de raket in werking treedt: het leren van het besef
van wederzijdse afhankelijkheid. Om op zinvolle wijze met anderen samen te werken is
wederom een overwinning nodig, nu niet op jezelf, maar op je omgeving. Deze overwinning
is de resultante van wederom een drietal eigenschappen:
De tweede trap: basis voor wederzijdse afhankelijkheid
Het is op dit punt dat de tweede trap van de raket in werking treedt: het leren van het besef
van wederzijdse afhankelijkheid. Om op zinvolle wijze met anderen samen te werken is