Opzet videocolleges contractuele verbintenissen
Videocollege 1
I. Inleiding
II. Toepassingsbereik EVO/Rome I
III. Rechtskeuze
Videocollege 2
IV. Objectieve conflictregels
V. Bijzondere conflictregels
VI. Voorrangsregels en openbare orde
Videocollege 3
VII. Weens Koopverdrag
Opzet videocolleges contractuele verbintenissen
I. Inleiding – Bronnen
EEG-Verdrag inzake het toepasselijk recht op verbintenissen uit overeenkomst, ondertekend
te Rome op 19 juni 1980 (EVO)
Verordening (EG) Nr. 593/2008 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit
overeenkomst (Rome I)
Boek 10, Titel 13, art. 153-156 BW
o Recht in gevallen buiten de werkingssfeer van EVO en Rome I
VN-Verdrag inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken,
ondertekend te Wenen op 11 april 1980 (Weens Koopverdrag)
o Uniform materieel recht
Belangrijkste verschil: eerste de EVO, Rome I en boek 10 wijzen voornamelijk regels van het
conflictenrecht of verwijzingsregels bevatten die het toepasselijk recht aanwijzen. Het Weens
koopverdrag is een internationaal instrument waarin materiele regels zijn opgenomen die van
toepassing zijn op internationale koopovereenkomsten.
,I. Inleiding – Bronnen in historisch/systematisch verband
Begon met EEX-verdrag (verdrag van Brussel van 1968) op grond waarvan de bevoegdheid van
lidstaten werd geregeld en de erkenning en tenuitvoerlegging van de gegeven beslissingen. EU
bevoegd om regels op dit terrein over in te komen, maar over het toepasselijk recht niet.
Verdrag van Brussel is omgezet naar Brussel I verordening en in het verlengde daarvan is de Rome II
verordening aangenomen. Ziet op niet-contractuele verbintenissen. Rome I is aangenomen als
opvolger van de EVO. In 2012 zijn nog aparte regels opgenomen in het BW. Brussel I-bis is daarna
van toepassing na Brussel I. Rome I, Rome II en Brussel I-bis staan met elkaar in verband. Gelijke
termen moeten gelijk geïnterpreteerd worden. Omdat het Weens koopverdrag materiele
rechtsregels bevat is het ook mogelijk dat dat recht als toepasselijk wordt aangewezen.
II. Toepassingsbereik EVO/Rome I
❑ Materieel:
o Verbintenissen uit overeenkomst (in burgerlijke en handelszaken) – art. 1 lid 1
EVO/art. 1 lid 1 Rome I
“in burgerlijke en handelszaken alleen in Rome I te vinden. Term verbintenis
uit ovk kunt aangehaakt worden bij uitspraken van HvJ. Verbintenis uit ovk =
vrijwillige aangegane verbintenis jegens een andere partij. Hier zijn
uitzonderingen op (zie volgende sheet)
❑ Formeel:
o Universeel – art. 2 EVO/art. 2 Rome I
Recht dat wordt aangewezen niet het recht van een EU lidstaat hoeft te zijn.
Bij internationale bevoegdheid is dit anders waarin altijd een rechter van de
EU aangewezen wordt. Hiervoor maakt dat niet uit voor het bepalen van het
toepasselijk recht. Rechters van EU lidstaten passen dit toe want zij zijn
gebonden.
❑Temporeel:
o Overeenkomst gesloten tussen 1 september 1991 en 16 december 2009 – EVO (zie
art. 29 EVO + Trb. 1991, 109)
o Overeenkomst gesloten op of na 17 December 2009 –art. 28 Rome I
, Moment waarop een vordering wordt ingesteld is leidend voor het bepalen
van de bevoegdheid van de rechter
Voor de bepaling van het toepasselijk recht is dit het moment waarop de
ovk is gesloten
II. Toepassingsbereik EVO/Rome I – Uitsluitingen
Kwesties behorende tot het recht inzake vennootschappen, verenigingen en rechtspersonen -->
welke kwesties zijn dit dan? Wss interne organisatie van vennootschap. Arrest VKI/TVP waarin ook
de vraag aan de orde kwam: is een ovk die is gesloten in het kader van financieringcontructie
uitgesloten van de Rome I verordening? Nee zolang het gaat om de contractuele aspecten.
II. Toepassingsbereik EVO/Rome I – Art. 10:154 BW
“Op verbintenissen die buiten de werkingssfeer van de verordening «Rome I» en de terzake
geldende verdragen vallen en die als verbintenissen uit overeenkomst kunnen worden aangemerkt,
zijn de bepalingen van de verordening «Rome I» van overeenkomstige toepassing.”
