Anatomie in VIVO leerjaar 1
1. De docent benoemt 2 perifere zenuwen. Van elke zenuw benoemt de student de
spieren die door de zenuw worden geïnnerveerd. De docent kiest hiervan bij
beide zenuwen 1 spier (die geïnnerveerd wordt door de betreffende zenuw). Vervolgens
palpeert de student deze (door de docent gekozen) spieren en benoemt origo en
insertie.
●N. medianus
Niveau: C6-Th1
Palpatie:
Oksel: direct achter coracobrachialis in abductiestand van 90˚
Bovenarm: sulcus bicipitalis medialis naast arterie brachialis
Elleboog / Fossa cubiti: mediaal van biceps is de a. brachialis, mediaal daarvan is de n. medianus
Pols: tussen m. flexor carpi radialis en palmaris longus
Spieren:
Directe musculaire takken:
- Pronator teres
Origo: humeruskop: epicondylus medialis humeri, ulnakop: processus coronoideus ulna (zit op radius
en ulna vast)
Insertie: laterale radius
Functie: elleboog: lichte flexie, onderarm: pronatie.
Palpatie: net boven flexor carpi radialis en elleboogplooi voel je de spier aanspannen bij pronatie.
- Flexor carpi radialis
Origo: mediale epicindyl
Insertie: basis van het 2e middenhandsbeentje (carpalen)
Functie: pols: flexie en abductie van de hand
Palpatie: flexie van de pols, vingers niet buigen. Weerstand op de handpalm.
,- Palmaris longus
Origo: epicondylus medial humerus
Insertie: palmaire aponeurose
Functie: elleboog: lichte flexie, pols: flexie, verstrakt de palmaire aponeurose
Spier loopt naast flexor carpi radialis, aan de mediale kant. 30% heeft deze spier niet!
Palpatie: vingers bij elkaar brengen en dan flexie van de pols, of vuist maken.
- flexor digitorum superficialis
Origo: humeruskop: epicondylus medialis, ulnakop: processus coronoideus
Insertie: zijkanten van de middenkootjes van de 2e t/m 5e vinger
Functie: elleboog: lichte flexie, pols, MCP en PIP van de 2e t/m 5e vinger: flexie
Palpatie: ligt onder profundus. Pols op tafel -> flexie vingers. Weerstand net onder de vingertoppen,
hand plat op de tafel, dan flexie maken.
Musculaire taken van de interosseus antebrachii anterior
- pronator quadrates
Origo: distaal kwart van de ulna
Insertie: distaal kwart van de radius
Functie: hand pronatie (articulation radioulnaris, distalis: stabilisatie)
- flexor pollicis longus
Origo:capitatu 2e en 3e metarcarpaal
Insertie:base van proximale falanx van duim
Functie:opponeren duim (flexie, adductie en adductie duim)
,- flexor digitorum profundus
Origo: ulna (twee derde deel) en membrane interossea. Mediale epicondyl.
Insertie: eindkootjes van de 2e t/m 5e vinger
Functie: pols, MCP,PIP en DIP van de 2e t/m 5e vinger: flexie
Palpatie: uiterste puntje vingers, flexie van vingertoppen. Daar weerstand geven.
Thenarmusculaire
tak
- abductor pollicis brevis
Origo: os scapoideum en os trapezium, retinaculum flerorum manus
Insertie: duim
Functie: CMC van de duim: abductie
- flexor pollicis brevis
Origo: caput superficiale: flexor retinaculum, diepe kop: trapezius, trapezoid en capitatum
Insertie:Base van proximale falanxe van de duim
Functie: flexie en abductie
- opponens pollicis
Origo:capitatum 2e en 3e metarcarpaal
Insertie: base van proximale falanx van de duim
Functie:opponeren van de duim
Musculaire takken van de digitales palmares communes
- 1e en 2e lumbricales
1e:
Origo: pezen van de flexor digitorum profundus, insertie: 2e vinger
2e:
Origo: pezen van de flexor digitorum profundus, insertie: 3e vinger
, ●N. Radialis
C5-Th1
Palpatie:
Bovenarm: lijn van tub. deltoideus naar epicondylis lateralis - grens bovenste en middelste 3e, distaal
van caput lat. triceps in de sulcus
Elleboog: elleboogplooi - ulnair van m . brachioradialis, palpabel tot aan m. supinator
Pols: in de sniffbox
Spieren:
Musculaire takken:
- brachialis
Origo: humerus (helft van ventrale opp.)
Insertie: tuberositas ulna
Functie: flexie elleboog
- triceps brachii
Origo:
Lang kop (caput longum): infraglenoidale tuberculum van het scapula.
Lateral kop (caput laterale): rugzijde aan proximaal gedeelte van humerus. Dorsale humerus,
proximaal van de fossa radialis; septum intermusculare brachii laterale.
Mediale kop (caput mediale): rugzijde aan distale gedeelte van humerus. dorsale humerus,
distaal van de fossa radialis; septum intermusculare brachii mediale.
Insertie: olecranon van de ulna
Functie: Alle koppen: extensie van elleboog
Lange kop(caput longum): extensie schouder en adductie van de schouder.
Palpatie: patient op de buik liggen, ene arm langs de bank (dus elleboog tegen de zijkant van de
bank, weerstand bieden bij de onderarm, vraag de patient extensie elleboog, dus arm horizontaal.
Supinatie en ontspannen, supinatie en ontspannen etc.
- anconeus
Origo: epicondylus lateralis humeris
Insertie: olecranon van de ulna
Functie: extensie van de elleboog en straktrekken van het ellebooggewricht
Palpatie: basis van je vingers op laterale epicondyl, naar olecranon dan tegen weerstand extensie
vragen.