Dry Needling als interventie bij aspecifeee neeelachten:
Verminderd Dry Needling de functionele instabiliteit en
pijnelachten? Een case report.
Namen
Hogeschool Leiden, Fysiotherapie. Leiden, Nederland. Begeleider:
KEYWORDS Dry Needling, functionele instabiliteit, VAS, NDI, NBQ, aspecifeee neeelachten.
ABSTRACT:
Achtergrond: Dry needling is een relatief nieuwe behandelmethode waar nog weinig over de resultaten
bekend is bij de behandeling van aspecifeke nekklachten. Dit case report beschrijft de invloed van dry
needling bij een 54-jarige patiënte met aspecifeke nek- en schouderklachten.
Methode: De behandelepisode duurde 4 weken en er hebben 2 behandelingen plaatsgevonden die uit
dry needling bestond. Ter evaluatie is er gebruik gemaakt van een video- analyse, VAS-pijn, VAS-
stijfheid, BNQ, NDI, TSK en de PSK. Voor de eerste en na de laatste behandeling zijn deze
meetinstrumenten afgenomen.
Resultaten: Het verschil tussen het eerste en laatste bewegingsonderzoek is dat er bij laterofeeie
rechts op C6-C7 eerst een stug eindgevoel aanwezig was en bij de eindmeting een elastisch eindgevoel.
Daarnaast is de VAS-pijn met 16 mm en VAS-stijfheid met 20 mm afgenomen.Deze resultaten zijn
klinisch relevant. Ook is er sprake van een ‘minimal clinical important diference’ van 13 punten op de
BNQ, 8 procent op de NDI, 3 punten op TSK en 16 mm op de PSK.
Conclusie: Dry needling heeft na 2 behandelingen een klinisch relevant efect gehad op het
verminderen van de pijn en stijfheid. Echter is er, door de onbetrouwbare videoanalyse, geen conclusie
te trekken over het efect op de AROM. Verder onderzoek in de vorm van RCT’s naar dry needling voor
patiënten met aspecifeke nek- en schouderklachten wordt aangeraden.
INLEIDING is gebaseerd op westerse anatomische en
De prevalentie van de mensen die zich hebben neurofysiologische principes en moet niet
gemeld bij de huisarts in Nederland met nek- en verward worden met acupunctuur. Dry needling
rugklachten in 2011 betrof 652.200 mensen: gebruikt een 'droge' (dry) acupunctuurnaald,
274.200 mannen en 378.100 vrouwen. De waarbij geen vloeistof in de spier gespoten. Dry
incidentie betrof 852.600 mensen. In hetzelfde needling werkt op triggerpoints en is dus geen
jaar hebben ongeveer 1,5 miljoen mensen met energiebehandeling. Een triggerpoint
nek- of rugklachten een bezoek aan een fysio- of veroorzaakt de bekende ‘knoop’ in een spier.
oefentherapeut gebracht, zowel op eigen Het triggerpoint is voelbaar als het meest
initiatief als op advies van de huisarts (LINH, pijnlijke punt in deze knoop. De spier kan
2013). De prevalentie onder de vrouwen stijgt minder goed functioneren door deze plaatselijke
tot en met de leeftijd van 85 jaar. Nekklachten verkramping. Naast pijn kunnen ook zwakte en
komen vaker voor bij vrouwen dan bij mannen verlies van coördinatie ontstaan. Door in het
(Volksgezondheidenzorg, 2016). Er zijn triggerpoint te prikken met een naaldje wordt er
verschillende behandelmogelijkheden voor een local twitch opgewekt. Dit is een
myogene cervicale klachten zoals passieve onwillekeurige samentrekking in de spiervezels,
mobilisaties, manuele therapie, die ervoor zorgt dat de spier meteen ontspant,
stabiliteitstraining en dry needling (de Vries M, stofwisseling in de spier herstelt en daardoor
Balvert M, Okker D, 2007). Dry needling is een afvalstofen wegpompt. Volgens -Téllez et al
relatief nieuwe behandeltechniek en is binnen heeft behandeling met Dry Needling een
de fysiotherapie in 2007 erkend door het meerwaarde op de ervaren pijn intensiteit,
Koninklijk Nederlands Genootschap hyperalgesie, Actieve Range Of Motion (AROM)
Fysiotherapie (KNGF) als nieuwe cervicaal, spierkracht cervicaal en ervaren nek
behandelmogelijkheid (Wijburg V). Dry needling invaliditeit. Er is echter geen consensus over dry
, needling in de fysiotherapie bij myogene Needling bij een patiënte van 54 jaar met
klachten aan de cervicale wervelkolom en aspecifeke nekklachten (met functionele
daarom moet hier nog veel wetenschappelijk instabiliteit) op het verminderen van pijn en
onderzoek naar worden gedaan (Buschhaus S, verbeteren van de AROM bij laterofeeie van de
2007; Llamas-Ramos et al, 2014; Cerezo-Téllez nek?
et al, 2016; Halle en Halle, 2016).
