Chemisch en mechanisch finishing
Basistextiel 7
,Finishing
Betekenis - Het maakt niet uit welke finish je kijkt altijd naar de klanten. Wat ga je doen met de stof
om die te matchen met de wensen van de klant. Doek aanpassen aan de wensen van de
klant.
- Elke bewerking (met uitzondering van prepareren of verven) bij de vervaardiging van
textiel die het uiterlijk verbetert en/of nuttige eigenschappen aan het weefsel verleent.
Kan hetzelfde basisweefsel meerdere malen gebruiken voor marktveelzijdigheid.
- Indelen in categorieën
Esthetisch finish - - Esthetisch finish: kleur veranderen, verven, merceriseren, opruwen ( uiterlijk
functioneel veranderen) greep veranderen (zachter, harder…). Alles wat je aan je doek verandert
waardoor het er mooier uitziet (uiterlijk) en de greep (hard/zachtheid).
- Functioneel: winddicht, isolatie kan combinatie van esthetisch en functioneel.
Tijdelijke – permanente - Tijdelijk: water-vuil afstotende spray op schoenen chemische finish die tijdelijk is.
finish Wasverzachter; chemische finish die tijdelijk is.
- Permanent: vuilafstotend bij meubilair. Brandwerend. Kleur/verf. Permanente vouw in
broek.
, Mechanisch finishen
Mechanisch veredelen
Betekenis - Gebruik van machines. Je gebruikt fysische principes, zoals druk, wrijving, temperatuur of
spanning op de stof.
- Ook bekend als droog veredelen: proces is droog, geen vloeibare dingen nodig.
- Doel: functionaliteiten toevoegen of het uiterlijk of de hand van de stof te veranderen.
- Pressure rols: voeren bepaalde druk uit op textiel waardoor je het doek (stof) plet.
- Textureren: je brengt bepaalde structuur/reliëf aan op stof (vb golfstructuur op doek).
- Finish: waterafstotende finish chemisch. Kan mechanisch als je dicht op elkaar weeft
wordt waterafstotend en redelijk waterdicht.
- Fleece: harig, opgeruwd mechanisch.
- Synthetische stoffen en hitte gebruiken permanent effect
- 100% katoen/linnen/wol en hitte, druk… stof wassen effect weg
Effect permanent resin (hars) gebruiken stof door waterbak met resin in chemicaliën
opnemen verwarmingselement: stof droogt kalanderen verwarmen tot die temperatuur
totdat chemicaliën (resin) gaan binden met de stof. Temperatuur afhankelijk van resin =
Combinatie van mechanisch en chemische processen
Processen Kalanderen, schuren, ruwen, borstelen/krassen, scheren, drogen, dimensistabiliteit
Kalanderen
Kalanderen - Stof doorgeven tussen rollen (kalanders) om verschillende oppervlaktetexturen of effecten te
maken, zoals vloeiend, plat en reliëfoppervlakken.
- Toegepast om bijvoorbeeld de handgreep en de stof te verbeteren glans of om stoffen te
embossen (= ribbeleffect)
- Resultaten afhankelijk van: druk, temperatuur, snelheid, soort kalander en de volgorde van
deze kalanders.
- Na kalanderen meer glans toevoegen kan d.m.v.: polijsten (kalander sneller laten lopen dan
snelheid waar doek doorheen loopt), chemisch middel, verwarmen.
Factoren:
- Druk van kalanders: hoe meer of hoe minder druk geeft een bepaald effect.
- Temperatuur (sommige kalanders verwarmen), hete = effect extremer dan koude.
- Snelheid van doek: heel snel effect kort, korte druk. Langzamer meer resultaat.
- Snelheid kalander: (kalander draait mee met doek; zelfde snelheid), bv 1 van de kalanders
sneller laten lopen kalander loopt sneller dan doek waardoor polijst effect op doek ontstaat
(meer glans).
- Meerdere kalanders (volgorde) bepaald effect verkrijgen.
- Over kalanderen: te veel kalanders te veel druk, te veel hitte stof beschadigd.
Verschillende types:
Rol kalander - Stof passeert tussen minimaal 2 kalenders.
- Zacht tegen zacht: geen glans, mat, zacht.
- Hard (verwarmd) tegen zacht: Glanst. Garens in een platte vorm geplet
bekleding van stof neemt toe meer licht gereflecteerd. Geeft compacte/dichte
stof.
- Nooit 2 harde rollen: maakt stof kapot.
