Werkgroepen sociaal recht 2013 Vrije Universiteit
Werkgroep 1 + uitdeelcasus Sociaal recht 2013
Casus 1
Ko van Dijk is vanaf 1985 werkzaam geweest als controller bij de soepfabriek Grinz. Hij
verdiende laatstelijk een salaris van € 3000,- per maand. Op 15 juni 2009, een week voor
Van Dijk met vakantie zal gaan, deelt zijn chef hem mede dat met ingang van 1
september 2009 de functie van controller ten gevolge van een interne reorganisatie zal
komen te vervallen. Voor Van Dijk is een plaats beschikbaar bij de administratie. Zijn
inkomen zal in die nieuwe functie voorlopig niet anders zijn. Alleen bij toekomstige
algemene loonsverhogingen zal Van Dijk’s salaris ‘bevroren’ zijn tot hij het (lagere) peil
van de toekomstige functie zal hebben bereikt. Van Dijk is woedend en weigert met de
functiewijziging in te stemmen.
a. Onder welke omstandigheden en onder welke voorwaarden kan een werkgever
een werknemer verplichten tot het verrichten van andere arbeid dan voorheen?
De eerste stap die je altijd moet zetten is kijken of er sprake is van een
arbeidsovereenkomst. Dit doe je door te kijken naar wat de bedongen arbeid inhoudt en of
hier sprake van is. Soms kan de bedongen arbeid heel erg breed zijn, in de sportschool zie
je bijvoorbeeld dat iemand de ene dag fitnessles geeft en de volgende dag helpt met
schoonmaken. Belangrijk is dat je kijkt naar de instructiebevoegdheid van de werkgever
ten aanzien van de bedongen arbeid (7:660 BW).
De casus is gericht op het eenzijdige wijzigingsbeding (7:613 BW). Eigenlijk is het niet
eenzijdig omdat er nog steeds sprake is van aanbod en aanvaarding, maar in de praktijk en
uit deze casus blijkt dat er voor de werknemer eigenlijk geen andere keuze is dan
aanvaarden. Dit artikel kan alleen worden toegepast als er sprake is van een zwaarwegend
belang van de werkgever.
Toepassen
Bedongen arbeid: het uitvoeren van controles
We moeten vervolgens kijken naar twee arresten, te weten Taxi Hofman/Lely en
Mammoet/Stoof.
Eisen:
- Gewijzigde omstandigheden
- Redelijk voorstel, dit hangt samen met de gewijzigde omstandigheden en de belangen
van de werknemer. Dit element is in het arrest Mammoet/Stoof iets afgezwakt.
- Tenzij clausule. Te denken valt aan lastige situaties in de privésfeer. Zo kan een
alleenstaande ouder niet werken op een tijdstip dat het kind naar school moet worden
gebracht. Dit moet je dus beoordelen aan de hand van maatstaven van redelijkheid en
billijkheid.
- We hebben nu het kader van het goed werknemerschap.
,Stel dat Grinz Van Dijk naar aanleiding van zijn weigering op non-actief stelt.
b. Is de werkgever loon verschuldigd over de periode dat Van Dijk niet werkt? Is
bij het antwoord op deze vraag van belang of Van Dijk goede gronden had om
ander werk te weigeren?
De hoofdregel is dat er geen loon verschuldigd is als er geen bedongen arbeid is
geleverd (7:627 BW).
Uitzonderingen hierop zijn als iets in de risicosfeer van de werkgever valt (7:628 BW)
of als er sprake is van een zieke werknemer (7:629 BW). Op artikel 7:628 zijn twee
uitzonderingen en die staan in de leden 5 en 7.
Schorsing en op non-actief stellen valt in de risicosfeer van de werkgever, we hebben
dus te maken met artikel 7:628 BW. Dit is bepaald in het arrest Van der Gunk/Vissers
(nr. 59). Loonbetaling is dus op grond van dit arrest wel verschuldigd.
