Week 1
1. Wat zijn de vier fasen van mediatisering volgens Strömbäck?
Eerste fase: mediatie, wanneer de media het belangrijkste kanaal wordt tussen de
politiek en de burgers. De politiek is gemedieerd. Vereiste van de andere fasen van
mediatisering. Ook een vereiste van de macht die de media heeft over de burgers bij
het beïnvloeden van percepties en attitudes. De weergave van de werkelijkheid door
de media heeft invloed op hoe mensen de werkelijkheid waarnemen, en dit heeft
invloed op de attitudes van mensen. Daarom moeten politici rekening houden met de
media bij pogingen om meningen te vormen of te reageren op de publieke opinie.
Tweede fase: media worden onafhankelijker van de politiek, en werken volgens de
medialogica. Het politieke systeem is nog steeds dominant, maar de media heeft meer
invloed op institutioneel niveau. De medialogica wordt belangrijker voor degenen die
proberen de media en de inhoud te beïnvloeden. Hierdoor selecteren en verwerken de
media de boodschap meer dan voorheen, ze geven niet zomaar boodschappen meer
door. Hierdoor wordt de journalistiek ook professioneler. Doordat de media meer
invloed heeft, besteden politic meer middelen aan het ontwikkelen van hun
competentie op het gebied van public relations.
Derde fase: Media worden zo onafhankelijk dat andere actoren zich aan media gaan
aanpassen, in plaats van andersom. In de tweede fase heeft de politiek nog macht, nu
hebben de media alle macht. Politici moeten hun mediavaardigheden bijschaven om
aan te passen aan de medialogica, en het maakt media-overwegingen een meer
integraal onderdeel van de beleidsvormingsprocessen. De media is zo belangrijk
geworden dat geen enkele sociale actor die interactie met het publiek of invloed op de
publieke opinie nodig heeft, de media kan negeren of het zich veroorloven zich niet
aan te passen aan de medialogica. De gemedieerde werkelijkheid wordt belangrijker
dan de echte werkelijkheid, doordat mensen toegang hebben tot en reageren op de
gemedieerde werkelijkheid en niet de echte werkelijkheid.
Vierde fase: De politiek past zich niet alleen aan, maar neemt de medialogica over.
Medialogica wordt zo een integraal deel van het politieke proces dat politieke en
maatschappelijke actoren niet alleen aanpassen aan de medialogica en de
overheersende nieuwswaarden, maar deze ook internaliseren en, min of meer bewust,
de medialogica en de normen van nieuwswaardigheid tot een ingebouwd onderdeel
van de bestuursprocessen laten worden. Media zijn nu niet meer extern aan de politiek,
ze zitten in de kern van de politiek. Bepaald beleid wordt dus wel of niet ingevoerd
omwille van de kans op media-aandacht. Politici die zich moeten verantwoorden voor
het volk zijn het meest kwetsbaar.
, 2. Wat waren de twee meest opvallende resultaten van de studie van het Pew Project for
Excellence over het “news ecosystem” in Baltimore? (uit Bennett’s tekst) Waarom is
dit een verontrustend resultaat?
The Pew Project for Excellence in Journalism onderzocht waar informatie over de
politiek, de overheid en public life(?) vandaan kwam in Baltimore. Verschillende
soorten media, zoals kranten, radio, televisie en blogs zijn meegenomen in het
onderzoek. (1) Uit de resultaten bleek dat 95% van de verhalen met originele
informatie uit traditionele media kwam, de meeste verhalen uit kranten. (2) De enige
overlevende kwant, de Baltimore Sun, tussen 1999 en 2009 32% minder verhalen
rapporteerde en 73% minder dan in 1991.
Why journalism matters?
Als deze trends zo blijven groeien, dat kranten steeds minder rapporteren, zal de
groeiende onwetendheid van de burgers en de verminderde publieke
verantwoordingsplicht van ambtenaren zeker gepaard gaan met een grote golf van
publieke corruptie.
3. Noem vijf manieren waarop de overheid het pluralisme van de media kan stimuleren.
Welke van deze manieren werken volgens jou het beste? Beargumenteer!
- Onafhankelijkheid van pers stimuleren
- Subsidies (algemene steun)
- Journalistieke opleidingen
- Helpen om samen te werken (goedkoper om te drukken door samenwerken met
andere partijen)
- Project financiering
- Innovatie fonds
Week 2
1. Verzamel in de hele werkgroep vijf verschillende echte, eigen voorbeelden (5
verschillende studenten!) van hoe jullie de voorbije maand zelf aan politieke
participatie gedaan hebben.
Mee lopen in demonstraties, petities ondertekenen, sociale media campagnes steunen,
jezelf en anderen informeren, enz.
2. Welke drie functies heeft mediaberichtgeving voor sociale bewegingen? Leg deze
functies uit aan de hand van de organisatie die je gekozen hebt voor je PolCom
Project.
Validatie: bevestiging dat je topic ertoe doet
Mobilisering: mensen bij je topic betrekken