- Cambric: lichtgewicht, bijna plat geweven wollen of katoenen stof, lichte glans.
Gebruikt voor interieur en kleding.
- Batiste: platbinding, gemaakt van katoen, wol of polyester. Zeer dun en
lichtgewicht, maar niet transparant. Veel gebruikt voor voering en lingerie.
- Bovenste rol: metaal/staal = harde rol. Onderste rol: elastische rol = zachte rol, vaak gemaakt
van rubber/textiel aan buitenkant/papier waardoor het zachter is dan een
stalen rol.
Cambric Batsite
, Glazed/friction - Minimaal 3 kalenders met verschillende snelheden.
calander – - Wrijving, hitte en druk worden toegepast.
glans/chintz - Rol met hogere snelheid dan de stof polijst de stof (geeft glans)
kalander - Hard (verhit) tegen zacht: glanzend effect.
- Chintz: effen katoenweefsel met bloemmotief, geglazuurd met kalander
glanzende look.
- Gepolijst katoen: effen of satijn geweven katoenen weefsel, ook geglazuurd in een kalander.
- Toepassingen: gordijnen, jurken, bekleding, voering, etc.
- Rol Boven: zacht midden: metaal/hard onder: zacht.
- Meer wrijving, meer hitte (metalen kalander verwarmt), meer druk door
de meerdere kalanders.
Ciré kalanderen - Meer dan 3 kalanders. Hoe meer glans, hoe meer kalanders nodig zijn.
- Brengt meer wrijving, warmte en polijstmiddelen aan om een nog glanzendere stof te creëren
dan de glazen kalender.
- Meestal gedaan op katoen, polyester, nylon en mengsels.
- Thermoplastische stoffen worden matig waterafstotend als gevolg van afvlakking en
gedeeltelijke versmelting van de vezels.
- Ciré-stof: gemaakt door ciré-kalenders en creëert een wetlook.
- Polyester ripstop is vaak ook ciré gekalanderd.
- Meer hitte, meer wrijving, polishing agent toevoegen: chemisch goedje waardoor je nog meer
glans krijgt.
- VB: Wetlook jassen, oudoorkleding, parachutestof.
- Polyester ripstop: weefsel platbinding, om de 10 garens 2 garens samen die hetzelfde patroon
volgen ruit/raster in stof (rode afbeelding). Zorgt voor extra stevigheid.
- Altijd kalander proces nodig stof pletten, afhankelijk met hoeveel je
dat doet bepaal je dichtheid en hoeveelheid wind/lucht door doek komt.
-Hoe meer je kalandert, hoe platter de garens worden dichter op
elkaar winddicht, glanzen.
Embossed - 3D-ontwerp maken in de stof door tussen kalenders door te laten met een ontwerp met reliëf
calandering (reliëf en het patroon in de stof te duwen.
kalander) - Metalen kalender is gegraveerd met het reliëfontwerp en loopt als een negatief in de zachte
kalender.
- Harde en zachte rol. Zachte rol is rond en glad Moment dat harde rol in contact komt druk
je als het ware het patroon in de zachte rol
patroon druk je ook in stof.
Schreiner/silk - Gebruikt om een zachte glans op de stof te creëren (minder dan de hoge
calandering glazen kalender) en een zachtere hand.
- Metalen kalender: reliëf met zeer fijne diagonale lijnen, ongeveer 100 lijnen
per centimeter in een hoek van 26 graden.
- Geweven stoffen: meer textuur en beter laken.
- Gebreide stoffen: meer textuur en verbeterde hand.
- Toepassingen: satijn of poplin stoffen.
- Satijnen weefsels zijn al vlak, glad en glanzend vanwege de lange drijvers. Meestal gemaakt
van zijde of synthetische vezels.
- Poplin: weefsel met een platbinding met kruislings gewelfde ribben, omdat de inslagdraden
dikker zijn dan de kettinggarens. Gemaakt van vele vezels en verschillende soorten gewichten.
- Satijn: nog meer laten glanzen
- Laat doek voller lijken meer voor betalen (voller lijkt betere kwaliteit).
Moiré - Kalenders met reliëf van houtnerf.
calandering - Toegepast op synthetische, celluloseachtige en proteïnestoffen.
- Patroon: bedrukt op de drijvende inslaggarens en de glans wordt geproduceerd door de
divergerende reflectie van licht.
- Moiré = naam van weefsel met een typisch houtnerfoppervlak.