oofdstuk 15: Onderzoek ter terechtzitting
H
15.1 Algemeen
Betekenis onderzoek ter terechtzitting
Als gevolg van de Wet OM-afdoening uit 2008 maakt de transactie steeds meer plaats voor
de strafbeschikking. Dat schept nog weer ruimere afdoeningsmogelijkheden. Zo mag het
OM op basis van art. 257a e.v. niet alleen boetes opleggen, maar ook taakstraffen en
ontzeggingen van de rijbevoegdheid.
een tweefasenproces
G
Het Nederlandse strafprocesrecht kent niet een zogeheten tweefasenproces, waarin het
onderzoek ter terechtzitting en de beantwoording van de vragen van art. 348 en 350 in twee
delen uiteenvalt. Het uitgangspunt van het wetboek is daarentegen, dat tijdens het
onderzoek ter terechtzitting al hetgeen aan de orde komt dat voor de beantwoording van alle
vragen van art. 348 en 350 relevant is, en dat de rechter eerst nadat dit onderzoek volledig
is afgerond, een oordeel velt over die vragen.
ideoconferentie en openbaarheid
V
Artikel 131a lid 1 maakt het mogelijk dat mens elders is en via een directe beeld- en
geluidsverbinding op afstand deelneemt. Dat is de zogenaamde videoconferentie. Op grond
van art. 131a lid 2 beslist de voorzitter of gebruik wordt gemaakt van videoconferentie, nadat
hij de te verhoren personen in de gelegenheid heeft gesteld hun mening daarover kenbaar
te maken.
ijdelijke Wet COVID-19 Justitie en Veiligheid
T
De Tijdelijke Wet COVID-19 Justitie en Veiligheid heeft de mogelijkheden van onder meer
het verhoren op afstand vergroot, door in art. 27 van de genoemde wet te voorzien in de
mogelijkheid van het gebruik van een ander tweezijdig elektronisch communicatiemiddel dan
een directe beeld-en geluidsverbinding.
5.2 De rechter, het OM, de verdachte en diens raadsman
1
De verschillende participanten: rechter en partijen
De OvJ is in het voorbereidend onderzoek de centrale figuur, als hoofd van de opsporing en
als degene die met de vervolgingsbeslissing is belast. De OvJ beheerst ook de toegang tot
de terechtzitting: hij beslist of het tot een berechting komt (behoudens een bevel op grond
van art. 12i en een buitenvervolgingstelling op de voet van art. 262).
p de terechtzitting is de rechter de baas. De OvJ is daar een van de partijen, net als de
O
verdachte al dan niet bijgestaan door een raadsman. In het voorbereidend onderzoek is de
verdachte voornamelijk object van onderzoek. Tijdens de terechtzitting is de verdachte in
grotere mate gelijkwaardiger aan de OvJ.
3
, echters
R
Tussen de partijen in zitten de rechters. Die moeten voldoen aan de eisen van
onafhankelijkheid en onpartijdigheid. De zittingsrechters mogen niet tevoren als RC enig
onderzoek in de zaak hebben verricht (art. 268) en zij mogen geen blijk geven van enige
overtuiging over schuld of onschuld van de verdachte (art. 271).
oorzitter
V
De voorzitter heeft de leiding van het onderzoek. Daartoe kan hij de nodige bevelen geven
(art. 272 lid 1). De voorzitter bepaalt volgens art. 258 lid 2 wanneer een zaak op de zitting
wordt behandeld, het zogeheten appointeren. De voorzitter kan een van de bijzitters met de
leiding van het onderzoek ter terechtzitting belasten (art. 272 lid 3). Hij kan ook bevelen dat
een vraag die de verdachte, diens raadsman of de OvJ wenst te stellen, door zijn
tussenkomst wordt gesteld (art. 272 lid 2). Ook rust een verplichting op hem om zorg te
dragen voor een correcte bejegening van het slachtoffer.
eidende rol rechters
L
De rechters in ons Nederlandse strafproces zijn geen lijdelijke rol toebedeeld. De rechters
bepalen de gang van zaken. Aan de OvJ en de verdachte komen weliswaar een aantal
bevoegdheden toe, maar de uitoefening daarvan geschiedt binnen het door de rechters
bepaalde kader.
Enkele bevoegdheden en kenmerken:
- art. 269 lid 5
- Art. 270
- Art. 273 lid 2 en 29 lid 2
- De leidinggevende rol van de voorzitter komt ook tot uiting in art. 124: volgens deze
algemene bepaling draagt hij zorg voor de ordehandhaving.
M
O
Rechts van de rechters pleegt de OvJ te zitten. Uit zijn plaats in de zittingszaal moet
duidelijk worden dat de OvJ geen rechter is. Art. 268 lid 3 bepaalt dat behalve de rechters en
de griffier niemand aan de tafel van de rechtbank plaatsneemt.
erdachte en zijn raadsman
V
Tijdens het onderzoek ter terechtzitting wordt de verdachte een volwaardige procespartij. Er
is dan sprake van volledige toegang tot de processtukken (art. 33) en aan de verdachte
komen op zitting allerlei bevoegdheden toe die ook aan de OvJ toekomen.
erechting in eigen tegenwoordigheid
B
De verdachte is niet zoals de OvJ een verplichte procesdeelnemer in die zin dat zonder hem
het proces geen doorgang kan vinden. Een zaak kan bij verstek worden behandeld. De
rechter kan wel, zo nodig, de medebrenging van de verdachte gelasten (art. 258 lid 2 en art.
278 lid 2).
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper amyaerts. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €12,49. Je zit daarna nergens aan vast.