Complete samenvatting van de lesbrieven 'Crisis', 'Geldzaken' en 'Vervoer' (Economie, Havo-niveau). Bevat SE-stof die eveneens op eindexamens gevraagd wordt.
De kredietcrisis begon in Amerika. De banken gaven Hypothecaire leningen uit aan mensen die deze
lening en de rente, die ook steeg, niet meer terug konden betalen. Deze mensen leverden hun huis in,
zo kwam er een overschot aan huizen op de markt. Terwijl de vraag naar huizen afnam door de hoge
rentes. Banken leden hierbij grote verliezen en dit had 3 gevolgen;
1. Banken gingen failliet of werden voorzichtiger in het uitlenen van geld. Dit maakte dat er minder
geld in omloop was Mensen minder te besteden hadden Mensen minder kochten
Minder producten Daling werkgelegenheid.
2. Het consumentenvertrouwen nam af. Mensen gaven minder geld uit omdat werkloosheid groter
werd Productie nam af Werkloosheid nam toe.
3. Aandelen werden minder waard. Mensen zagen hun aandelen alleen maar dalen en dalen, zo
daalde ook het consumentenvertrouwen.
Begrippen:
- Reële economie: (Maak economie) Het deel van de economie waar het gaat om de productie
van goederen en diensten.
- Stoffelijk: Iets wat je kan aanraken (Product)
- Onstoffelijk: Iets wat je niet kan aanraken (Dienst)
- Koopkracht: Hoeveel goederen en diensten je kunt kopen van je inkomen
- Consumeren: Het kopen van producten voor de behoeftebevrdiging
- Investeren: Het aanschaffen van goederen en diensten door bedrijven, om er mee te
produceren
- Schaarste: Als er een offer of inspanning moet worden geleverd om het product te
kunnen produceren
- Vrije goederen: Goederen waar geen schaarse middelen voor worden opgeofferd
- Opofferingskosten: De opbrengste van het beste, niet gekozen, alternatief
- Alternatief aanwendbaar: Middelen die je voor meerdere zaken kunt gebruiken (Geld, tijd producten)
, H2
- Nominale waarde: De waarde die op de munt of het briefje staat
- Intrinsieke waarde: De waarde van het materiaal waarvan de munt of het briefje is gemaakt
- Chartaal geld: Munten en bankbiljetten
- Giraal geld: Het virtuele geld op je bankrekening
- Funncties van geld; - Ruilmiddel: Je kunt er mee betalen
- Rekenmiddel: Je kunt er de waarde van goederen en diensten vastleggen
- Spaarmiddel: Je kut het tijdelijk bewaren
- Arbeidsproductiviteit: De productie per persoon per tijdseenheid
- Directe ruil: Het ruilen van goederen
- Transactiekosten: Alle kosten die samenangen met het tot stand komen en afwikkelen van een
ruil
- Optimale verdeling: De beste verdeling binnen de gegeven mogelijkheden
- Absoluut voordeel: Als je voor iets minder uren nodig hebt dan iemand anders
- Comperatief voordeel: Als je in alle taken slechter bent dan iemand anders, maar in een van de
taken minder slecht dan de anderen dan heb je in die taak een comperatief
voordeel.
- Maatschappelijke geldheveelheid: Al het geld in handen van het publiek. (chartaal en giraal)
- Rekeningcouranttegoed: Het girale geld in handen van het publiek
- Liquiditeitspercentage: De verhoudingen tussen Rekening-couranttegoeden en het
liquiditeitspercentage. Formule: Liquide middelen van een bank
Rekening-couranttegoeden x 100%
- Koopkracht: Hoeveel goederen en diensten je kunt kopen van je inkomen.
- Consumentenvertrouwen: Het vertrouwen en de verwachtingen van de consumenten ten aanzien
van de ontwikkeling van de economie.
- Welvaart : Hoe goed je je kunt voorzien in je behoeften.
- Verborgen verbeken: Gebreken, die je niet tot nouwelijks ziet, aan een product wat je koopt.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sblank428. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.