Thema 1: Doorwerking van EU-recht en fundamentele beginselen
De Europese unie is een nieuwe autonome rechtsorde en gaat dus verder dan internationaal recht waarbij het
draait om vreedzame co-existentie. Dit is bepaald in het arrest Van Gend en Loos. Het idee van de EU is
towards an everclosing union zie art. 1 VEU. Ook heeft hierdoor Europees recht voorrang op nationaal recht,
ongeacht wat er eerder bestond. Dit is gebaseerd op het loyaliteitsbeginsel van art. 4 lid 3 VWEU. Zie hiervoor
het arrest Costa vs. E.N.E.L. Door dit alles is Europees recht een rechtstreekse bron voor particulieren
geworden. Dit dient door de nationale rechter te worden beschermd, hij is daardoor een communautaire
rechter geworden. Dit is een vorm van handhaving. Indien de nationale rechter geen volledige medewerking
biedt door bijvoorbeeld geen prejudiciële procedure te starten, is hij aansprakelijk te stellen. Dit is
rechtersrecht en is niet terug te vinden in het verdrag.
De instellingen van de unie kunnen elkaar voor het hof dagen. Verschillende instellingen zijn:
- Commissie: zij behartigen het EU-belang en hebben initiatief tot wetgeving. Zij vormen het dagelijks
bestuur en hebben een watchdog functie.
- Raad van ministers: zij behartigen het lidstaat-belang en zij zijn medewetgever.
- Europees Parlement: zij zijn democratisch gekozen, medewetgever en houden toezicht op de rest.
- Europese rechter: verzekeren en eerbiedigen de uitleg en toepassing van het verdrag. Dit doen zij
teleologisch en interpreteren in de geest van het verdrag (voor de effectiviteit).
De besluitvormingsprocedure van wetgeving geschied bij gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Bij
gevoelige beleidsterreinen is er voor lidstaten nog een vetorecht. Er is exclusieve bevoegdheid, gedeelde
bevoegdheid en gecoördineerde bevoegdheid van de EU. Gedeeld is een fabel; indien EU-recht er iets over
zegt, kan nationaal recht hier niets meer aan veranderen doordat er sprake is van een nieuwe autonome
rechtsorde en EU-recht voorrang heeft op nationaal recht. Deze bevoegdheden berusten op art. 5 VEU, waarin
het attributiebeginsel (grondslag voor het handelen), evenredigheidsbeginsel (de noodzaak voor wetgeving
dient er te zijn) en het subsidiariteitsbeginsel (het moet niet op lager niveau geregeld kunnen worden).
Lidstaten dienen op grond van het loyaliteitsbeginsel mee te werken aan de uitvoering, toepassing en
handhaving van EU-recht. Hierdoor kan je alleen toetreden tot de unie als je het volledige recht accepteert en
aanvaardt.
Doorwerking van EU-recht kan op een aantal manieren plaatsvinden.
Directe werking: hierbij toets je de aard van de bepaling (kijk art. 288 VWEU), de aard van de relatie
(verticaal, horizontaal en omgekeerd horizontaal) en of de bepaling voldoende duidelijk (toepasbaar
voor rechter) en onvoorwaardelijk (geen implementatie vereist) is. Omdat horizontale werking in
beginsel is verboden is het begrip staat ruim geformuleerd en op grond van het Kraaijeveld arrest
dient de nationale rechter de beleidsruimte van een richtlijn van een lidstaat te controleren.
Richtlijnconforme interpretatie: Indien directe werking niet lukt, kijken of je nationaal recht in de
bewoordingen en het doel van de richtlijn kan uitleggen. Hiervoor dient er dus wel nationaal recht te
zijn, dit mag niet contra legem zijn. Dit is bepaald in het arrest Faccini Dori.
Algemene rechtsbeginselen of beperkte derdenwerking: Indien je niet richtlijn conform kan
interpreteren, kijken of er zulke fundamentele beginselen zijn neergelegd in de richtlijn zoals het
arrest Kücükdeveci, of dat er louter negatieve gevolgen voor particulier B zijn indien particulier A
rechtsverwerking wenst.
Overheidsaansprakelijkheid: Dit komt pas aan bod in thema 4.
Er is binnen de EU wederzijds vertrouwen en erkenning tussen lidstaten vereist. Dit vloeit voort uit het Melloni
arrest.
Thema 2: De interne markt
De interne markt is de kern van de Europese Unie. Het doel is om alle hindernissen van het vrije verkeer weg te
nemen. Definitie interne markt is terug te vinden in art. 26 lid 2 VWEU. Dit gaat verder dan een douane-unie
doordat het niet alleen de gezamenlijke buitengrenzen onderhoudt. Het hof is hierbij erg progressief.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sophievanboekhold. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.