Als de werkgever een redelijk voorstel heeft gedaan en de werknemer ondanks dit
passende voorstel weigert het werk te doen, dan is geen loon verschuldigd (7:611
BW). In geval van schorsing of non-actiefstelling zal de werknemer het voorstel
meestal niet redelijk achten.
c. Stel dat Van Dijk zich tegen de non-actiefstelling wil verzetten en feitelijke
tewerkstelling wil afdwingen, hoe moet hij deze vordering onderbouwen? Hoe
schat u de kans van slagen van zo’n vordering in?
Volgens de Hoge Raad is er geen recht op feitelijke tewerkstelling (arrest Achmesa),
dit kun je dus niet afdwingen. Lagere rechtbanken namen wel een recht op feitelijke
tewerkstelling aan, tenzij er een onwerkbare situatie is (dit laatste staat niet in het
boek).
Casus 2
Hans is sinds 1 april 2011 als verwarmingsmonteur 40 uur per week in dienst bij
loodgietersbedrijf Prut BV. Hij heeft een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd voor
de duur van zes maanden. Zijn loon bedraagt € 20 per uur.
Hans is een fanatiek bergbeklimmer. Tijdens de zomervakantie in de Alpen neemt hij
echter een onverantwoord risico door zonder zich te zekeren een ravijn te willen
overbruggen. Een val van dertig meter is het gevolg. Hans overleeft de val, maar houdt
daaraan ernstige rugklachten over.
a. Heeft Hans bij het voortduren van zijn ongeschiktheid recht op ziekengeld op
grond van de Ziektewet? Zo neen, waarom niet? Zo ja, vanaf welk moment?
Allereerst moeten we kijken naar artikel 7:629 BW. We moeten ook kijken naar de
artikelen 19 en 29 Ziektewet.
De vraag is of deze man recht heeft op doorbetaling van zijn loon of dat hij recht heeft op
een ziektewetuitkering. Beiden zijn het geval, zoals hieronder wordt uitgewerkt.
, Artikel 7:629
- Verhindering om de bedongen arbeid te verrichten (niet kunnen of niet mogen).
- Ten gevolge van ziekte, zwangerschap of bevalling
- Waarbij geen uitsluitingsgrond van toepassing is (lid 3).
De eerste zes maanden heeft Hans recht op doorbetaling van het loon op grond van 7:629
BW.
Ziektewet
Vraag 1: valt Hans onder de personele werkingssfeer van de Ziektewet? Hiervoor moet je
kijken naar de artikel 3, 4 en 5 van de Ziektewet. Kijk ook bij de WW en de WIA naar de
personele werkingssfeer.
Als een ziekte niet objectief bepaalbaar is, dan valt dit niet onder de ziektewetuitkering tenzij
er een zekere mate van objectief bepaalbare elementen aan de ziekte verbonden is (nr. 157).
Vraag 2: wanneer en hoe heeft Hans recht op de ziektewetuitkering?
Per 1 oktober 2011 heeft Hans recht op een ziektewetuitkering (artikel 29 lid 1 sub a
Ziektewet).
In deze casus moeten we ook nog kijken naar artikel 29 lid 2 sub c, de werknemer waarvan de
dienstbetrekking eindigt binnen 104 weken na de arbeidsongeschiktheid. Ook op grond van
dit artikel heeft Hans recht op een ziektewetuitkering.
In geval van eigen schuld heb je ook gewoon recht op doorbetaling van het
loon/ziektewetuitkering, pas in geval van opzet op de ziekte komt dit te vervallen. Op de
situatie van eigen schuld bestaan wel uitzoneringen, zoals neergelegd in het arrest Zutekouw/
Van Oort (nr. 166). Dit is het bovenwettelijke gedeelte.
Ga er vanuit dat Hans niet voor bepaalde tijd was aangenomen, maar een
onbepaaldetijd-contract had. De bedrijfsarts denkt dat Hans ondanks de rugklachten in
staat is om nog gedurende vier uren per dag werkzaamheden in het magazijn te
verrichten. Prut BV biedt hem ingaande 1 april 2012 dergelijke arbeid aan.
b. Welke mogelijke consequenties heeft een weigering van Hans om deze
werkzaamheden te verrichten voor zijn loonaanspraken jegens Prut BV?
