100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Opleiding Fysio - Fysiologie leerdoelen samenvatting semesters 1 t/m 4 €8,44
In winkelwagen

Samenvatting

Opleiding Fysio - Fysiologie leerdoelen samenvatting semesters 1 t/m 4

3 beoordelingen
 371 keer bekeken  1 keer verkocht

Samenvatting van uitgewerkte lesdoelstellingen van alle Fysiologie lessen uit semester 1 t/m 4 van de bachelor opleiding tot fysiotherapeut aan Thim van der Laan. Aan bod komen onder meer de fysiologie van grondmotorische eigenschappen en de weefsels in het menselijk lichaam - zowel de opbouw als...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 7 jaar geleden

Voorbeeld 6 van de 113  pagina's

  • Onbekend
  • 18 april 2017
  • 19 april 2017
  • 113
  • 2014/2015
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (27)

3  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: ks28 • 7 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: Rbee • 7 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: yaseengulzar • 6 jaar geleden

avatar-seller
ErikStout
Thim van der Laan Internationale Hogeschool voor Fysiotherapie
• Leerdoelen Fysiologie (‘Share’ programma)
• Semester 1 t/m 4 (2012 – 2014)
Dit document bevat de uitgewerkte leerdoelstellingen van alle OAC lessen Fysiologie (theoretische
kennis) uit semester 1 t/m 4. Deze leerdoelstellingen bevatten de stof voor de HOK (theorie)
tentamens en bieden theoretische onderlegging voor de VDH, HOC en PAS tentamens gedurende de
opleiding.

Proef HOK tentamens worden in een apart document aangeboden.

Middels snelkoppelingen kan snel worden genavigeerd tussen de inhoudsopgave en de inhoud.

Gebruikte afkortingen:

PT = Patient
FT = Fysiotherapeut
KIM = Keep In Mind notitie
Fys.i.o. = Fysiotherapeut in opleiding

Feedback kun je mailen naar: enstout@gmail.com.
Veel plezier en succes met je studie!
Erik N. Stout BSc

Inhoudsopgave
Thema 1

• Week 2 Uithoudingsvermogen (UHV)
Terminologie
• Week 3 Trainingsleer en UHV
Terminologie
• Week 5 Cardiorespiratoire aanpassing aan training
Terminologie
• Week 6 Het cardiovasculair systeem + spier- en bindweefsel
Terminologie

Thema 2

• Week 1 Centraal zenuwstelsel (CZS)
Terminologie
• Week 2 Bewegingsregulatie
Terminologie
• Week 4 Celfysiologie en homeostase
Terminologie
• Week 6 Spierfysiologie
Terminologie
1
Terug naar Boven

,Thema 3

• Week 1 Bindweefsel algemeen
Terminologie
• Week 2 Bot: ontstaan en groei
Terminologie
• Week 3 Botherstel
Terminologie
• Week 4 Kapsel, Ligamenten, Pees- en Spierbindweefsel
Terminologie
• Week 5 Kraakbeenherstel
Terminologie
• Week 6 Pijn I: Hyperalgesie en Pijnmodulatie
• Week 7 Pijn II: Hyperalgesie en Pijnmodulatie

Thema 4

• Week 3 De actiepotentiaal
• Week 4 Neuromusculaire aansturing
• Week 5 Neuromusculaire aanpassing aan training

Thema 6 (PathoFysiologie)

• Week 1 Impingement Schouder & Fysiologische fasen van bindweefselherstel
diagnostiek
• Week 2 Frozen Shoulder, AC problematiek & Glenohumerale instabiliteit
diagnostiek
• Week 3 Peesklachten als gevolg van overbelasting - diagnostiek
• Week 5 Stress: Structuren van het stressregulatiesysteem; effecten van stress,
De functie van Slaap - diagnostiek
• Week 7 Stress & Chronische Pijn: Functies en fysiologische werking van alle onder-
delen van het stressregulatiesysteem en welke daarvan bijdragen aan het
tot stand komen van chronische pijn – diagnostiek (& prognostiek)

Thema 7 (FysioNeurologie)

• Week 1 Lokalisatie van de hersenfuncties
Terminologie
Verwerkingsopdrachten
• Week 1 Verstoorde aansturing – CVA Immobilisatiefase
Terminologie
• Week 2 Modellen Centraal Zenuwstelsel (CZS) & Herstelvermogen
Terminologie
• Week 3 Cognitieve stoornissen na CVA
Terminologie
• Week 4 Sensorische en Motorische banen & Hersenzenuwen
Terminologie
2
Terug naar Boven