Analoge toepassing
Beperkte reikwijdte
Materiële geldigheid van forumkeuzebeding
o Geen specifieke regeling --> daarom regeling van Rome I analoog toegepast
o Art. 10 Rome I
Wat dient er te gebeuren wanneer een onderwerp buiten de werkingssfeer van de Rome I valt?
Terugvallen op bepalingen van nationaal recht voor internationale gevallen. Art. 10:154 BW
III. Rechtskeuze – Ontwikkeling
Partijautonomie en rechtskeuzevrijheid: enkele kritische kanttekeningen
o Gaat hand in hand maar hoeft niet noodzakelijkerwijs zo te zijn. Waarom niet?
Partijautonomie en rechtskeuzevrijheid is vanzelfsprekend. Partijautonomie kan op
een aantal manieren worden gerechtvaardigd: in de regel zelf (positivistische
benadering --> regel is nu eenmaal partijautonomie en dat vindt zijn pendant in het
conflictenrecht). Kan ook dat partijautonomie een fundamenteel beginsel is en dat
daaruit vrijheid van keuze uit voortvloeit.
Hoge Raad 13 mei 1966, NJ 1967/3 (Alnati)
, o Definitief aanvaard dat een rechtskeuze, zowel de regelende als de dwingende
regels, als het aangewezen recht omvat en partijen in die zin vrij zijn om het
toepasselijke recht te kiezen. Inmiddels vergelijkbaar uitzichtpunt in considerans van
Rome I.
Considerans (11) Rome I:
“De vrijheid van de partijen om het toepasselijke recht te kiezen, moet de hoeksteen van het
systeem van collisieregels op het gebied van verbintenissen uit overeenkomst zijn.”
III. Rechtskeuze – Hoofdregel art. 3 Rome I
Internationaliteit (Art. 1 lid 1 Rome I)
o Geografisch
o Functioneel
Internationaliteitsvereiste niet terug te vinden in art. 3. moet sprake zijn van internationale
rechtsverhouding: geografisch (2 lidstaten of meer) of via aard van de rechtsverhouding
want het is mogelijk dat partijen in dezelfde staat gevestigd zijn en recht van een ander land
aanwijzen.
Statelijk recht/niet-statelijk recht (art. 3(1) Rome I)
o Considerans (13): “Deze verordening laat onverlet dat partijen in hun overeenkomst
een niet-statelijk recht of een internationale overeenkomst kunnen opnemen, door
verwijzing ernaar.”
Partijen kunnen niet-statelijk recht kiezen, bijv. Weens Koopverdrag, maar
dat zal de ovk nooit volledig beheersen maar in plaats daarvan zal dat in
aanmerking moeten worden genomen. Niet-stateljk recht vormt aanvulling.
o Zelf toepasselijk recht kiezen. Statelijk recht als niet-statelijk recht.
Uitdrukkelijk/stilzwijgend (art. 3(1) Rome I)
o Uitdrukkelijke clausule bijvoorbeeld
o Stilzwijgend: uit omstandigheden van het geval.
Geheel/gedeeltelijk (art. 3(1) Rome I)
o Rechtskeuze kan geheel of gedeeltelijk zijn
o Depeserende rechtskeuze --> verschillende onderdelen van de ovk verschillend recht
wordt verklaard --> gedeeltelijk dus
Tijdstip (art. 3(2) Rome I)
o Kan bij sluiten van ovk toepasselijk recht aanwijzen maar kan ook in lopende
procedure
Bestaan, materiële/formele geldigheid (art. 3(5); 10; 11 Rome I)
III. Rechtskeuze – Beperkingen
1. Alle overige aanknopingspunten in ander land dan het land waarvan het recht is gekozen
1.1. Dwingende regels van het objectief toepasselijke recht onverlet (Art. 3 lid 3 Rome I)
1.2. Stel 2 partijen kiezen van toepassing voor Chinees recht voor een ovk die niks met
China te maken heeft, kan die keuze niet afbreuk doen aan dwingende regels van
het objectief toepasselijke recht. Partijen kunnen niet afwijken van bijvoorbeeld NL
recht.
2. Alle overige aanknopingspunten in EU-lidstaat of lidstaten
2.1. Dwingende regels van Unierecht onverlet m.i.v. omgezette Richtlijnen (Art. 3 lid 4
Rome I)
2.2. Mag rechtskeuze geen afbreuk doen aan dwingende regels van unierecht waarvan
inbegrip van richtlijnen.
3. Consumenten-, arbeids-, vervoers- en verzekeringsovereenkomsten
3.1. Beperking rechtskeuzevrijheid (art. 5-8 Rome I)
3.2.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mitchelwelling. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,39. Je zit daarna nergens aan vast.