Dit is artikel 7:620 lid 3 sub c. Hans kan het recht op doorbetaling van het loon verliezen,
tenzij er sprake is van het verrichten van passende arbeid (7:658 lid 4). Onder passende
arbeid wordt verstaan, alle arbeid die een werknemer kan verrichten op grond van zijn
krachten en bekwaamheden, tenzij aanvaarding van deze arbeid om geestelijke,
lichamelijke of sociale redenen niet van de werknemer kan worden gevergd. In deze casus
staat dat de bedrijfsarts Hans wel in staat acht om passende arbeid te verrichten. De
werkgever kan dus niet meteen het recht op loondoorbetaling stopzetten, omdat hij Hans
eerst in kennis moet stellen van die mogelijke beslissing, waardoor Hans de kans krijgt om
de passende arbeid te aanvaarden (7:629 lid 7 BW).
,Stel dat de pogingen tot re-integratie uiteindelijk niet succesvol zijn. Bijna twee jaar na
het ongeval stelt de arbeidsdeskundige van het UWV in het kader van de
arbeidsongeschiktheidskeuring voor de Wet WIA vast dat Hans met zijn beperkingen
bepaalde functies nog wel kan verrichten. De drie geselecteerde functies met de hoogste
loonwaarde zijn:
- Vertegenwoordiger technische producten 22 arb.pl. loon 18 euro per uur
- Artsenbezoeker/dierenartsbezoeker 14 arb.pl. loon 14 euro per uur
- Bouwkundig werkvoorbereider 20 arb.pl. 13 euro per uur
c. Komt Hans, ervan uitgaand dat de arbeidsdeskundige goed zijn werk heeft
gedaan, in aanmerking voor een uitkering op grond van de WIA?
Er zijn twee gevallen van arbeidsongeschiktheid.
Langdurige arbeidsongeschiktheid: 80% of meer arbeidsongeschikt en duurzaam
Gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid: 35% of meer arbeidsongeschikt en niet duurzaam
We moeten in deze casus kijken naar de verdiencapaciteit.
Langdurig: ikkomensvoorziening 75% van het maximum dagloon, artikel 47 en 51 WIA.
Gedeeltelijk: regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsongeschikten (WGA), artikel 54
WIA.
Varianten :
- Loongerelateerde uitkering (75%) (maandloon/inkomen) + de referte-eis, artikel 58
WIA.
- Als je hieraan niet voldoet, dan artikel 61 of 62 WIA.
Formule:
Maatmaninkomen – restinkomen : maatmaninkomen X 100%
Hans is voor 30 % arbeidsongeschikt (20-14/20 x 100).
Maatmaninkomen is 20. Restinkomen is 14 euro (zie art. 10 lid 1 onder b Schattingsbesluit)
Hans heeft geen recht op een WIA-uitkering want hij is maar voor 30% arbeidsongeschikt
en dat moet 35% zijn (artikel 5 WIA).
Uitdeelcasus
De 28-jarige Erwin werkt sinds 2005 als fotograaf voor De Lokroep, een plaatselijke
krant. Het is zijn eerste betaalde baan. Partijen hebben een schriftelijke
overeenkomst gesloten. In die overeenkomst zijn ondermeer de volgende bepalingen
opgenomen:
Artikel 1
a. De fotograaf dient vier dagen per week en een weekend per veertien dagen
beschikbaar te zijn. Hij is vrij in de wijze waarop hij de diensten verricht.
b. Met inachtneming van het bepaalde in het vorige lid behoudt de hoofdredacteur
de bevoegdheid om aanwijzingen inzake redactionele formule, wijze van planning
en aanlevering e.e.a. ter concretisering van de door de fotograaf te verrichten
werkzaamheden.
, c. De fotograaf maakt gebruik van zijn eigen camera en fotomateriaal.
Artikel 2
Het copyright van de foto’s welke de fotograaf in opdracht van de hoofdredacteur
maakt, blijft eigendom van de fotograaf. Foto’s in opdracht van de hoofdredacteur
zullen echter door de fotograaf niet binnen 24 uur na plaatsing in De Lokroep aan
derden ter beschikking worden gesteld, tenzij in overleg met de hoofdredacteur.
