Overzicht
Hoorcolleges:
Hoorcollege 1: Het gezin in evolutionair perspectief
Hoorcollege 2: Het gezin in historisch perspectief
Hoorcollege 3: Invloeden buiten het gezin
Hoorcollege 4: de rol van SES in het gezin
Hoorcollege 5: Invloed van media op het gezin
Hoorcollege 6: Gezinsfunctioneren
Hoorcollege 7: Moderne gezinsvormen
Hoorcollege 8: Gezinssamenstelling
Hoorcollege 9: Moderne gezinsvormen
Hoorcollege 10: Ziekte in het gezin
Literatuur: Opgroeien in het hedendaagse gezin
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 8
Hoofdstuk 9
Hoofdstuk 11
Hoofdstuk 10
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 4
Literatuur: We are family
Preface
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 7
Hoofdstuk 8
Hoofdstuk 9
Hoofdstuk 10
Artikel:
Evolutionary context of Human Development: The Cooperative Breeding Model
Where is Child's Environment? A Group Socialization Theory of Development
Gemeentelijke kinderombudsman
An interactionist Perspective on theSocioeconomic Context of Human Development
The culture of Affluence: Psychological Costs of Material Wealth
The McMaster model of family functioning
A systematic review of the literature on family functioning across all eating disorder
The divorce process and child adaptation Trajectory Typology Model
Developing a literature base to understand Caregiving experience of parents of children with c
Parent and family factors in pediatric chronic pain and disability
Lifespan health following childhood parental death
Parental burnout: Moving the focus from children to parent
,Hoorcollege 1: Het gezin in evolutionair perspectief
Gedeelde omgeving- de invloed van het gezin op de ontwikkeling
- Opvoeding van het kind wordt bepaald door unieke omgeving, gedeelde omgeving en
de genen. Gedragsgenetica kijkt naar de invloed van de genen en de omgeving op het
fenotype.
Assortative mating:
Correlatie tussen genen en omgeving: kind kiest bijpassende omgeving, dit kan het gen
versterken. Dit roept reacties op in de omgeving, waardoor er sociale interactie ontstaan bij
genetisch verwante personen.
Interactie tussen genen en omgeving: GxO, nature vs nurture.
- Genetische ontvankelijkheid bepaalt invloed van omgevingsinvloeden. Bij een
positieve ontwikkeling en positieve opvoeding is een kind vatbaarder.
- Gedeelde omgeving heeft invloed op individuele omgeving. Ouder stimuleert kind
- Genen hebben invloed op effect ouders:
- Genen lokken zelfde opvoeding uit bij tweelingen, dus op gedeelde opvoeding.
In dit vak ligt de focus op de gedeelde omgeving.
Baby: Hoe overleef ik…
Terug in de tijd: Kan door terug te gaan naar oorsprong van de mens, door bijvoorbeeld naar
apen te kijken. Onderzoek van Harlow met aapjes, met zachte en ijzeren mama, babyapen
waren toch opzoek naar warmte. Ook kan apen sign-language aangeleerd worden om mee te
communiceren.
Onderzoek naar mensen, waar ze zich in onderscheiden: We zijn erg bezig met de mensen om
ons heen, en zijn erg bewust van hun denkpatronen en doen. Ook vinden we het fijn om een
som geld aan anderen besteden in plaats van aan ons zelf. Machiavellian intelligence
hypothesis: gebruik maken van inside information (weten wat een ander weet). Dit is een
soort sociale intelligentie, dit is zichtbaar in liegen, iemand de schuld geven, beloftes/regels
maken
Onderzoek naar apen, hebben wel begrip van doelen en intenties, maar hebben geen begrip
van false-beliefs.
Evironment of Evolutionary adaptedness (EEA): We zijn gevormd in een bepaalde periode,
waarna we ons langzamerhand en na natuurlijke selectie aanpassen. Gehechtheidsgedrag heeft
een overlevingswaarde, of dit nou de moeder of alloparents zijn. De theorie van Bowlby waar
de moeder niet scheid van zijn kind is niet meer realistisch in deze wereld. Hrdy heeft deze
theorie bijgesteld dat de gehechtheid ook van andere personen kan komen, naast de moeder.
Dit gehechtheidsgedrag laat zich zien in huilen, nabijheid zoeken en vastklampen. Dit staat in
lijn met de evolutietheorie. Babies van jagers en verzamelaars zijn erg oplettend naar
volwassenen omdat ze niet altijd ergens aan kunnen grijpen.
Babies worden geboren met een brein waar ze klaar zijn voor interacties. Ze zijn opzoek naar
gezichten en staren ernaar, en kunnen deze soms ook imiteren. Ouders communiceren vaak
terug in ‘motherese’, waardoor het contact van nature in stand blijft.
Opvoeding en steun binnen en buiten gezin
Hunting hypothesis & Seks contract: Man en vrouw hadden de afspraak dat de vrouw voor de
kinderen en de verblijfplaats zorgde en de man het gejaagde eten met ze deelden. Hrdy
beweert dat deze hypothese niet klopt, omdat dit te weinig eten opleverde voor iedereen. Er
werd gesteld dat vrouwen kleine beestjes vangen en verzamelen om zo genoeg eten te hebben.
