11, HET LYMFESTELSEL EN DE
AFWEER
Lymfestelsel bestaat uit twee delen
1. Netwerk lymfevaten
2. Lymfeklieren en lymfatisch organen
Lymfevaten
Lymfevaten liggen tussen losmazig bindweefsel (tussen de cellen) & haarvaten
(capillairen). In de ruimte tussen bindweefselcellen (interstitiële ruimte) zit
weefselvocht uit haarvaten, dit wordt opgenomen en afgevoerd door lymfevaten, vanaf
dan heet het lymfe. Lymfevaten hebben kleppen en stroomt alleen richting het hart.
Lymfe wordt verplaatst door ‘pompende’ beweging lichaam. Rechterhelft lymfestelsel:
van rechter arm, borstholte & rechterkant hoofd. Linkerhelft lymfestelsel is de rest van
het lichaam. Lymfeoedeem=vochtophoping in weefsels.
Lymfeklieren
Spelen een grote rol in afweer en immuunsysteem. Lymfe wordt gefilterd door
lymfeklieren -grote groepen lymfeklieren zijn lymfeknopen (hals,oksel,lies)- in
lymfeklieren zitten macrofagen (cellen met veel lysosomen) ze eten bacteriën, virussen
en andere vreemde stoffen. Ook bevatten de klieren lymfocyten. Als Lymfocyten en
macrofagen actief iets opruimen heb je wel eens opgezette lymfeklieren.
Organen en structuren uit lymfatisch weefsel
- Beenmerg: rode en witte bloedcellen (betrokken bij afweersysteem). Specifiek
type witte bloedcellen: B- en T-lymfocyt. B-lymfocyten ontwikkelen zich verder
in het beenmerg.
- Milt: veel B- en T-lymfocyten bevinden zich daar. En fagocyten. Ze filteren
stoffen uit het bloed. Milt breekt ook versleten rode bloedcellen af. Ook een
functie van de milt is dat hij dient als bloedreservoir.
Zwezerik (thymus): leer T-lymfocyten, cellen te onderscheiden. Als kind is die
actiever dan bij volwassenen
- Amandelen: keelamandelen (tonsillen), neusamandelen (adenoïd). Kunnen
operatief worden verwijderd door KNO
- Platen van Peyer: laatste deel dunne darm, wand blindedarm. Veel B&T
lymfocyten en macrofagen
MALT (mucosa geassocieerd lymfoïde weefsel), beschermt bovenste luchtwegen
en spijsverteringskanaal tegen binnendringers
, Het afweersysteem
Eerste afweerlinie (aangeboren afweer)
- Huid Intacte huid- barrière
- Slijmvliezen Zuurlaagje- uitscheidingsproducten zoals zweet en talg
- Afscheidingsproducten van (lagen PH)
de huid Slijmvliezen- barrière
Slijm- vangt ziekteverwekkers op
Tweede afweerlinie
Neusharen- filteren ziekteverwekkers en deeltjes in lucht
(aangeboren, aspecifieke Trilharen- voeren slijm af
afweer) Vagina- zuur milieu remt groei bacteriën/schimmels af
Tranen – bevochtigen en reinigen ogen
Speeksel- bevochtigend & breekt ziekteverwekkers af
Maagzuur- vernietigd ziekteverwekkers
- Fagocyten ‘eten’ ziekteverwekkers op. Macrofagen dragen ook aan immuunrespons bij.
- NK (natural-killer cel), doden kankercellen en viruscellen
- Ontstekingsreactie voorkomt voor verspreiding, zorgt voor ziekteverwekkers en het dode weefsel
wordt opgeruimd, bevordert weefselherstel. (roodheid, warmte, pijn, zwelling, functieverlies)
- Koorts, hoge lichaamstemperatuur, vertraagt vermenigvuldiging bacteriën. veroorzaakt door
pyrogenen
- Antimicrobiële eiwitten.
Complementeneiwitten, plasmaeiwitten die micro-organismen afbreekt en fagocytose
bevorderd, door zich aan oppervlak van micro-organisme te hechten. Ze maken
ontstekingsreactie sterker
Interferonen, worden afgegeven door virus geïnfecteerde cellen stimuleren en NK- cellen hun
werking
Vloeistoffen met zuren PH, normaal remmen ze groei van bacteriën, Bij urinewegen spoelt urine
weg.
Het verworven afweersysteem (specifiek)
Om de infectie te kunnen overwinnen. Lymfocyten
- Is antigeen specifiek; herkent afzonderlijke soorten Antistoffen
Ziekteverwekkers of kankercellen en reageert hierop Macrofagen en andere
- Is systematisch; geld voor hele lichaam, niet per se antigeen presenterende
een plaats cellen
- Geheugen, dus als de ziekteverwekker voor de 2e keer
Komt , wordt die sneller uitgeschakeld
2