,• Week 5 Parkinson
Terminologie
• Week 5 Parkinson & Parkinsonismen I
Terminologie
• Week 6 Parkinson & Parkinsonismen II
Terminologie
• Week 7 Multiple Sclerose (MS), Myasthenia Gravis & Guillain Barre
Terminologie

Thema 8

• Oncologie Het gastro intestinale stelsel (tractus digestivus)
• Hartrevalidatie Het cardiovasculair systeem
Terminologie
• COPD I Het respiratoir systeem I
Terminologie
• COPD II Het respiratoir systeem II
Terminologie
• Reuma Chronische pijn en segmentale disregulatie
Terminologie
• Geriatrie Veroudering
Het urinestelsel en Geriatrie




3
Terug naar Boven

,Thema 1

Lesdoelstellingen Week 2: Uithoudingsvermogen

• Beschrijf de verschillende vormen van uithoudingsvermogen en waar deze van afhankelijk zijn.
o Aeroob; dit is afhankelijk van de hoeveelheid zuurstof. D.m.v. het aerobe UHV kun je
activiteiten lang (makkelijk) volhouden (bijv. wandelen).
o Anaeroob; dit is afhankelijk van de hoeveelheid glucose (suikers). D.m.v. het anaerobe UHV
kun je korte explosieve (maximale) krachtsinspanningen leveren.

• Leg het proces waarbij energie vrijkomt uit.
o ATP is energieleverancier van het lichaam. Dit kan op verschillende manieren aangemaakt
worden:
* Via de fosfaatgroep; het ontbinden van P van Creatinefosfaat levert met ADP weer ATP op;
* Via de Anaerobe glycolyse wordt er ATP uit glucose gemaakt  omdat er te weinig zuurstof
is ontstaan er nevenproducten (lactaat en H+).
* Verder kan ATP vrij gemaakt worden via de aerobe glycolyse; d.w.z. dat glucose met
zuurstof wordt afgebroken waarbij veel ATP vrij komt.

• Geef een uitgebreide beschrijving van de anaerobe energiesystemen die ons ter beschikking
staan en wanneer deze aangewend worden.
o Fosfaatpool, direct beschikbaar maar snel uitgeput.
o Directe ATP voorraad, direct beschikbaar maar ook snel uitgeput.
o Anaerobe glycolyse, snel beschikbaar en minder snel uitgeput. Deze manier levert echter wel
verzuring op waardoor na een tijdje de intensiteit omlaag moet.

• Geef een uitgebreide beschrijving van het aerobe energiesysteem, de maximale
zuurstofopname en waardoor deze beïnvloed wordt.
o Het aerobe systeem komt langzamer op gang dan de anaerobe systemen. Aan het begin van
een inspanning levert dit systeem weinig energie maar na verloop van tijd (ongeveer 2
minuten) komt het goed op gang en kan het tot redelijk hoge inspanning voldoende ATP
vrijmaken.
Bovendien: Hoe hoger de maximale zuurstofopname, hoe hoger het uithoudingsvermogen!

Terminologie

ATP AdenosineTriPhosfaat (energie)
ATP-ase enzym waarmee ATP in ADP wordt omgezet
Hydrolyse Hydrolyse van bi- en polysacchariden geeft uiteindelijk monosachariden
(suiker)
Aeroob met zuurstof
Anaeroob zonder zuurstof
Anaeroob alactisch zonder zuurstof en zonder melkzuur
Anaeroob lactisch zonder zuurstof met melkzuur
Creatinephosfaat kan een phosfaatgroep afstaan aan ADP zodat ATP ontstaat
Creatinekinase enzym dat zorgt voor de regeneratie van creatinephosfaat
Fosfaatsysteem energie die snel beschikbaar is, dus de ATP voorraad en de
creatinefosfaatpool
Anaerobe glycolyse vorm van glycolyse waarbij er geen zuurstof gebruikt wordt
Melkzuursysteem deel van de glycolyse waarbij er melkzuur wordt gemaakt