Door deze taak is het voor vrouwen praktisch om samen te werken met andere ouders. De
,zorg kan dan verdeeld worden, kinderen en andere verzorgers (alloparents) krijgen zo ook een
band.
Cooperative breeding: Als groep wordt een kind opgevoed, andere volwassenen voeden het
kind ook op.
Alloparenting: Individuen ander dan de daadwerkelijke ouders(moeder) vervullen een
opvoedrol.
Bij mensen: oudere kinderen zijn nog lang afhankelijk van moeder, waardoor de moeder
minder tijd heeft voor een nieuwe baby. Ook kunnen oudere kinderen juist helpen met het
opvoeden van de nieuwe baby waardoor er cooperative parenting ontstaat. Steun van de vader
is niet gegarandeerd, ongeveer een kwart van de huishoudens in de wereld functioneert zonder
vader in het gezin. Vroeger was de rol van de vader vaak de bescherming van het kind.
Inclusive fitness: De kosten die aan het helpen verbonden zitten, moeten minder zijn dan de
voordelen die het zorgen met zich meebrengen voor de persoon zelf.
- Relatedness x benefits > kosten.
Polyandrie mogelijke oplossing voor vaderrol: Vrouw met meerdere mannen, wanneer het
vaderschap onduidelijk is moeten ze allemaal meehelpen.
Partible paternity: gedeeld vaderschap. Zwangerschap als cumulatief resultaat van
gemeenschap met meerdere mannen. Een kind heeft dus genetisch gezien meerdere vaders.
Michael lamb: gehechtheid aan vaders – er kan al veilige hechting opspelen wanneer vaders
maar 1 uur per dag aanwezig zijn.
Moeders zijn afhankelijk van andere mensen/alloparents. Wanneer deze niet aanwezig waren
vroeger werden er veel kinderen te vondeling gelegd. Nu wordt het kinderen krijgen langer
uitgesteld, of wordt er helemaal niet aan begonnen. Daarnaast zijn er nu meer middelen zoals
een aupair of een kinderdagverblijf. Veilige gehechtheid is mogelijk met meerdere verzorgers,
werkt wel beter in kleinere consistente groepen. 3 veilige gehechtsrelatie is ‘genoeg’ maar
meer is beter. Zolang babies maar onder toezicht van moeder slapen, dit is erg belangrijk voor
de gehechtheidsrelatie.
, Hoorcollege 2: Het gezin in historisch perspectief
Methodes van onderzoek naar het verleden:
Seriele bronnen: opgestelde cijferreeksen, dit zijn alleen harde feiten, zonder motieven en
ervaringen
Persoonlijke bronnen: correspondentie, schilderijen en gebruiksonderwerpen
4r
Kind en gezin:
- Middeleeuwen: mens is van nature slecht/verdorven. Ouders moeten het kind
snel/goed opvoeden, die aangeboren zonde moeten weg, dit mag met fysieke straffen
- Humanisme: Mens is maakbaar en heeft een vrije menselijke wil, naast religie.
Moedigt eergevoel en competitie aan, waardoor kinderen willen leren, en straffen
overbodig is.
- Verlichting: Er komt een geloof waarbij mensen zelf kunnen redeneren door natuur en
kennis. De mens krijgt een actievere rol en blijkt van nature goed te zijn. Geboren als
Tabula Rasa. Ook ontstaat er meer respect voor eigen aard van het kind, en wordt
spelen gestimuleerd. Er werd voor het eerst speelgoed geproduceerd en er ontstond
kinderliteratuur.
- Romantiek: Grotere nadruk op gevoel en intuitie ipv rede en ratio. De mens/kind is
van nature goed. Opvoeding kan een kind alleen nog maar verpesten. Er is grotere
aandacht voor emotionele ontwikkeling. De opvoeding volt de natuurlijke
ontwikkeling van het kind.
Functie van het gezin
- Voor de verlichting: gezinsleven is gefocust op werken
- Na de verlichting: aandacht voor emotionele verhoudingen/huiselijkheid. Het kind
krijgt een centrale positie.
Debat: Zwarte en witte legende.
- Zwarte legende: stelt dat er geen sprake was van kindertijd en gezinsgevoel voor de
verlichting. Evolutionistische benadering.
o Er was geen echterlijke liefde in een gezin, de redenen voor trouwen was op
economisch belang of familie-eer.
o Geen rouw om verdriet om dood van kinderen, dus er was geen liefde
o Huismin/nanny werd ingehuurd voor het kind, laat onverschilligheid van
moeder zien.
- Witte legende: Stelt dat er al wel sprake was van kindertijd en gezinsgevoel voor de
verlichting. Revisionistische benadering.
o Mensen mochten wel vaak kiezen met wie ze mochten trouwen.
o In dagboeken en brieven werd wel rouw gevonden, maar rouw tonen was
onchristelijk. Het overlijden was gods wil. Overleden kinderen werden ook op
familieportretten erbij geschilderd.
o Het hebben van een huismin was conventioneel, het hoorde zo. Er was een idee
dat seks de kwaliteit van voeding schaadt. Soms moest het vanwege
economische omstandigheden.
De vorming van het kerngezin
Eerst rondtrekken – daarna soort van vestigen – eigen dorpen samenstellen – heeel veel
kinderen – kerngezin, was al in de middeleeuwen zo.
Een gemiddeld kindergetal per vrouw in Nederland is 1,6 kinderen.