Er is de afgelopen jaren al regelmatig onderzoek METHODE
gedaan naar de efecten van technieken zoals
manuele therapie en passief rekken bij Anamnese
nekklachten. Daarnaast is er onderzoek gedaan De patiënte is een 54 jarige vrouw met
naar de efecten van Dry Needling waarin deze aspecifeke nek- en schouderklachten met
behandelmethode wordt vergeleken met de functionele instabiliteit van de nek. De klachten
bestaande technieken. De conclusies van een zijn twee maanden geleden geleidelijk ontstaan
aantal van deze onderzoeken worden hieronder door overbelasting tijdens het sporten. Tot nu
vermeld; Huidige technieken zoals massage, toe zijn de klachten onveranderd. Ze heeft last
actieve- en passieve mobilisaties en rekken van zeurende pijn en stijfheid rechts in haar nek
hebben een positief efect wanneer een patiënt en bovenarm. De klachten nemen aan het einde
myofasciale klachten van de m. trapezius van de dag toe. Er zijn geen uitstralings- of
ervaart (Kojidi, Okhovatian, Rahimi, Baghban & hoofdpijnklachten aanwezig. Het schakelen in de
Azimi, 2016; Rayegani, Bayat, Bahrami, auto, afscheuren van een boterhamzakje en
Raeissadat & Kargozar, 2014; Oliveira-Campelo, dichtmaken van de knoop van haar broek zijn
de Melo, Alburquerque-Sendin & Machado, provocerende activiteiten. Draaibewegingen
2013). Ondanks dat deze technieken geschikte maken met haar arm en nek werken
interventies zijn, wordt de laatste jaren ook Dry reducerend. Mevrouw kan zonder klachten op
Needling toegepast in de behandeling van deze haar aangedane zijde slapen en maakt geen
klachten. Er is gebleken dat Dry Needling een gebruik van medicatie om de pijn te verlichten.
positief efect heeft op onder anderen de Ze is niet eerder behandeld door andere
intensiteit van de drukpijn en de cervicale ROM paramedici voor haar klachten en er is geen
(Llamas-Ramos et al, 2014; Cerezo-Téllez et al, sprake van een nevenpathologie.
2016; Halle en Halle, 2016). Halle en Halle De hulpvraag luidt als volgt: Verminderen van
(2016) concluderen tevens dat patiënten door pijn en stijfheid, zodat mevrouw zo snel mogelijk
deze techniek sneller in staat zijn om met haar bootcamplessen twee keer per week kan
actieve revalidatie te starten dan wanneer deze hervatten zonder klachten.
techniek niet toegepast wordt. Verder is
gebleken dat alleen rekken van de m. trapezius Hypothesen
minder efect heeft dan rekken in combinatie Er wordt allereerst verondersteld dat er sprake
met Dry Needling als gekeken wordt naar de is van een bewegingsbeperking in de cervicale
drukpijn, ROM en spierkracht (Cerezo-Téllez et regio bij het maken van laterofeeie. Om dit aan
al, 2016). In de toekomst zal echter nog wel te kunnen tonen is er een actief- en passief
aanvullend onderzoek naar de lange termijn bewegingsonderzoek gedaan op regionaal en
efecten van Dry Needling gedaan moeten segmentaal niveau. Hierbij is gelet op weerstand
worden (Llamas-Ramos et al, 2014). tijdens en aan het eind van de beweging, het
Passende interventies voor patiënten met eindgevoel, de bewegingsuitslag en het
aspecifeke nekklachten kunnen dus zijn; passief bewegingsverloop. De pijn en stijfheid zijn met
rekken, stabiliteitstraining, manuele therapie of de VAS (Visual Analogue Scale) vastgelegd. De
het relatief nieuwe Dry Needling. Naar laterofeeie op C6-C7 zijn links en rechts passief
aanleiding van het bovenstaande vond de niet beperkt, actief geeft bij links een stug
werkgroep het noodzakelijk verder onderzoek te eindgevoel en rechts een elastisch eindgevoel,
doen naar de efecten van Dry Needling bij VAS-pijn 30/100 mm en VAS-stijfheid 40/100
patiënten met aspecifeke nekklachten. In dit mm. In dit case report is er gebruik gemaakt
Case Report staat een vrouwelijke patiënt van een eetra analyse om de AROM (Active
centraal van 54 jaar met de volgende klachten: Range Of Motion) van de cervicale wervelkolom
Functionele instabiliteit (NDI / NBQ) als gevolg (CWK) nauwkeurig te meten, namelijk met
van overbelasting met aanwezige triggerpoints behulp van een videoanalyse. Hierbij is gekeken
van m. infraspinatus, m. supraspinatus en m. naar de actieve beweging laterofeeie links en
trapezius descendens. Specifeke patiënt rechts, omdat deze beweging als enige anders
informatie wordt beschreven in de methode. De ‘voelt’ volgens het uitgevoerde actief- en passief
patiënt is nog niet eerder behandeld voor deze bewegingsonderzoek. Voor de videoanalyse zijn
klachten. In het Case Report zullen wij ons de volgende oriëntatiepunten gebruikt: de
daarom bezig houden met de volgende processus spinosus van Th1 en de kruin van het
onderzoeksvraag: Wat is het efect van Dry hoofd. Deze oriëntatiepunten zijn gemarkeerd