4
Terug naar Boven

,Melkzuur ontstaat bij anearobe glycolyse
Lactaat lichaamseigen stof; levert energie aan skeletspieren tijdens zware inspanning
Oxidatie chemisch proces als gevolg van reactie met zuurstof
Maximale O2 opname maximale hoeveelheid zuurstof die per minuut kan worden opgenomen
VO2 max maximale zuurstofopname
Vascularisatie het ontstaan van meer kleine bloedvaten in de spier door training
Myoglobine zuurstofbindend eiwit wat in de spier voorkomt. Zorgt voor zuurstoftransport
tussen celmembraan en mitochondriën.
Mitochondria energiecentrales van de cel, zorgen voor de citroenzuurcyclus en oxidatieve
fosforylering  maken ATP’s (‘ATP fabriekjes’)
Cardiovasculairsysteem hart- en vaatsysteem
Spieruithoudingsvermogen wordt bepaald door vascularisatie, hoeveelheid mitochondriën
Spiervezeltype type 1 vs type 2 (tonisch / fasisch)

Lesdoelstellingen Week 3: Trainingsleer en Uithoudingsvermogen (UHV)

• Benoem de energiewaardes van voedingsstoffen en leg uit wanneer deze voedingsstoffen de
grootste bijdrage leveren aan de levering van energie.


Energie
(kCal/gr)

Vet 9

Glucose 4

Eiwit 4

Alcohol 7

Bij activiteiten met lage intensiteit levert vet de meeste energie. Bij verhoging van de intensiteit van
de inspanning wordt er steeds meer glucose (suikers) verbrand. Alcohol wordt alleen verbrand als dit
aanwezig is en eiwitten worden alleen verbrand als de glucose op is en de inspanning te intensief is
om vetten te verbranden (bijv. een lange sprint). Want: Glucose: 1L O2 ⇒ 5.05 kcal
Vetzuren: 1L O2 ⇒ 4.69 kcal

• Beschrijf wat wordt bedoeld met de anaerobe drempel.

Het punt waarop het lichaam bij een inspanning (bijvoorbeeld fietsen tegen de wind in) van aerobe
glycolyse (verbranding van suikers met O2) overgaat naar anaerobe glycolyse (splitsing van suikers in
melkzuur zonder tussenkomst van zuurstof (bron: wikipedia).

• Beschrijf het herstel van de verschillende energiesystemen nadat deze gebruikt zijn.

ATP poel wordt na inspanning zo snel mogelijk weer helemaal aangevuld voor direct gebruik.
Creatinefosfaat is na inspanning uitgeput. Deze wordt ook zo snel mogelijk aangevuld.



5
Terug naar Boven

, Door gebruik van het anaerobe systeem ontstaat een zgn. ‘zuurstofschuld’ die na de intensieve
inspanning afgelost moet worden. Je ademhaling blijft hoog en de ATP poel wordt weer aangevuld.

Je moet met deze kennis een simpel trainingsschema kunnen opzetten om het (an)aerobe
uithoudingsvermogen te verbeteren.

• Wat zijn de effecten van warming up, cooling down en rekken?

Effecten van een warming up
• Lichaamstemperatuur neemt toe
o Verhoging van de bloedsomloop en zuurstofvoorziening naar het spierweefsel
o Verbeterde spierwerking
• Spierspaning neemt toe

Effecten van een cooling down
• Lichaamstemperatuur en spierspanning nemen geleidelijk af
o Er is een snellere verwijdering van melkzuur en andere reststoffen
o Activiteit van de spierpomp bevordert de veneuze terugstroom naar het hart

Effecten van rekken
• Statisch / dynamisch
• Statisch rekken voor inspanning:
o Zorgt voor een grotere bewegingsuitslag, MAAR:
 Vermindert explosiviteit
 Vermindert de te leveren kracht
 Vermindert het spieruithoudingsvermogen
 Verkleint de kans op blessures niet
• Met andere woorden: Vooraf rekken werkt NIET prestatieverhogend!

• Wat wordt bedoeld wordt met de ‘grondmotorische eigenschappen’?

• Uithoudingsvermogen
• Kracht
• Snelheid
• Lenigheid
• Coördinatie

• Benoem de verschillende trainingsprincipes en leg uit hoe ze werken.

1. Overload
Verstoring , Belastbaarheid ↑
Kracht
1. Groter dan 50% F max
2. VO2-Max
3. Groter dan 50% VO2max

6
Terug naar Boven

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ErikStout. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,44. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 53340 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€8,44  1x  verkocht
  • (3)
In winkelwagen
Toegevoegd