Erwin wordt betaald per gepubliceerde foto. Er is wel een afnamegarantie vastgesteld
van 1100 foto’s per jaar. Erwin stuurt De Lokroep maandelijks een factuur voor de
werkzaamheden tegen een vast bedrag. Hij draagt zelf BTW af. Aan het einde van het
jaar wordt een nacalculatie opgesteld, waarbij een afrekening wordt gemaakt. Jaarlijks
ontvangt Erwin ongeveer 40 000 euro van De Lokroep (dat is gemiddeld 160 euro per
dag en 20 euro per uur).
Betoog dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst.
Arbeidsovereenkomst 7:610:
- Persoonlijke arbeid
- Loon
- Gezagsverhouding
Groen/Schroevers:
Wat was de partijbedoeling?
Relevante omstandigheden? (Wel arbeidsovereenkomst)
Wijze van beloning en betaling, maandelijks een factuur, per betaalde foto,
afnamegarantie.
Mate van ondernemingsrisico, in casu laag, want een afnamegarantie
Doen van investeringen, eigen materiaal gebruiken
Het beschikken over eigen bedrijfsmiddelen, vereist: camera en materiaal
Duurzaamheid van de arbeidsprestatie, sinds 2005
De mate van zelfstandigheid, hij moet op aangewezen tijdstippen beschikbaar zijn.
Aanwijzingsbevoegdheid
Aard van de werkzaamheden
De mate van afhankelijkheid van de betreffende opdrachtgever, die is groot, gelet
op eerder genoemde omstandigheden, afnamegarantie, veel beschikbaar moeten
zijn.
, Werkgroep 2 (week 23) sociaal recht 2013
Casus 3
Naima is vanaf 4 september 2012 werkzaam als kantinemedewerkster bij Blauw, een
groot advocatenkantoor aan de Zuidas. Naima is onder andere verantwoordelijk voor
het bereiden van de verse salades en de biologisch belegde broodjes. In november 2012
overkomt haar een vervelend ongeval. Bij het schaven van de oude biologische
brandnetelkaas schiet zij uit en snijdt daardoor in haar duim. De kaasschaaf was slechts
enkele dagen geleden aangeschaft en was nog zeer scherp. Bij het ziekenhuis
aangekomen blijkt dat zij een zenuw in de radiaire zijde van haar duim heeft geraakt.
Naima werd direct na aankomst in het ziekenhuis geopereerd. Vast staat dat Blauw
Naima geen beschermende maatregelen heeft getroffen om snijwonden te voorkomen en
evenmin heeft gewaarschuwd voor de scherpe schaaf.
a. Naima vraagt zich af of zij Blauw kan aanspreken tot vergoeding van de door
haar geleden schade, wat de juridische basis van de eventuele vordering tot
schadevergoeding is en of op haar enige stelplicht- of bewijslast rust. Hoe
beantwoordt u deze vragen?
We moeten kijken naar artikel 7:658. De werkgever moet de werknemer beschermen tegen
gevaar. Er moet sprake zijn van schade en van een causaal verband tussen de schade en de
werkzaamheden die zijn uitgevoerd. De werkgever moet tevens aantonen dat hij aan zijn
verplichtingen heeft voldaan.
Artikel 7:658 lid 2 (bewijsplicht werknemer)
- Schade
- Gelden in de uitoefening van de werkzaamheden.
Tenzij:
- Voldaan aan zorgplicht (lid 1)
- Geen causaal verband
- Opzet en bewuste roekeloosheid
b. Blauw verweert zich tegen de vordering van Naima. Wat zou u namens Blauw
naar voren brengen?
Dat het een feit van algemene bekendheid is dat messen en ander keukengerei scherp kunnen
zijn en zeker wanneer dat keukengerei net nieuw is (arrest Laudy/Fair play, nr. 56). Een
werkgever hoeft niet te waarschuwen voor huis, tuin en keukengevaren, die vaak voorkomen
in de huiselijke sfeer.
Opzet of bewuste roekeloosheid bewijzen is moeilijk voor de werkgever. Arrest
Pollemans/Hoondert (nr. 34): van roekeloos handelen is pas sprake als de werknemer zich ook
daadwerkelijk bewust was van de gevolgen.